×

Concert

16 maart 2012

Händel’s Deidamia in het Muziektheater

Geschreven door: Carl Puhl

Wie zegt dat je niet mag lachen tijdens een opera? De Amerikaanse regisseur David Alden in ieder geval niet. Hij voert levende rekwisieten op, laat ze kolderieke danspasjes uitvoeren en doet het hof van Skyros voorkomen als een Amerikaanse film uit de jaren vijftig. Deze drang naar entertainment en invulling werkt voor mij erg storend. Het voelt gekunsteld en gemaakt. Uit de reactie van het publiek tijdens en na de voorstelling valt op te maken dat men het wel weet te waarderen.

Het prachtige decorontwerp van Paul Steinberg draagt de enscenering op een zeer stijlvolle manier en ook de kostuums van ontwerpster Constance Hoffman leveren een duidelijke bijdrage. De belichting van Adam Silverman komt op mij totaal onprofessioneel over. Het breken met de traditie zal in zijn ogen wellicht een symbolische meerwaarde hebben, maar ik ga daar gewoon niet in mee. Zo heeft het volledig Amerikaanse team voor een mooie setting gezorgd waarin de muziek en zang van Handel op een levendige manier tot uiting komt.

De schitterende muziek van Georg Friedrich Händel is op en top barok en zorgt dus op zichzelf al voor voldoende versiering. Ivor Bolton dirigeert het Concerto Köln naar een opvallend hoog nivo; feilloos wordt de muziek van deze opera uitgevoerd. De zangers zijn stuk voor stuk van topnivo. De Britse sopraan Sally Matthews is een schitterende Deidamia. Ze zingt haar partij weergaloos en vooral de dynamiek in haar stem valt op. De rol van Amerikaanse badpakdiva zit haar als gegoten; ze is Marily Monroe, Mae West en Jayne Mansfield tegelijk. Ook de Argentijnse sopraan Veronic Cangemi zingt de sterren van de hemel als Nerea. Haar persoonlijkheid vult het toneel en ze lijkt larger-than-life. Ze zingt haar rol niet alleen erg kundig, maar ze speelt hem ook fenomenaal. De Oekraiens-Poolse sopraan Olga is de qua stem de mindere van deze drie sopranen. Zij speelt de rol van Achilles en doet dit zeer overtuigend; zij is een echte onbesuisde knaap! Met haar warme stem weet de Spaanse mezzosopraan Silvia Tro Santafé de harten van het publiek te stelen. Haar arias barsten niet van gevoel en emotie, maar ze drukt ze uit op een meer subtiele manier. Haar Ulisses is een karakter met diepte en dat is erg knap.

De mannen delven overduidelijk het onderspit tegenover het vrouwelijk spektakel. Umberto Chiummo speelt een opvallend onopvallende Licomede. Hij lijkt meer een verdwaalde zwerver dan een koning. Andrew-Foster-Williams is als Fenice wat meer sprekender, maar te oppervlakkig en hij mist vooral diepte en persoonlijkheid.

Wat mij betreft had het toneel op de zangers na leeg kunnen blijven. Wat is de toegevoegde waarde van een tiental mannen met geweien op hun hoofd die een soort Oostenrijks huppeldansje uitvoeren? Een persiflage op Lord Of The Dance? De zangeressen vulden het podium met hun persoonlijkheden en hun stemmen droegen het spektakel ook zonder alle extra drama op het podium. Een serene productie als die van Madam Butterfly had Deidamia niet misstaan. Toch heb ik genoten van deze opera en zie het als een geslaagde productie van De Nederlandse Opera. Een absolute aanrader voor fans van barok!