Chris Stills – Don’t Be
Don't Be Afraid
Als zoon van Stephen Stills en de Franse songwriter en chanteuse Véronique Sanson groeide hij op in LA en Parijs. Zijn moeder leerde hem pianospelen, Chris roffelde als tiener liever op de drumkit.
Tijdens een tournee van Crosby, Stills en Nash vergezelde Chris zijn beroemde vader, een gitaartechnieker leerde hem de eerste akkoorden aan en thuis oefende Stills ijverig verder. Na de scheiding van zijn ouders verhuisde hij met moeder naar Parijs. Na zijn studies keerde hij terug naar de VS waar hij als roadie van vader rondtrok. In New York musiceerde hij een tijdje samen met Adam Cohen, zoon, van Leonard Cohen. Een andere zoon van een beroemde vader de singer- songwriter Ethan Johns die in 2005 in de voetsporen trad van vader Glyn met de productie van Stills’ veelbelovende tweede langspeler 100 Year Thing.
Na de breuk met zijn vrouw en moeder hun twee kinderen van keert Stills vanuit Parijs, waar hij als musical en filmacteur actief was, terug naar LA waar hij zijn wonden likt en met oude vrienden als producer Dan Burns en Zac Rae aan de slag gaat. Op Don’t Be Afaid bladert Stills door zijn verleden met doorvoeld songwerk dat de afgelopen tien jaar tot stand kwam. In Love Again en het op bluesy slidewerk leunende The Weekend componeerde hij samen met de Bristse singer-songwriter David Saw.
In het verleden toerde Stills samen met Ryan Adams en het duo jamt wel eens in Adams studio, Criminal Mind ontstond tijden zo’n jam, met het rauwe verscheurende gitaarwerk ongetwijfeld een podiumkiller evenals Blame Game, een stevig rocker waarin naast een sneer naar de politiek ook de eigen tekortkomingen niet weggemoffeld worden. De door piano aangestuurde fraai georkestreerde passages zoals een naar Macca lonkend Lonely Nights en titeltrack maken meer indruk en bovenal een fraai Summer Love, een zonnige melancholische mijmering naar het verleden die tijdens een recent eenzaam reisje naar Ibiza opborrelde.
Hellfire Baby Jane komt ongetwijfeld dicht in de buurt van vaders werk met lekker ontspannen gitaarpartijen en harmonieuze zang. De echte schoonheid schuilt hier vooral in het ingetogen werk zoals het met sobere akoestische begeleiding opgebouwde Daddy’s Little Girl. Leaving Behind dat Stills rechtstreeks aan zijn dochtertjes gericht is een opmerkelijk door schuld en wanhoop verteerd moment.