Music for Black Pigeons

De Deense filmmakers Jørgen Leth en Andreas Koefoed volgden landgenoot en gitarist Jakob Bro veertien jaar lang tijdens opnamen van nieuwe albums en belangrijke optredens. Jaren waarin hij zijn in New York opgenomen platen op zijn eigen label Loveland Records uitbracht tot hij door het grote ECM werd getekend. Jaren ook waarin de naam Bro een ‘household name’ werd binnen de jazz.
Bro is een muzikant waarvan al snel bekend werd dat hij een belangrijke nieuwe sound binnen de jazz zou brengen. Dat jazzhelden als Paul Motian, Lee Konitz, Bill Frisell en Tomasz Stanko dat doorhadden bleek uit het feit dat ze al vroeg op zijn albums mee wilden spelen of hem in hun band opnamen. Bro’s vaak verstilde, tegelijk atmosferische gitaarmelodieën die ergens tussen jazz en folk nieuwe muzikale sferen creëren groeiden optimaal met de hulp van die legendarische fantastische muzikanten.
Leth en Koefoed (tevens de eigenaar van de filmstudio waar deze documentairefilm op uitkomt) waren er al bij toen Bro in 2008 met Frisell, Konitz, Motian en contrabassist Ben Street het album Balladeering in de vermaarde New Yorkse opnamestudio Avatar opnam (de docu Weighless: A Recording Session with Jakob Bro). En vanaf dat moment zijn ze blijven filmen.
Music for Black Pigeons beschrijft dus de lange periode van 2008 tot en met 2022. Een tijdsperiode waarin eerst Motian en daarna ook Stanko, Konitz en drummer Jon Christensen overleden. Muzikanten die Bro dicht bij zich draagt en die immer zijn spel en gedachten zullen blijven beheersen. Zoveel krijgen we mee in deze nieuwe documentairefilm.
De dood van Paul Motian bleek tien jaar later het startpunt om heel veel bevriende muzikanten uit te nodigen voor een herdenking. Bro nodigde vaste bandmaatjes Thomas Morgan (contrabas), Joey Baron (drums), A.C (Anders Christensen, bas), Jorge Rossy (drums), Arve Henriksen (trompet), Joe Lovano (sax) en Larry Grenadier (bas) uit om de muziek van Motian te herontdekken. Vervolgens om ook nieuwe stukken op te nemen.
Music for Black Pigeons is een waar jazzdocument geworden. De film mag dan wel Bro als basis hebben, Bro is de muzikant er niet naar om alle aandacht op zichzelf te vestigen. Juist de muzikanten om hem heen en de oudere leermeesters krijgen vooral alle aandacht. Prachtig hoe Konitz wordt gefilmd en hoe aandoenlijk om te merken dat hij zijn weg dan soms niet weet te vinden maar in de muziek de meest emotionele partijen uit zijn sax weet te halen. Echt ongelooflijk. Ook zegt hij in eerste instanties Bro’s muziek niet te snappen. Zijn uitleg een paar jaar later is wonderlijk mooi.
De misschien wel mooiste momenten van de documentairefilm zijn die waarin de muzikanten antwoord moeten geven op wat jazz voor hen betekent, hoe jazz door hun aderen en hart stroomt. Nu wordt eens niet hard in dat soort stukken gesneden maar nemen de muzikanten echt de tijd om te overdenken wat ze zeggen. Waarin vooral Thomas Morgan na lang nadenken tot intense en emotionele gedachten komt.
Een bijzonder ander hoogtepunt is het moment waarop Bro samen met Manfred Eicher, de grote man achter ECM, naar de intense compositie For Stanko, een ode aan Tomasz Stanko van Bro’s album Uma Elmo (2021), luisteren en Eicher na Bro geprezen te hebben voor de compositie zo emotioneel wordt dat hij niet meer kan en wil praten. Eicher en Stanko gaan heel lang terug en de herinneringen zijn gewoon te intens omdat Stanko in 2018 overleed.
Maar het zijn net goed momenten in de studio waarin de zo getalenteerde Motian en Konitz elkaar niet alleen in woorden uitdagen maar ook met fantastisch spel dat de muziek van Bro naar hemelse hoogten optrekt. We zien ook Eicher aan het werk. Het moment waarop hij uitlegt wat een pauze in een compositie betekent is gelijk al legendarisch ‘A pause tells very much whereyou want to go. And very much, where you come from’. Zie het hem uitleggen en begrijp waarom hij te meest interessante jazzopnameleider is.
Het zijn trouwens net zo goed alle momenten waarop de muzikanten (en dat zijn er veel meer dan nu genoemd), en ook Eicher, zich op camera voorstellen. ‘Hi I am Bill Frisell and I play guitar’. Of het bijzondere concert dat Bro met de Japanse percussionist Midori Takada (‘Music for me is not entertainment, it is life’) speelt en waarin ze al improviserend volledig in de muziek opgaan.
Music for Black Pigeons is een grootse ode aan de jazz. Juist ook door de puurheid van Bro’s muziek en de manier waarop de muzikanten die hem omringen met die muziek omgaan. Tegelijk, zoals Lovano het zo mooi zegt, volledig in de geest spelen van de muzikanten waar ze ooit mee hebben opgenomen en op het podium hebben gestaan. De muzikale geestverwanten die hen zoveel geleerd hebben en hun muzikale geest nooit zullen verlaten.
Music for Black Pigeons is met zoveel liefde en respect gemaakt dat je hem na hem gezien te hebben gelijk weer wilt zien. Of gelijk alle muzikanten die in de documentaire te zien zijn (voor zover ze nog in leven zijn) allemaal zo snel mogelijk op het podium wilt gaan zien. Music for Black Pigeons is een absolute must see voor iedereen die jazz in zijn of haar hart heeft gesloten.