Big Talk
Big Talk
Dave Grohl, Phil Collins, Ringo Starr: alle drie voorbeelden van drummers die zijn overgestapt op een zangcarrière. De een is fantastisch, de ander hilarisch. En in navolging van The Killers-zanger Brandon Flowers is ook bandmaat en drummer Ronnie Vannucci iets voor zichzelf gaan doen. Big Talk heet zijn project.
Samen met goede vriend Taylore Milne zette Vannucci Big Talk op, waarin hij zelf zingt. Dat gaat hem nog best goed af. Een beetje geknepen stem, maar het klinkt. Maar Big Talk klinkt als een doorsnee Amerikaanse rockband die geolied popliedjes aflevert. Geen nummers die indruk maken of blijven hangen. Amerikaanse popliedjes met een eighties geluid. Al tijdens openingstrack Katzenjammer wordt het duidelijk dat Vannucci niet ver afwijkt van The Killers. Het nummer is overigens niet erg bijzonder: geen opmerkelijke melodieën, geen wereldschokkende lyrics. Het zet de toon voor de rest van het album. Het is simpelweg te gewoontjes. Hetzelfde geldt voor The Next One Living, een van de rustige nummer op het album, dat heel wat had kunnen zijn maar nu klinkt als een slecht nummer van Paul McCartney.
Tot zo ver de negativiteit. Big Talk is alvast beter te verteren dan de solo-albums van collega Brandon Flowers. Vannucci’s album bevat niet zulke tenenkrommende nummers als dat van Flowers. In sommige nummers is duidelijk terug te horen dat Vannucci de Ierse collega’s van U2 erg waardeert, wat in dit geval prima uitwerkt.
Na vijf sterk naar saai neigende nummers, is daar opeens No Whiskey. Akoestische gitaar wordt afgewisseld met harde elektrische tonen, wat er voor zorgt dat je als luisteraar weer even wakker geschud wordt. Het nummer laat invloeden van oud-Amerikaanse countryliedjes horen, wat verrassend klinkt op een album dat eigenlijk alleen popnummers bevat. Jammer van de eentonige tekst (“I don’t need no whiskey, I don’t need no rum and coke”), maar No Whiskey is een van de meest interessante nummers op de plaat.
Het had heel positief kunnen uitpakken voor deze zoveelste zingende drummer. Qua genialiteit kan Vannucci zich met Big Talk niet scharen bij het elite-groepje van Grohl en Collins, maar heel slecht is het nu ook weer niet.