Michael Prins
A Dreamer's Dream Is Forever To Be Yours
Michael Prins vindt het niet erg de lat hoog te leggen. De mooiste lovesongs ooit gemaakt noemt hij Love en Woman, beide van John Lennon. Hij noemt Lennon als voorbeeld van de artiesten die zeiden wat ze bedoelden. Kaal als dat kon, ingepakt met violen als dat nodig was. Die directheid heeft de Haarlemmer, twee jaar geleden winnaar van het tv-programma De Beste Singer-Songwriter van Nederland, ook beoogd met de songs op zijn tweede album, A Dreamer’s Dream Is Forever To Be Yours.
Nu is Lennon, net als de ook door Prins als voorbeeld aangehaalde Joni Michell, beslist niet iemand die uitsluitend bekend staat om zijn liefdesliedjes. En dan nog: het door Lennon in 1970 gezongen Love is het puurst denkbare liefdesliedje (‘Love is real / Real is love’) en staat op het Plastic Ono Band-album als rustpunt tussen schrijnende stukken over Lennon’s jeugd (My Mummy’s Dead, Mother, Working Class Hero). Bovendien staat het mierzoet door Lennon gezongen nummer in nogal schril contrast tot de rest van die plaat, die ook laat horen hoe de ex-Beatle de ‘oerschreeuw’ muzikaal vertaalt. Zo breed is de vocale reikwijdte van Prins trouwens ook niet. Hij heeft een mooie hese stem waarmee hij goed een sfeertje kan neerzetten. Maar verwacht van hem geen uithalen à la Twist And Shout of Yer Blues. Door juist de grote Beatles-oprichter als vergelijkingsmateriaal te kiezen (sorry: Prins doet het zelf) benadrukt hij juist alles wat hij nog niet is. Hij is 29, net zo oud als Lennon toen Abbey Road verscheen (en alle Beatles-klassiekers dus al waren gemaakt!). Prins heeft zojuist zijn tweede album uitgebracht. Het is al met al niet eerlijk die vergelijking te zoeken, maar vraag er dan ook niet om.
De Haarlemmer, die in de tweede editie van Giel Beelen’s singer-songwritercompetitie publiekslieveling Maaike Ouboter versloeg (geef toe: zij staat in de Top-2000), voelt zich sinds zijn debuut Rivertown Fairytales meer op zijn gemak in zijn mètier. Als een lied vraagt om strijkers en blazers, dan zijn die te horen. En goed ook. Prins houdt niet van half werk. Albumopener I Could Love You, het duet met Carice van Houten Fear Not en Something Wonderful zijn goede voorbeelden. In de meer uptempo-nummers (het prachtige Lost In Your Love en These Waters) en ook in het verstilde Summertime doet de klank van zijn stem denken aan die van Chris Martin. Vóór alles domineert de verstilling op dit album. Het zijn songs waarin de teksten en de voordracht het werk moeten doen.
De twee slotsongs van het album vormen een tweeluik rond de albumtitel A Dreamer’s Dream Is Forever To Be Yours, waarin een relatie vanuit verschillende gezichtspunten – of op verschillende momenten?- wordt benaderd:
Let’s meet up in the city
We’re free to move
Free of hurt
Choose, don’t lose hope
…aldus I Believe.
We’re not home yet
But your baby is asleep
No we’re not home yet
But I’m here to keep
Hear my heart don’t you weep