The Ex: meer dan veertig jaar tegen de stroom in (deel 2)
We trappen de special over The Ex af met een terugblik op ruim veertig jaar boeiende, sociaal bewogen en tegendraadse muzikale bedrijvigheid. Over de punktijd, de muzikale ontwikkeling van de band en de Ethiopische connectie, over de bezettingswisselingen en de vele, vele platen en optredens van The Ex. Mét persoonlijk commentaar van oerlid Terrie.
De muzikale ruimdenkendheid van The Ex krijgt in 1989 weer ruim baan met het album Joggers & Smoggers in 1989, een behoorlijk experimentele dubbelaar waarop Thurston Moore en Lee Ranaldo van Sonic Youth meespelen. Optredens met het Schotse Dog Faced Hermans leiden er uiteindelijk toe dat de gitarist van die band, Andy Moor, zich steeds vaker bij The Ex voegt om later in de jaren negentig definitief toe te treden. Ook komt de VS nu binnen bereik; in 1989 speelt de band er een aantal concerten aan de oostkust.
De Amerikaanse link wordt versterkt door de samenwerking met de New Yorkse cellist Tom Cora. Het leidt begin jaren negentig tot de indrukwekkende single State Of Shock en twee albums vol rock, folk en jazz, waarvan het eerste, Scrabbling At The Lock (1991), in 1992 de BV Popprijs krijgt toegekend.
Terrie: ‘De albums met Tom Cora (Scrabbling At The Lock, 1991, And the Weathermen Shrug Their Shoulders, 1993) liepen als een speer. We waren op tour in Engeland en kregen een telefoontje van de BV Pop: “We willen dat jullie spelen op Noorderslag met twee andere bands: De Dijk en Quazar. Dan mag het publiek beslissen wie de BV Popprijs heeft gewonnen”. Wij zeiden: “Nou… daar doen we niet aan mee, hoor. We gaan geen wedstrijdje muziek doen. Dat vinden we nergens op slaan”. Dus wij dachten: daar zijn we vanaf. Toen belden ze een week later terug: “We hebben erover nagedacht, jullie hebben gelijk. Maar… jullie hebben ‘m gewonnen”. Haha, goed verhaal.’
Gaandeweg de jaren negentig gaat The Ex ook steeds nauwer samenwerken met de Nederlandse ‘impro-scene’. Met name saxofonist en klarinettist Ab Baars en drummer/multi-instrumentalist Han Bennink kruisen de degens nogal eens met The Ex. Eerstgenoemde deed dat overigens al op Joggers & Smoggers.
In 1996 is er na zeven drukke jaren even wat ruimte voor andere zaken. Terrie reist uitgebreid door Afrika. Het is vooral Ethiopië dat een grote indruk achterlaat. De kiem voor heel veel moois is gelegd, zoals later zal blijken.
The Ex en Ethiopië; het is een bijzonder verhaal in de Nederlandse muziekgeschiedenis. Een van de meest aansprekende samenwerkingen in dat verband is die met de oude(re) Ethiopische saxofonist Getatchew Mekuria. The Ex neemt hem mee op tournee (meer dan honderd optredens!) en maakt twee albums met hem. Als Mekuria later door diabetes niet meer kan spelen organiseert The Ex een serie concerten voor de saxofonist in Ethiopië. Het concert in het nationale theater in Addis Abeba verkoopt helemaal uit en levert een staande ovatie op. In 2002 – de band doet in dat jaar zijn duizendste optreden – reizen de leden van The Ex samen met Han Bennink naar Ethiopië voor concerten. In de jaren hierna zal de band het land nog vele malen aandoen. Eerst wordt het noorden van het land verkend, later ook het zuiden. Uiteindelijk zal The Ex er op de meest uiteenlopende en bijzondere locaties optreden.
Terrie: ‘Ethiopië is een heel leuk land: relaxed, grappig, divers, apart bijzonder: uniek. Ik ben er al tientallen keren geweest. Omdat het nooit een kolonie is geweest, is het ook zo authentiek gebleven. Ze keken niet op tegen westerlingen, dat was een verademing, zeker vergeleken met de rest van Afrika, met hun naweeën van het kolonialisme. We wilden Getatchew ontmoeten maar wisten niet of hij nog leefde. Hij was verdwenen. Uiteindelijk vonden hem en nodigden we hem uit om mee te spelen met een ICP-festival (Instant Composers Pool) met Han Bennink. Daar zag hij The Ex spelen en toen zei hij: ‘I wanna play with you’. Dat was heel mooi, het kwam echt van zijn kant. We hebben meer dan honderd optredens gedaan met hem. Getatchew was een uniek figuur. Hij stamde echt nog van een andere generatie met heel oude gebruiken, dat was een openbaring.’
In de latere jaren negentig krijgt de Amerikaanse connectie van The Ex flink wat impulsen door samenwerkingen en optredens met Sonic Youth, Fugazi, Shellac en Tortoise. Ook neemt de band in 1998 een plaat op met bewonderaar en meesterproducer Steve Albini (Shellac, Big Black). Het resultaat mag er wezen. Starters Alternators is de eerste van vier platen die The Ex met Albini zal maken.
In 2009 verlaat G.W. Sok in goed overleg de band, na 29 jaar en bijna 1400 optredens. Hoewel dit natuurlijk een grote aderlating is, weet The Ex zich staande te houden. De van Zea bekende Arnold de Boer (gitaar, zang, teksten, elektronica) geeft de band frisse, energieke impulsen die zullen leiden tot nóg meer goede platen en nóg meer goede gigs. Het album Catch My Shoe (2010) en de samenwerkingen met de blazers van Brass Unbound (Enormous Door, 2013) zijn de eerste sterke wapenfeiten van de ‘nieuwe’ Ex.
De band blijft meer dan actief: in 2012 trekt The Ex voor de eerste keer naar Zuid-Amerika, naar Brazilië om precies te zijn. In 2014 is er de even heftige als pakkende single That’s Not A Virus en staat de band op het gerenommeerde festival Primavera Sound in Barcelona. In 2018 is er het zoveelste krachtige, energieke album 22 Passports en de ijzersterke aanjager en single Soon All Cities.
En natuurlijk staat de groep in 2019 stil bij haar veertigste verjaardag: vier festivals (Amsterdam, Groningen, Rotterdam, Nijmegen) bomvol bevriende muzikanten markeren dit memorabele feit. Verder staat het jaar echter ‘gewoon’ weer in het teken van veel optredens op de meest uiteenlopende plekken. Zoals altijd heeft The Ex de blik vooral vooruit gericht, ook in het jubileumjaar. En vanzelfsprekend is dat in 2020 niet anders.
Coverfoto en foto The Ex & Getatchew Mekuria: Matias Corral.
.