×

Concert

03 juli 2022

Südtirol Jazz 2022

Dagen boordevol muziek om maar geen genoeg van te krijgen

Geschreven door: Dick Hovenga

• fotografie door Tim Dickeson

Ook fijn, een woensdagochtend waar je vanaf de ontbijttafel wordt opgepikt om naar een grappadestilleerderij te gaan en waar je na een rondleiding door de fabrieken ‘ineens’ met een limoncellospritz in je handen staat op 11 uur. En die ook nog eens ontzettend goed smaakt. Het is de opmaak naar datgene waar je hier voor zijn: een soloconcert van de Italiaanse accordeonist Luciano Biondini.

Als diverse keren op SudTirol Jazzfestival te zien geweest is en blijft deze muzikant een waar fenomeen, een muzikant die een wereldster zou moeten zijn. De accordeon is in de Lage Landen een ondergewaardeerd instrument, meestal een instrument waar volkse melodieën op worden gespeeld. Behoorlijk triest eigenlijk als je daar aan denkt.

Natuurlijk heeft de Argentijnse Astor Piazolla eraan meegeholpen om dat beeld te veranderen en zijn ‘volgeling’ Dino Saluzzi al net zo goed. Biondini is absoluut een volgeling van deze traditie al speelt hij deze ochtend puur accordeon en geen bandeneon waar zijn voorgangers soms ook gebruik van maakten/maken.

Biondini is zo’n muzikant die één met zijn instrument is en zijn muziek volledig leeft. De manier waarop zijn lichaam en gezicht de lijnen van de muziek volgen is zo intens dat je je als vanzelf in zijn muziek verliest. Hij is tevens zo’n muzikant waarvan je gelijk hoort dat hij niet alleen technisch perfect onderlegt is maar alle emoties denkbaar kan bespelen met zijn spel.

Als hij na een virtuoos eerste stuk als tweede stuk het thema van de film Cinema Paradiso (een film van de Italiaanse regisseur Giuseppe Tornatore met muziek van Ennio Morricone) speelt zie je de helft van de zaal stuk gaan. Hoe kan het ook anders als het wellicht allermooiste dat Morricone ooit heeft geschreven zo wordt gebracht. Tranentrekkend mooi wat Biondini hier flikt.

Het is een set als geen andere op dit festival. Een muzikant die zo opgaat in zijn muziek en zo hartverscheurend mooi speelt en dan op zo’n bijzondere plek en voor zo verrassend veel mensen ook. Natuurlijk moet hij na zijn set, waarin hij de liefde voor Italiaanse en Argentijnse componisten openbaar viert, nog twee toegiften geven voordat hij met een staand applaus uiteindelijk pas stopt. Weergaloos!

Het avondprogramma opent met het Nagy Emma Quintet, een opvallend Hongaars gezelschap, dat nog niet exact weet wat ze met hun muziek aan moeten. Een zangeres met een zachte stem die meer in de jazzy pop regionen verblijft en een band waarvan de vier muzikanten liever willen rocken, levert een wat ongemakkelijk geluid op. De poppy jazzsongs waar ze mee openen zijn wat invulbaar, als de band wat aanzet hoor je wat de muzikanten kunnen maar valt zangeres Emma Nagy volledig weg. Al helemaal als gitarist Péter Cseh zijn versterker even flink open zet. Het wat gedurende het optreden eigenlijk alleen maar ongemakkelijker met muzikanten die zich prominent willen profileren en een zangeres die haast in haar eentje lijkt.

Een openbaring is daarna dan ook het duo Ella Zirina en Reinier Baas, opvallend genoeg leerling en leraar op het Amsterdamse conservatorium. Mooi om de talentvolle Letse Zirina zonder schroom naast de gevierde Baas te zien zitten en haar partijen te zien spelen. Vol lef en durf en met een mateloze techniek. Mooi ook hoe Baas haar als volwaardige collega alle ruimte geeft. Dan zij, dan hij weer in de lead en steeds het publiek verbluffend achterlaten.

Dat Zirini zeer getalenteerd is weet Baas natuurlijk al te goed. Zij trekt zich optimaal op aan de grote kwaliteiten die Baas heeft en wat een bijzondere muziek heeft dat tot gevolg. Van interpretaties van Gershwin tot aan Radiohead in grootse samenspeelvorm. Ze spelen in een ingetogen prachtige set samen het mooiste concert van de avond. Moeiteloos.

Een grote verrassing daarna is het trio van de Italiaanse drumster/zangeres Evita Polidoro. Zij heeft met Nicolo Faraglia en Davidetrangio twee gitaristen mee die beiden op geheel eigen wijze haar songs kleuren. Waar Faraglia ook nog eens backup vocalen zingt.

De set begint met ingetogen stukken die een jazz achtergrond verhullen maar naarmate de set vordert en Polidoro ook meer gaat zingen verschuift de sfeer meer naar postrock, worden de song ook wat gestroomlijnder en pittiger. Het levert een concert op dat een groeibriljant genoemd mag worden.

Van een geheel andere orde is vervolgens het trio Mopcut in de jazzkelder, Batzen Sudwerk. De afsluiter van de dag. Met drummer Lukas König en gitarist Julien Desprez als band is het zangeres/electroniste Audrey Chen die alle aandacht trekt. Tegenwoordig woonachtig in Berlijn is de Amerikaanse met Taiwanese/Chinese achtergrond een culturele alleskunner en muziekvernieuwer.

Mopcut is een trio van de uitdaging. Van de zware uitdaging. Eigenlijk vanaf de opening duikt het trio er volop in met een overrompelende sound tot gevolg. Hard en meedogenloos met een bijna constant krijsende Chen is er geen ontkomen aan. Noem het vernieuwend, noem het modern, noem het super heavy, het past allemaal.

Mopcut is een heel interessant trio om zo’n 20 minuten op volle kracht los te zien gaan daarna hebben je oren er even genoeg van. Op volle kracht, op vol volume is het concert mij, na alle moois van de dag, na 20 minuten meer dan genoeg.