Don Letts
Outta Sync
Hoewel Don Letts al in de jaren zeventig samenwerkte met The Clash, omging met Bob Marley en midden jaren tachtig met Mick Jones’ Big Audio Dynamite even flink in beeld was, is Outta Sync pas zijn eerste release als solo-artiest. Letts is al die jaren toch vooral eerst filmmaker, medemuzikant, radiomaker, remixer, cultuurbewaarder, schrijver en muzieksamensteller geweest.
Tijdens de lockdown was het echter Killing Joke bassist Youth die Letts aanmoedigde werk te maken van een eigen album. Pas toen Letts met de Engels-Italiaanse (dub) producer Gaudi in de studio zat kreeg het idee van een album vastere vormen: het duo werkte hier negen maanden lang, drie keer per week aan. Het resultaat is een toegankelijke reggaeplaat met pop- en ska-elementen die Letts’ dualiteit aardig reflecteert: Black and British.
Letts zet zichzelf direct neer in de verhalende titeltrack, tevens een van de singles. Hij groeide op met ‘pop n’ bass, was van de vinylgeneratie, ‘combining clothes and music’ en heeft inmiddels alles wel een keer gezien. Echter, hij is ook eerlijk en nuchter over zijn plek in de wereld van vandaag: ‘So I’ve finally come to realise / I might not be so old n’ wise / When your outta time n’ outta sync / Forever might not be as long as you think’. De hoofdknik naar old school hiphop op het einde is grappig: ‘Stairmaster / Cut faster!’.
Hollie Cook, dochter van Sex Pistol Paul Cook en alweer meer dan tien jaar solo actief, zingt mee op Something Coming Off, een melodieuze, poppy track met een vleug theremin. Ook op de single No Fooling Me is ze te horen, een track vol dub-invloeden. Letts trok meer vocalisten aan voor zijn album: Zoe Devlin Love (bekend van Alabama 3) geeft het lekkere Situationist smoel. The Universe Knows What You’ve Done valt op door de spoken word bijdrage van John Cusack. ‘Culture versus currency’ is een veelzeggende frase hier. Letts vraagt zich op het album af: ‘who owns the culture?’. Je kunt wel veel likes hebben maar dat hoeft niet te betekenen dat je veel persoonlijkheid hebt.
Producer Gaudi doet zelf mee op Touch, een pittig nummer dat na drie minuten nog even lekker doorpakt. De melodielijnen uit de gitaar klinken nogal bekend maar in deze context kun je zeker nog spreken van een frisse track. Wayne Coyne (The Flaming Lips) voegt vanachter de microfoon spacey sferen toe aan Present Dilemmas, een song die de brede pop/rock en reggae-achtergrond van Letts nogmaals onderstreept. Civilization, met dochter Honor, trekt met de inzet van sitar het palet breder. De bijdrage van vriend Terry Hall moest overigens helaas sneuvelen. Het hoe en waarom hiervan blijft nog wat in nevelen gehuld. Naar verluidt kreeg Letts, na het overlijden van Hall, opvallend genoeg geen toestemming voor het gebruiken van diens vocale partijen. Dit betekende dat de eerste vinylpersing, waar Hall al op figureerde, moest worden teruggenomen. Heel vervelend natuurlijk, zeker voor iemand van de vinyl generation als Don Letts. Een officiële verklaring over dit alles laat vooralsnog op zich wachten.
Outta Sync klinkt op het eerste gehoor als een vrij licht verteerbaar album maar biedt bij nadere beluistering natuurlijk zeker muzikale en tekstuele diepgang, al heeft Letts er hoorbaar geen behoefte aan om bewust dwars en moeilijk te doen als het gaat om de sound van de plaat. Zijn samenwerking met Keith Levene en Jah Wobble van PiL in 1978 klonk beduidend ruwer en punkier maar die ep was achteraf niet de enige definitie van Don Letts natuurlijk. Wrong is op Outta Sync relatief diep en laat ook meer klassieke dub-effecten horen. De song blijft echter pakkend en melodieus en is dus zeker niet helemaal ‘out there’. Zo blijven alle nummers op de plaat muzikaal gezien vrij mild.
Letts’ verleden (bij Big Audio Dynamite) doet in ieder geval opgeld op Outta Sync: het is een plaat vol kleurrijke muziek, gelardeerd met extra vocalen, samples en grepen uit Letts’ geluidsbibliotheek en multiculturele achtergrond. En met oog voor misstanden in de maatschappij. Uitnodigend en inspirerend.