Arctic Monkeys
AM
De puistjes zijn weg, de kledingstijl veranderd en allen hebben een fancy new haircut. Arctic Monkeys komt met het vijfde album, AM, en is volwassener dan ooit.
AM, net zoals Velvet Underground het compilatiealbum uit 1984 VU noemde. Je moet het maar durven, je spiegelen aan zo’n grote en invloedrijke band. Al mag Arctic Monkeys natuurlijk wel trots zijn: het debuut Whatever People Say I Am, That’s What I’m Not (2006) werd het snelst verkochte album ooit in Groot-Brittannië, de band won vijf keer een Brit-Award en werd twee keer genomineerd voor een Grammy. Klopt maar even op de borst. Het niveau vasthouden is een ander verhaal. Blijven vernieuwen als band is lastig, maar Arctic Monkeys heeft met albums als Favorite Worst Nightmare (2007) en Humbug (2009) bewezen dat te kunnen. Dat Suck It And See van twee jaar geleden dan misschien even iets minder is blijven hangen, is niet erg.
Net als met Humbug en Suck It And See krijgt de band bij AM hulp van Kyuss- en Queens of the Stoneage-man Josh Homme. Het zorgt voor een stroomversnelling in het volwassen worden. De band stapt over op een wat lomper geluid en de chaos die de eerste twee albums kenmerkt, wordt geordend. Maar zo volwassen als op AM klonk de band niet eerder. Een album waarop schaamteloos de sound van andere bands en genres wordt nagebootst: in No. 1 Party Anthem herkennen we mooie John Lennon-achtige melodieën, I Wanne Be Yours neigt naar r&b en zou een prima duet vormen met een zangeres als Rihanna. Negatief? Zeker niet, hooguit wat onpersoonlijk. Arctic Monkeys is stijlvast zoals bijvoorbeeld Franz Ferdinand, een band die tien jaar later nog steeds zo klinkt als het debuut (en dat nog steeds goed doet overigens).
Tijdens de opening van de Olympische Spelen in Londen in 2011 liet Alex Turner voor het eerst zijn nieuwe look zien. Leren jack en gelikte kuif. Het was even wennen. Twee jaar later zit zijn kuif nog steeds in model en sluiten nummer als Do I Wanna Know? en Arabella – waar een dikke Josh Homme stempel opzit – daar perfect op aan. De verandering was nodig. Kleine jongetjes worden groot, en als 27-jarige ben je bijna een echte man.