Helmet
Left
Met Page Hamilton als enige constante factor maakt met de voormalige hardcore rockers van Helmet in 2004 een doorstart met Size Matters. Page Hamilton heeft nog steeds een verhaal te vertellen al zorgt de zevenjarige hiaat er wel voor dat de relevantie er een beetje vanaf is. Zo overdonderend als op doorbraakalbum Meantime en het breed opgepakte Betty klinkt het nergens meer. Zelfs de duidelijke door Helmet beïnvloede nu metal scene met hun laag afgestemde gitaar en bas bloedt langzaam dood. De dramatische teloorgang met een opgefokte kinderachtige Fred Durst van Limp Bizkit tijdens Woodstock ’99 zet het genre in het kwade daglicht en tast de geloofwaardigheid hevig aan. Men is er wel klaar mee.
Maar daar denkt Page Hamilton dus anders over. Na de mislukte reünie waarvan Size Matters het misplaatste wapenfeit is, ontbindt hij min of meer Helmet opnieuw om samen met drummer Kyle Stevenson stapsgewijs aan een andere basis te werken. Die komt er met gitarist Dan Beeman en bassist Dave Case. Dat de lijn naar boven een lange weg is blijkt wel als Monochrome nog minder goed ontvangen wordt. Mondjesmaat revancheren ze zich met het lauwe Seeing Eye Dog en het meer gelaagde Dead to the World. Aan de complexe uitgedachte gitaarstructuren van Page Hamilton ligt het zeker niet, die blijven geniaal en ook een lekker solerende Dave Case heeft ondertussen zijn draai gevonden. Het is vooral pijnlijk hoorbaar dat Page Hamilton zijn verbale krachten in het verleden zodanig verspeeld heeft waardoor hij nu wat geforceerd overkomt.
De afgelopen vier jaar zondert de band zich in de studio af om aan nieuw materiaal te werken. De verwachtingen zijn bij mij wat genivelleerd, des te verrassend is het dat ze afgelopen zomer sterk met de Holiday single terugslaan. De tekst sluit bij de populaire Netflix documentaires over onopgeloste moorden en de verheerlijking van seriemoordenaars aan. Helmet pakt dus stevig uit met solo’s waar Metallica jaloers op mag zijn en benut de afgelopen hiaat om zich vervolgens muzikaal erg in het nu te plaatsen. De wereld draait door en in het genootschap van Ghost ontwikkelen zich andere helden aan het front. Die melodieuze poppy zangtechnieken hebben ook hun inslag bij Page Hamilton die duidelijk beter afgerond is gaan zingen.
Die invloed van Tobias Forge van Ghost hoor je overduidelijk op Gun Fluf terug, en is dat absoluut een meerwaarde. Toch is het vooral meesterdrummer Kyle Stevenson die zich het intro toegeëigend, waarmee Helmet bewijst dat er een geoliede machine herrezen is. Gun Fluf plaatst de oorlogswaanzin en het bar slecht gestelde rechtse wapenrechtssysteem op de voorgrond en stamt tekstueel overduidelijk uit het presidentiële Donald Trump tijdperk. En ook het hierop aansluitende NYC Tough Guy benadrukt nogmaals dat er in de gewelddadige kansloze straten van New York City niks veranderd is. Ondanks zijn uitwijking naar Los Angeles ligt het Page Hamilton hardcore hart nog steeds in New York.
Door de vele studiospeeluren komt de plaat soms wat als een achterhaalde aanklacht over. De pure noodzaak ligt meer in de uit de hand lopende kwaadwillige Capitool bestorming van bijna drie jaar geleden. Ook Make-Up verwijst min of meer naar deze zwarte geschiedenispagina. Page Hamilton mist het vermogen van een voormalig Sugar frontman Bob Mould om direct op die onvrede in te spelen, en gelijk verontrustend goed materiaal op de markt te brengen. Natuurlijk is de Big Shot kwaadheid oprecht en gemeend, ik geloof Page Hamilton op zijn woord, daar is niks mis mee, maar die essentiële impact is het niet meer.
De afkeer tegen hoogheidswaan gaat in het catchy Bombastic ten onder. Helmet giet hun cross-over erfenis in een keurig weggezet museumpronkstuk. En ook het psychedelische hallucinerende Reprise is een verdwaald intermezzo, waarmee ze afbreuk aan hun geloofwaardigheid doen. Hierdoor komt Dislocated net wat sterker binnen, al is het eigenlijk slechts een slap aftreksel van hun eerdere baanbrekende werk. Page Hamilton heeft zijn energie verspeeld en de zinnen komen wat krachteloos over. Hij mist het vermogen waarmee Left zo sterk met tracks als Holiday, Gun Fluf en, vooruit dan, NYC Tough Guy opent. Ik heb geen behoefte aan een vocalist die zich sexy door de melodieuze zinnen wringt.
Die slidegitaar country uitspatting in het gelaagde met strijkers opgesierde Tell Me Again komt meer tot zijn recht. Bij deze kampvuurtrack smeult het heilige vuurtje nog wat bijna uitgedoofd na. Een persoonlijke cynische heldenode zonder benoeming van naam, waarmee een ieder zich kan identificeren. Hoe dichter je bij je idolen in de buurt komt, hoe sterker je aan die daar ook aanwezige menselijke trekjes gaat storen. Het is dus prima als Helmet andere invalshoeken opzoekt, hier getuigen ze dat het wel degelijk kan werken. Powder Puff heeft met de gitaaruitspattingen een hoog Alice In Chains Jar of Flies gehalte. Het jazzy instrumentale aan Santana memorerende Resolution gefreak is wat vluchtig in elkaar geflanst. Door de kwalitatieve goed uitgewerkte arrangementen overstijgt Left de middenmoot, maar eigenlijk moet ik concluderen dat de plaat maar voor de helft echt boeit.