Pokey LaFarge
Rock Bottom Rhapsody

‘A plain ole Midwestern boy’ uit Saint Louis die als succesvol muzikant in LA belandt en zich daar ongeremd laaft aan alcohol, warme vrouwen en andere verlokkingen, dat is het gevaarlijke parcours dat LaFarge de afgelopen twee jaar bewandelt. Gelukkig blijft hij onverminderd actief als songwriter en ziet met de hulp van de Heer terug enig licht in zijn donkere bestaan.
LaFarge keert terug naar de Reliable Recorders in Chicago waar hij voordien Something In The Water inblikte. De sessies worden met hetzelfde onvolprezen muzikantenclubje met gitarist Joel Patterson bassist Jimmy Sutton en toetsenman Scott Ligon afgerond terwijl Alex Hall sporadisch de drumsticks voor de vibrafoon verruilt. Dat past perfect in het opzet van het grotendeels samen met producer Chris Seefried geassembleerde songwerk.
Dat is meteen merkbaar in de titelsong, een langoureus dromerig instrumentaaltje dat aan soundtrack aan een ver verleden herinnert ook de opbouw met even verderop een reprise en een finale leunt daarbij aan. Het door ritmische bas structuren en orgeltje aangedreven End Of The Rope en de onheilspellende rockabilly van Fuck Me Up zet de luisteraar terug op de grond met uit LaFarge’s donkerste periode gerukte verhalen terwijl een swingend Bluebird toch enig optimisme uitstraalt.
Na een strijkers intermezzo ontpopt Lafarge zich tot een jazzy crooner in Lucky Sometimes, een prachtige romantische pianoballade.Het met fraaie achtergrondzang gelardeerde Carry On en Just The Same schuifelen respectievelijk op een Latin sfeer en een folk shuffle. Na het niet van dramatiek gespeende Fallen Angel complimenteert het op orgel en zwoele doo wop voorbij glijdend Storm A-Comin’ een bijzonder fraai trio.
Ain’t Comin’Home en Lost In The Crowd ademen zoals de meeste songs een schaamteloos nostalgisch gevoel uit maar het wordt hier wel bijzonder elegant opgediend door een herboren singer-songwriter. Bijzonder troostvol alternatief in afwachting van de uitgestelde concerten.