Met Marco Santos naar Portugal, Cabo Verde en Gambia
De Portugese drummer/percussionist Marco Santos organiseert regelmatig een festival in het Paard van Troje in Den Haag. Elke keer nodigt hij bevriende musici uit. Afgelopen zaterdag was het de vierde keer dat Marco Santos & Friends te zien en te horen waren in de kleine zaal van het Paard. Speciale gasten waren de Portugese zangeres Mónica Triga, de Kaapverdische zangeres Jacqueline Fortes en sabarspeler Ebou Gaye Mada uit Gambia.
De band van de avond bestond naast Marco Santos zelf uit Paulo Bouwman (gitaar), Danilo Tavares (bas), Has San (gitaar), Rodrigo Cordeiro (percussie), Kenny Talkowski (tenorsax) en Rafael Lima (altsax). Mónica Triga bewees met haar optreden dat Portugese muziek meer is dan fado en ook de muziek van de voormalige koloniën omarmt. Zoals in Linda Africa dat ze het publiek liet meezingen. Andere mooie songs waren Rio en Sarafina. Santos bood zijn muzikale vrienden genoeg ruimte om te soleren en dat hij meer is dan een drummer bewees hij door ook de cavaquinho te spelen, een snaarinstrument met 4 snaren dat veel in Braziliaanse en Kaapverdische muziek wordt gebruikt. Triga’s dochter Evita en zoon Djani kwamen ook het podium op om te zingen en te rappen. Choro e Canto (ik huil en zing) begon met een fraaie percussiesolo waarin Marco zijn virtuositeit als drummer/percussionist kon etaleren met Rodrigo Cordeiro aan zijn zijde.
Na een korte break betrad Jacqueline Fortes het podium. Deze in Senegal geboren Kaapverdische zangeres heeft haar sporen al verdiend met het zingen van melancholieke morna’s en vrolijke coladeira en het was een genot om haar te horen zingen in nummers als Nha coracão tchorá (morna) en Terra di nha gente (coladeira). Tijdens Triga’s optreden werd er al gedanst, nu kwam het publiek nog meer los, zeker toen Jacqueline Fortes een funana inzette, een swingende Afrikaanse Kaapverdische stijl: Sol di manha. Gezegd moet worden dat zowel Triga als Fortes door een sterke band werden begeleid, met Marco Santos als strakke en gevarieerde ritmische basis.
Dat werd nog eens geaccentueerd tijdens het optreden van Ebou Gaye Mada uit Gambia die op drie sabars speelde en daarnaast zong. De ritmes op deze drum uit Senegal en Gambia zijn zeer gecompliceerd, weet ik uit ervaring. Het samenspel tussen Ebou, Santos en Cordeiro (op conga’s en kleine percussie) was heel goed; met synchroon gespeelde breaks en felle klappen op de sabars. Met nummers als The Leaders, Buxamatoul en Yai Jubakh kregen Ebou, Marco en de band iedereen aan het dansen. Tijdens de finale met alle deelnemende artiesten op het podium pakte Ebou de tama, de kleine West-Afrikaanse talking drum, en zong iedereen Bulimundo, het lied van de gelijknamige Kaapverdische groep. Het werd een spetterende feestelijke afsluiting van een mooie avond met Portugese, Kaapverdische en West-Afrikaanse muziek.