×

Concert

18 maart 2019

Leuven Jazz 2019

Prachtig Ruben Machtelinckx Quartet en machtig HAST

Geschreven door: Dick Hovenga

De zondagochtend door centraal Leuven lopen met een blauwe lucht en een heerlijke (vroege) lentezon maakt de dag gelijk al speciaal. Als zo’n zondagmorgen dan ook nog eens muzikaal door een nieuw project, opgezet door de geweldige gitarist Ruben Machtelinckx, ingelijst mag worden voelt dat als een weldaad.

ruben

Voor zijn nieuwe project heeft Machtelinckx een mooie zaal in M, het fraaie museum in het hart van de stad, ter beschikking gekregen. En hij heeft voor het nieuwe project gitarist Bert Cools, percussionist Gouband Toma en klarinettist/saxofonist Joachim Badenhorst meegenomen. Een ideale band om zijn nieuwe muziek mee uit te voeren.

De composities die hij schreef zijn zeer ingetogen, verstild en passen wonderwel in de ruimte die ter beschikking is. Met Machtelinckx en Cools op akoestische gitaren en Toma en Bandehorst door de ruimte heen lopend respectievelijk stenen op elkaar knarsend en zonder mondstuk lucht door de klarinet blazend wordt een vervreemdende tegelijk rustgevende sfeer gecreëerd.

De composities die Machtelinckx voor dit nieuwe project schreef verdienen volle aandacht en concentratie. De muzikanten spelen onversterkt en echt elke beweging is hoorbaar, wat de muziek alleen maar intenser maakt. Binnen het uur gegeven bouwt de muziek naar steeds iets voller en prominenter op. Worden de sfeervlakken steeds meer composities zonder de eigenzinnigheid te verliezen. Wordt de sfeer steeds warmer, intenser.

Het concert blijkt in al zijn sereniteit een prachtige opening van een nieuwe, de alweer vierde, dag op Leuven Jazz. Een wonderlijk mooie dag zoals even later zal blijken.

hast22

HAST is een van de meest opvallende nieuwe bands die binnen de frisse Belgische scene snel op aan het komen is. Vanmiddag speelt de band in het ons zo geliefde La Conserve een set om de release van hun eerste album nieuwe Elegy te vieren. Het album kwam afgelopen vrijdag 15 maart uit en viert hier in La Conserve, de plek waar ze het allereerst speelden, dus de première.

Het concert is tevens het eerste dat het talent van de jonge, meesterlijke contrabassist Cyrille Obermüller, die een soort van Artist in Residence functie binnen het festival heeft, eens goed in de schijnwerpers te zetten.

HAST is een band om heel erg goed in de gaten te houden, dat is al heel erg snel duidelijk als ze hun set beginnen. Naast Obermüller heeft de band in saxofonist Rob Banken, drummer Elias Devoldere en de twee gitaristen Artan Buleshkaj en Roeland Celis een ijzersterke bandbezetting. Muzikanten die niets anders als ‘er volledig voor gaan’ in hun genen hebben.

De aftrap is met Blues gelijk zo raak als je maar kunt krijgen. Dwarse gitaren, haakse drums en bas en een allesverslindende sax die daar overheen walst. Wat een heerlijke opening en wat kunnen we dit goed gebruiken. HAST voelt gelijk als de ruwe diamant die live bijgeslepen wordt. De ene na de andere geweldige track volgt elkaar vervolgens op en vrijwel alle composities van het album komen voorbij.

Een erg slim opgebouwde set ook. Met Blues als hectische opener en via de fijn dwarse titeltrack en het fraai atmosferische Duet, Impro en For Those Who Dance To It om daarna met Op Ieder Potje Past Een Dekseltje weer fullblast op de overrompeling te gaan. Geweldige track! En oh oh oh wat is dat dwarse gitaarwerk in een track als Mortal Kombat Champion of the World, met z’n geweldig opgevoerde climax, toch ook fascinerend goed. Of het gepiel, gepruttel en dwarse dat ook Prelude in zich heeft. Om dan met Old Boy nog eens zeer sfeerrijk en emotievol af te sluiten.

HAST is de grote Belgische belofte voor de toekomst. Een band die alles in hun sound heeft om heel groot te groeien. In La Conserve hielden ze zich qua volume nog in, wat alles met de locatie en setting te maken heeft, maar geef deze band een alternatief podium om te knallen en ze blazen het dak eraf. In echt elke zaal. Wat een geweldige verrassing om verschrikkelijk gelukkig van te worden, dit HAST.

Foto’s: Cees van de Ven