H.C. McEntire
Lionheart
Altcountryzangeres H.C .McEntire is normaal gesproken bandleider van de band Mount Moriah. Zij spelen donkere altcountry, met vleugjes folk, blues, rock en dreampop. De mysterieuze en bezwerend trage benadering van de band is behoorlijk concessie loos en eenvormig, wat soms voortkabbelende en ietwat saaie liedjes tot gevolg heeft. Fier overeind bleef altijd die krachtige stem van McEntire Maar op hun meest recente album genaamd How to Dance viel alles op de plek en was de band psychedelischer en meer bezwerend dan ooit. Na het kleine succes van dat werkje komt deze afslag naar een soloalbum dus ook een klein beetje als een verrassing.
Wat niet verrassend is dat het meteen goed klinkt. Haar stem eist meer de focus op in liedjes die overwegend meet poprock en altcountry zijn, met ene duidelijke folk inslag. Dat bezwerende is hier verdwenen, zodat de sfeer duidelijk meer krachtig en compact is. Zo’n alcoountryalbum waarop alles klopt in theorie: lekkere pedalsteel, mooi begeleidende piano, afwisseling tussen elektrische en akoestische gitaar en een stevige ritmesectie, je kent het wel. Als extra instrumenten komen er dan ook nog cello, harp, wurlitzer, drumcomputer en viool voorbij. Opvallend is dat het vaak zeer rijk geinstrumenteerd is, maar alles precuies in de puzzel past, zodat geen enkel instrument echt te veel domineert. Dit zorgt voor een mooi eenvormig geheel, maar de valkuil is tegelijk dat het wat braaf en veilig klinkt. Af en toe was het mooi geweest als ze de muziek had laten domineren niet enkel de zang.
Voor die zang heeft ze ook nog eens de beschikking gekregen over vele achtergrondvocalisten op elke track, waardoor er eigenlijk altijd wel close harmony ontstaat. Deze vocalisten zijn er eigenlijk te vele om op te noemen, maar op drie tracks duikt Tift Merrit op en Angel Olsen valt ook nog even binnen op twee liedjes. Beide krachtige zangeressen en zij zijn dan ook bepalend voor het geluid van meer dan half dit Lionheart. Helaas volgen de close harmonies zo dicht op de zang van McEntire dat ze soms moeilijk te onderscheiden zijn. Wij begrijpen dat niet echt: dan nodig je twee topzangeressen uit en dan laat je ze wegvallen in de achtergrond?! Olsen valt nog het meest op, omdat de liedjes waarop ze meezingt ook gelijk een stuk minimaler zijn. Vooral op Wild Dogs, waar voor lange tijd enkel drumcomputer en vocalen te horen zijn.
Eigenlijk is er niets mis met dit album dat qua geluid prima aansluit bij stijlgenoten als Neko Case of het vroegere werk van Lydia Loveless. Als je deze zangeressen ene warm hart toedraagt en fan bent van de gastvocalisten op Lionheart dan valt er best wat te genieten, Toch is het allemaal te mooi, te gebalanceerd en vooral niet eigenzinnig genoeg. Daardoor is het resultaat vlak en weinig gedurfd. Jammer, een gemiste kans voor een eerste soloalbum.