Seasick Steve
Love & Peace
Laatbloeier Seasick Steve is al even onderweg als hij na eindeloze omzwervingen en een wat geheimzinnige muzikale voorgeschiedenis als producer zijn eigen rauwe juke joint blues op een eerste langspeler verzameld op het in 2004 met een Scandinavische backingband tot stand gekomen Cheap. Op de opvolger Dog House Music verzorgt hij zowat de integrale instrumentatie, na een passage op Jools Hollands nieuwjaarsshow en zijn profilering als one man band komt Steven Leach aangezwengeld door een grotendeels verzonnen bio in een stroomversnelling. De rudimentaire, op boogie leest geschoeide benadering is sterk schatplichtig aan John Lee Hooker’s verrichtingen en gaandeweg uitgebreid met uitstapjes naar country en folk. Die zijn terug te vinden op enkele verdienstelijke langspelers zoals You Can’t Teach An Old Dog New Tricks, Sonic Soul Surfer en Can U Cook.
De genereus bebaarde bluesman passeert op zowat alle prestigieuze festivalpodia met eigenhandig geassembleerde cigar boxes, driesnarige gitaren of zijn eensnarige Diddle-bow in franjeloze energieke sets met ondersteuning van Dan Magnusson. Die hondstrouwe ‘brother of the road ‘zit weerom aan de drumkit. ‘Crazy Dan’ vormt samen met Luther Dickinson de ritmesectie. Zo wordt evolutie van primitieve one man band naar ‘reguliere’ boogie bluesformatie verder uitgebouwd. Bovendien zorgt de frontman van North Mississippi All Stars in zijn onnavolgbare stijl voor aanvullend snarenwerk.
De met rappende parlando gedebiteerde dwingende oproep tot vrede en samenhorigheid leunt op een stevige southern rock stramien, in de verte ontwaren we piano flitsen. In de drassige boogiestomper Regular Man duikt een rauw bijtende harmonica op. Met I Will Do For You vertraagt het tempo enigszins en wat verderop rakelt Steve in een akoestische blues de lotgevallen van de rondtrekkende circus gezelschappen van weleer op. Church Of Me balanceert eveneens op een wat ingehouden aanpak maar explodeert regelmatig met furieuze escapades van het smoelschuivertje.
‘Clock is running’ en na het uit de zompige moerassen van Louisiana onttrokken Toes In The Mud bezingt Steven achtereenvolgens zijn vrouw en wordt de boogie nog eens uitgebreid verheerlijkt. De zinderende energie van een concert lijkt verder weg dan ooit en het zal wellicht nog even duren voor we de ‘Traveling Man’ op een podium kunnen begroeten, de boodschap van Seasick Steve indachtig maken we er ondertussen het beste van.