×

Concert

30 mei 2012

Orpheus: De Filharmonie olv Jaap van Zweden

Geschreven door: Carl Puhl

Zo gewend aan de begintijden in het Concertgebouw heb ik er geen rekening mee gehouden dat concerten in andere zalen wellicht niet om kwart over acht maar eerder beginnen. Dus toen we even na achten bij Orpheus aankwamen troffen we een opvallend lege ontvangsthal aan. Gelukkig was een medewerker van de zaal zo vriendelijk om ons toe te laten tot het eerste balkon. Zo hadden we dus wel het Groot Russisch Paasfeest van Nikolaj Rimski-Korsakov, maar waren we nog op tijd voor het Concerto Voor Pianotrio En Orkest van Bohuslav Martinů en het Concerto Voor Orkest van Béla Bartók.

Vrijdagavond 25 mei werden bovenvermelde werken door de Filharmonie onder leiding van Jaap van Zweden in theater Orpheus te Apeldoorn uitgevoerd. De muziek van de Tsjechische componist Bohuslav Martinů krijgt het klassieke publiek niet al te vaak te horen. Daarom kozen wij dit concert uit in plaats van het Zondagochtendconcert in ons eigen Amsterdamse Concertgebouw. Het Storioni Trio, bestaande uit Wouter Vossen (viool), Marc Vossen (cello) en Bart van de Roer (piano), nam de hoofdrol op zich. Na een bewogen opening werd al snel duidelijk dat deze uitvoering een memorabel muzikaal moment zou worden. De afwisseling tussen strijkorkest en pianotrio zorgde voor spanning en veel variatie. Verder beschikt de componist over drie solo instrumenten waar hij gretig gebruik van maakt. Hoewel het piano ritme en melodie kan combineren, werd het instrument in dit werk eerder gebruikt om accenten te plaatsen. Dit maakte het volgen van de melodielijnen voor relatief onbekende luisteraars waarschijnlijk moeilijker. Het Concerto Voor Pianotrio En Orkest werd mooi en gedreven uitgevoerd.

Na de pauze werd een prachtige uitvoering van het Concerto Voor Orkest van Béla Bartók verzorgd. Dit stuk heeft een enorme reikwijdte en de componist maakt ten volste gebruik van het enorme orkest. Dirigent Jaap van Zweden dreef de muzikanten van de Filharmonie tot grote hoogten en er werd opvallend goed gesoleerd. De voorkeur van de componist lag duidelijk bij de dwarsfluit, maar ook de hoornsectie kreeg voldoende aandacht. Het is bijzonder interessant en leerzaam om de muzikanten bezig te zien en om er op deze manier achter te komen welk instrument welk deel voor zijn rekening neemt. De klassieke liefhebbers uit Vlaanderen mogen zich gelukkig prijzen met zo’n professioneel orkest als de Filharmonie.