Dit  vanuit Moss in Noorwegen opgestarte project is enigszins de voortzetting van de Britse minimalistische indiepop van Allo Darlin’. de zang van Elisabeth Morris  krijgt gezelschap van Ola Innset die voordien in Noorse bands als Making Marks en Sunturns figureerde.

Het duo zocht inspiratie in Scandinavië, die vonden ze in de Zweedse bossen werden ze sterker dan ooit met de wisselende seizoenen geconfronteerd, de  warme zomer en de strenge winter in Scandinavië klinkt door in het mengsel van akoestische en vervormde gitaren en toetsen terwijl viool en cello de harmonische zang en de verbondenheid, van Elisabeth en Ola accentueren.

Bovendien had de geboorte van hun dochtertje eveneens een inspirerende uitwerking, getuige Don’t Be Afraid en Harbour In The Storm, een teder wiegeliedje op akoestische gitaar. Een folkgetint deuntje als Anthens en Dreamers With Our Feet roept herinneringen op aan de vroege jaren zeventig, de glorieperiode van Amerikaanse singersongwriters met de melodische duozang, invloeden die  sporadisch ook in de overige songs opduiken.

De tracks waarbij Ola meer op de voorgrond komt leunen met jengelend gitaarwerk aan bij de Britse traditie, bij de fijnbesnaarde zang  dwalen onze gedachten af naar Al Stewart. Vooral in het folkgetinte met cello begeleide Everything Is Strange maar ook in het op jengelende gitaren huppelend Ghostwriter en als de achtergrond wordt bepaald door de luide feedback van het vervormde snarenwerk in Airport Town. I Need Love, een traag slepende song en het prachtige Winter Sun dat rond zwierige pedaltonen cirkelt zijn bijzonder aangename popfolk deuntjes die dit oor strelende schijfje afsluiten.