×

Recensie

Alternative

08 juni 2022

The Clash

Combat Rock + The People's Hall

Geschreven door: Dick Hovenga

Uitgebracht door: Columbia

Combat Rock + The People's Hall The Clash Alternative 5 The Clash – Combat Rock + The People’s Hall Written in Music https://writteninmusic.com

Met een speciale 3-LP versie wordt Combat Rock, het vijfde en laatste album The Clash in de fameuze bezetting uit 1982, gevierd. Een heerlijke uitgave die wederom de legende van één van ’s wereld belangrijkste bands volop bevestigd.

Dat The Clash een band was die geen muzikale restricties kende, hadden ze vooral op hun songs uitpuilende meesterwerken London Calling (1979) en Sandinista! (1980) volop bewezen. Vanuit de Britse punkscene ontsproten waren hun eerste twee albums (het gelijknamige debuut uit 1977 en Give ‘Em Enough Rope uit 1978) nog vooral gevuld met rauw energieke songs met duidelijke politieke teksten.

Hoe bijzonder de band echt was bleek met het verschijnen van London Calling, waarin de bandbezetting Joe Strummer (zang, gitaar). Mick Jones (zang. leadgitaar), Paul Simonon (bas) en Nicky ‘Topper’ Headon (drums)(vervanger van eerste uur drummers Rob Harper en Terry Chimes) met de punkenergie van voorheen zich vol stortte op een diversiteit aan muziekstijlen en daar met een fascinerend/overrompelend 19 tracks tellend dubbelalbum muziekgeschiedenis schreef. Met de titeltrack als absolute klassieker en een hoes die gezien wordt als één van de allerfraaiste uit de muziekgeschiedenis.

Met het daaropvolgende Sandinista!, een 3 LP’s en 36 songs (!!) tellend album, werden hun muzikale grenzen nog wat verder uitgebreid. Wederom een meesterwerk dat juist door de muzikale diversiteit een bijzondere tijdloosheid herbergt. Vanuit punk en rock door reggae en dub gedreven en doorspekt van calypso, rhythm and blues, folk, rockabilly, jazz en gospel.

Met Combat Rock keerde de band weer terug naar de meer rock gedreven basis van hun eerste vier albums. In eerste instantie dichtbij het Londense Notting Hill opgenomen in een studio met de van The Stones geleende mobiele studio, later vervolmaakt in de Electric Ladyland studio’s in New York. Het was Jones, de belangrijkste songwriter van de band, die een eerste mix van het album, toen nog Rat Patrol from Ford Bragg getiteld, maakte en genoeg materiaal vond om er een dubbelaar van te maken (muzikale creativiteit was nooit een probleem bij de band).

Jones had er een meer dansbaar album van gemaakt die de muzikale progressie van de band nog kenbaarder maakte. Dansbaar als zijnde funk toevoegen aan de rock en punkenergie die de band al in zich had. Uiteindelijk floten Strummer en Simonon (Headon was te druk met een zware heroïneverslaving) Jones terug, zij wilden juist meer terug naar de meer door punk gedreven en anarchistische sferen van de eerste platen.

Topproducer Glynn Johns werd te hulp geroepen het dubbelalbum naar een enkel om te smeden. Het uiteindelijk 12 tracks tellende Combat Rock werd in de tuinstudio van Johns voltooid, en her en der nog wat extra’s aan de songs toegevoegd. Met Johns achter de desks en Strummer en Jones om hem heen werd uiteindelijk een nieuw meesterwerk gecreëerd dat zelfs de meest succesvolle in de carrière van de band bleek. Ook de laatste in de fameuze bezetting.

Combat Rock is wederom een fascinerende en sterk gevarieerde verzameling songs die muzikaal alle kanten opschieten. Van de legendarische albumopener Know Your Rights (‘The right not to be killed. Murder is a crime, unless it is done by a policeman, or an aristrocrat’) en ‘The right to free speech (as long as you’re not dumb enough to actually try it) via Car Jamming naar het klassieke Should I Stay or Should I Go (dat tien jaar later via een Levi’s reclame een wereldhit werd), het fantastisch aanstekelijke Rock the Casbah (geschreven op basis van een door bassist Headon verzonnen pianoloopje), Red Angel Dragnet naar Straight to Hell loopt.

Straight To Hell is één van die songs van The Clash die muziekgeschiedenis schreef. De tekst werd door Strummer op de laatste nacht van de opnameperiode in de Electric Ladyland studio’s in New York, geschreven toen hij daar, samen met Simonon en Headon, in het New Yorkse Iroquois Hotel verbleef (Jones leefde in de periode met zijn toenmalige vriendin Ellen Foley in de stad samen).

Strummer nam de tekst over de al bestaande muziek (geschreven door Jones) op het laatste moment, op de laatste dag, op. Met een tekst, zoals vele teksten van The Clash verhalend over onrechtvaardigheid en gedeeltelijk verwijzend naar de oorlog in Vietnam (een ander tekstuele link die vaak in teksten aan The Clash gemaakt wordt) is Straight To Hell een magnifieke song met een politieke tekst zoals je ze maar weinig hoort. Ook de vrije manier van zingen en de muzikale invulling maakt deze song zo bijzonder en klassiek.

De tweede kant van de plaat begint met het overrompelende Overpowered by Funk, een track waarop de dansbare sound die Jones voor ogen had in volle glorie zichtbaar wordt. Gelinkt aan de sound van Talking Heads (niet zo vreemd in deze want afkomstig uit de CBGB’s muziekscene uit New York) is het een onovertroffen voltreffer. Atom Tan is dan weer onvervalste The Clash, door punkrock energie gedreven en ongepolijst en energiek op de tapes geknald.

Het dubby Sean Flynn, met de Britse Gary Barnacle prominent in de sound, en het door Strummer met beatpoet Allen Ginsberg (die later ook op hun New Yorkse concerten op het podium stond) voorgedragen en al net dubby Ghetto Defendant zijn al net zo bijzonder. Het verrassend toegankelijk klinkende Inoculated City en het lekker dwarse Death is a Star zijn de onverwachte afsluiters.

Combat Rock * The People’s Hall (Special Edition) heeft het originele Combat Rock als eerste LP. Op de extra platen (drie kranten) at The People’s Hall is zowaar de track The Beautiful People Are Ugly Too te vinden, een track die op Rat Patrol from Ford Bragg zou hebben gestaan. Onder de titel The Fulham Connection, en door calypso gedreven, is deze nu bijgesloten. Geweldige song trouwens!

Outside Bonds is exact wat het is, geen song maar gesprekken op straat. Radio Clash, afkomstig uit de periode van Sandinista! onderweg naar het nieuwe album, en alleen op single uitgebracht, is zo’n aanstekelijke song die alle dansbare elementen die Jones voor ogen openbaart. Idle in Kangaroo Court is, verrassend genoeg, een wat onopvallende song die oorspronkelijk ook op Rat Patrol from Ford Bragg zou hebben gestaan.

Futura 2000 een rapsong The Clash stijl met graffity artist Futura 2000 als rapper. Het blijft interessant hoe de punkscene hiphop al vroeg omarmde en hoe rappers de samenwerkingen met graagte aangingen. First Night Back in London is weer zo’n grensverleggende door dub gedreven punkrocksong waar de band zo sterk in was. Op het in samenwerking met reggae legende Mickey Dread gemaakte Radio One duikt de band dan weer volledig de reggae in.

Het gedreven He Who Dares or Is Tired klinkt als een opgejaagde Motown track verweven aan A Town Called Malice van The Jam, dat verrassend genoeg rond dezelfde periode verscheen. Tevens is er een soort van demo voor het later op Combat Rock verschenen Car Jamming. Het jolige tegelijk erg aanstekelijke Long Time Jerk was de b-kant van de Rock The Casbah single.

Midnight to Stevens is een onconventionele song, geschreven door Strummer, toen de band hoorde van het veel te vroege overlijden van London Calling producer Guy  Stevens. Het lijkt afkomstig uit de vroege Notting Hill sessies en werd niet verder uitgewerkt voor een album. Op de extra platen zijn tevens demoversies van Sean Flynn en een lekker rauw Know Your Rights te vinden.

Natuurlijk is het interessant om ooit het volledige Rat Patrol from Ford Bragg te horen en dan te vergelijken met Combat Rock. De muzikale lijnen van The Clash kende nooit geijkte paden, dat is exact wat ze zo bijzonder maakte. Combat Rock bleek een commerciële triomf, de doorbraak van de band naar een echt groter publiek met miljoenen verkochte albums. Niet door concessies te doen maar puur omdat de sound van de band onderhand bekend was geworden en door een groot publiek op waarde werd geschat.

Combat Rock bleek ook het einde van de band in te luiden. Toen Headon half december, vanuit New York, naar Londen terugvloog werd hij op Heathrow gearresteerd met heroïne op zak en hij werd nooit meer met ‘The Clash’ in de studio gezien. Na een optreden op het Lochem festival (in Nederland dus) werd Headon, vanwege zijn heroïne gebruik, uit de band gezet en voor een langlopende tour vervangen door ‘oude’ drummer Terry Chimes.

De muzikale ideeën van Jones bleken na met en na dit album te verschillend van de andere bandleden te zijn. Hij werd door Strummer en Simonon gevraagd de band ook te verlaten na de laatste optredens van de Combat Rock tour. Zij maakten zonder Headon en Jones nog één The Clash plaat die natuurlijk eigenlijk niet gemaakt had moeten worden.

Gelukkig hervonden de mannen na enkele jaren weer de vriendschap die ze ooit bij elkaar had gebracht. De vriendschap was hun toen veel belangrijker dan met elkaar nog muziek maken. Joe Strummer overleed onverwacht op 22 december 2002, net op een punt dat er toch echt sprake leek te zijn van een reünie van de band.

Kant A:

  1. Know Your Rights
  2. Car Jamming
  3. Should I Stay Or Should I Go
  4. Rock The Casbah
  5. Red Angel Dragnet
  6. Straight To Hell

Kant B:

  1. Overpowered By Funk
  2. Atom Tan
  3. Sean Flynn
  4. Ghetto Defendant
  5. Inoculated City
  6. Death Is A Star

Kant A:

  1. Outside Bonds
  2. Radio Clash
  3. Futura 2000

Kant B:

  1. First Night Back In London
  2. Radio One - Mikey Dread
  3. He Who Dares Or Is Tired
  4. Long Time Jerk
  5. The Fulham Connection (Aka The Beautiful People Are Ugly Too)

Kant A:

  1. Midnight To Stevens
  2. Sean Flynn
  3. Idle In Kangaroo Court
  4. Know Your Rights