×

Artikel

09 juni 2012

Jazzdor Straatsburg-Berlijn 2012

Geschreven door: Henning Bolte

Berlin, Prenzlauer Berg, Kulturbrauerei, één van de vele plekken en hotspots waar het cultuurt in deze stad. Om de volgende straathoek: Café Mokum. Mag je raden wat en wie je daar aantreft … geen Russendisko, nee!

kulturbrauerei_big

Jazzdor Berlijn beleefde dit jaar zijn 6e editie in de Kulturbrauerei in de wijk Prenzlauer Berg. Het is het zuster-festival van de oudere broer Jazzdor Straats- burg dat ieder jaar in november in de regio Straats- burg plaatsvindt. Met deze tandem-constructie is een sterke band tussen deze twee steden ontstaan. Jazz uit Frankrijk is een vast onderdeel van de turbulente Berlijnse scene geworden hetgeen nog wordt ver- sterkt doordat het Institut Français in Berlijn het hele jaar door een belangrijk podium voor jazzmusici uit álle windstreken biedt. Kortom, het is een goed ingebedde onderneming die de nodige organisatorische en mediale ondersteuning (Deutschlandradio Kultur en andere media) heeft*. Hierin speelt uiteraard de Berlijnse dependance van het Franse exportbureau (voor alle muzikale genres) een rol.

IMG_2871Terwijl jazz uit Frankrijk uiteraard een hoofdrol speelt, was Jazzdor nooit een al te opzichtige parlevinkende bedoening. In de 12 concerten op vier avonden zijn steeds Frans-Duitse en dit jaar ook Frans-Deense combinaties te zien. Eén van de Duits-Franse combinaties was vorig jaar de Erdmann/ Rohrer/Möbus/Courtois-combinatie die inmiddels zijn vruchten afgeworpen heeft. Dit jaar boodt het programma twee Frans-Duitse duo-premières: pianist Michael Wollny met gitarist Nguyên Lê en pianist Bojan Z met trombonist Nils Wogram. In totaal waren dit jaar 10 musici bij het festival betrokken, die niet in Frankrijk werken, 8 musici uit Duitsland en 2 uit Denemarken. Opvallend in deze editie: een stevige aanwezigheid van gitaren c.q. gitaristen, 7 in totaal (Gilles Coronado, Adrien Dennefeld, Julie Desprez, Marc Ducret, Chris Karantzas, NguyênLê, Hasse Poulsen). Misschien niet zo verwonderlijk voor een land waar de meest invloedrijke Europese jazzgitarist – afkomstig uit België – zijn werkveld had. Ook kenmerkend voor dit evenement, dat door alle jaren heen álle generaties erbij betrokken en geprogrammeerd zijn.

Het is een festival-evenement waar artistieke sporen en verbindingen gelegd worden die aanknopingspunten voor ontwikkelingen bieden of zoals de drijvende kracht achter Jazzdor, Philippe Ochem, het uitdrukt: “Jazzdor Strasbourg-Berlin is tegelijk waarderend kijken naar het verleden, een raam met uitzicht op het heden en optie voor de toekomst van scenes binnen twee nationale kaders die in toenemende mate met elkaar ver- flochten zijn en langs zeer uiteenlopende routes hun jazzidentiteit(en) gevonden hebben.”

Avond voor avond

Helaas kon ik de vierde avond niet meer bijwonen en moest daarom drie ongetwijfeld sterke formaties waar- onder de oude vos Ducret met zijn jonge honden en twee opzienbarende jonge spelers, namelijk accordeonist Vincent Peirani en saxofonist Emile Parisien missen. Deze twee hebben een verbond met Urgestein Daniel Humair, de van oorsprong Zwitserse drummer, gesloten voor ongetwijfeld grote daden. Op deze avond ook een gemengd studentensemble van de jazzopleidingen in Berlijn (tegenwoordig onder leiding van de Amerikaanse bassist Greg Cohen) en Straatsburg (voor een korte impressive van deze avond zie blog London Jazz). Bij de eerste drie avonden sprongen in mijn subjectieve beleving Bojan Z en Hasse Poulsen als meest markant eruit: hoge speeldichtheid, fraaie lijnen, hoge ritmische intensiteit en uitstekende dynamiek waarbij alle (extended) technieken volledig in dienst daarvan stonden.

Avond 1

IMG_2855De opening met Wollny en Lê had zonder meer een hoge aantrekkingskracht. Het duo is een konings- formaat, is het meest intiem en biedt de mooiste mogelijkheden! Hier bleef men (te) harmonieus binnen veilige banen en todsichere recepten. De een klonk vaak simpel als een uitbreiding van de ander. Weinig contrast, weinig naar waarachtige momenten, waar iets niet kalkuleerbaars kon gebeuren, te veel leunen op de overdonderende kracht der instru- menten. Pas in de toegift kwam iets kijken toen Lê een djan, een Vietnamese luit op zijn gitaar in zijn compositie Thăng Long emuleerde. Toen ontstond fraai contrast en bleken mogelijkheden en capaci- teiten van beide musici, ging het dezelfde kant op als in het duo dat Wollny een tijd geleden met ney-speler Kudsi Erguner speelde.

IMG_2921François Corneloup is een formidabele baritonsaxo- fonist compleet, wil zeggen hij speelt alles alleen op de bariton, de oersax van instrument-uitvinder Adolphe Sax uit het Belgische Dinant. Hij heeft onder meer zijn sporen verdient  in groepen met de bassisten Henri Texier en Claude Tchamitchian, de klarinettist Sylvain Kassap en Louis Sclavis, accor- deonist Pascal Contet en saxofonist Sam Rivers. Dit trio met Hélène Labarrière, bas en Simon Goubert, slagwerk is een fraai ingespeeld geheel. Een gaaf klankgeheel met letterlijk en figuurlijk luchtig slagwerkspel van Simon Goubert tegenover de diepere andere twee. Een klankgeheel dat zijn grootste kracht in de sterke ostinati krijgt. Hoe meer het trio deze patterns ingaat, erin doorgaat, hoe fraaier het wordt. Uniek op hoog niveau!

Rietblazer Wanja Slavin (1982) heeft aandeel in een reeks geprofileerde groeperingen. Met Mederic Collignon (tp, voc), Karsten Hochapfel (vcl, g), Ronny Graupe (g), Robert Landfermann (b), Christian Lillinger (dr) in de line-up heeft hij het album Scirocco (2010) opgenomen. Zijn quartet Lotus Eaters met pianist Böhm, Andromeda-bassist Lang en drummer Backhaus zou met trompettist/vocalist Médéric Collignon optreden maar deze moest verstek laten gaan wegens actuele bevalling van zijn vrouw. Het kwartet speelde soepel, kundig en obligaat een paar aardige stukken. Dermate obligaat dat het radeloos maakte. Een tegenvaller.

Avond 2

IMG_2966Ook de tweede avond had met het nieuwe Atlas trio van vedette Louis Sclavis een hoge aantrekkingskracht. Van dit gloednieuwe trio met gitarist Gilles Coronado en pianist Benjamin Moussay is net bij ECM het album Sources (zie WiM-bespreking), opvolger van L’impartfait Des Langues verschenen. Het trio doorkruiste in zijn discours op hoog niveau agerend met pittige thema’s diverse muzikale terreinen wat de aanleiding was tot een virtuoos encore. Het zit knap in elkaar met een klein maartje. Het maakt indruk maar je blijft er als luisteraar te weinig stil bij staan. En dat dat kan, zeer intensief, heeft Sclavis eerder bewezen – zoals op zijn album Napoli Walls. Het lijkt bij hem een kwestie van de juiste weerstand.

Stéphane Kerecki (1970) is een internationaal zeer gevraagde bassist die al een aantal jaren met de New Yorkse saxofonist Tony Malaby samenwerkt en albums opgenomen heeft. Ook op zijn laatste album is Malaby te horen. Het lag dus voor de hand het ook in Berlijn zo te houden. Kereckis muziek zit goed en sterk in el- kaar. Het is een ware lust naar zijn arco-spel samen met sopraan- sax te luisteren. Echt te vlammen begint het deze avond helaas niet. Er hangt een zekere matheid in de zaal die menigeen parten speelt.

Het trio Q met gitarist Julien Desprez, bassiste Fanny Lasfargues en drummer Sylvain Darrifourcq was het meest onbeschreven blad van de avond. Op grond van bezetting en programmatekst kon je heavier noise- en rockgeluiden verwachten. Is het een van die groepen die als Alas No Axis rock een eigen creatieve wending geeft of een die IMG_2981monomaan noisy raust of een die rockachtig doet? De groep laat veel ruimte, Fanny Lasfargues heeft op haar akoestische basgitaar geen zwaar geluid en de groep klinkt bij tijd en wijle zelfs een beetje naar Hank Marvin. Op climax, lawaaierige ontlading wacht je vergeefs. Het zijn eerder sound- scapes die zich openen wat op zich boeiend kan uit – pakken – mits het goed zit met de dynamiek maar dat is op merkwaardige wijze niet het geval. De groep zit niet goed in haar vel en maakt nauwelijks contact met het publiek wat niet zonder uitwerking blijft.

Avond 3

IMG_3026De avond begint opgeruimd. De muziek van de opener doet de rest. Het duo van pianist Bojan Zulfikarpašić en trombonist Nils Wogram, beiden ervaren spelers die ook hier bekend zijn, staan voor het eerst samen op het podium. Een primeur dus. Hun concert zit vol met ouderwets ‘klassieke’ jazz- klanken, van Ellingtonia, Waldronia tot Cherrydingen waarvan veel te genieten valt. Bij Wogram schijnt soms zelfs een vleugje dixie door. Al dit is in hun eigen sound geabsorbeerd en ontvouwt zich in een krachtige muzikale structuur en lijn van nu. Ook in de behandeling van ieders muzikaal materiaal zijn beiden aan elkaar gewaagd. Een mooie combinatie wat spelers en hun instrument betreft.

IMG_3074Van een geheel ander temperament is het trio Monniot, Chevillon en Vaillant. Christophe Monniot (1970), een breed geschoolde en georiënteerde musicus heeft in talrijke Franse maar ook inter- nationale combinaties gewerkt. In België heeft hij waarschijnlijk meer naamsbekendheid dan in Nederland (heeft daar al in het Bimhuis gespeeld). Internationaal waarschijnlijk het bekendst: bassist Bruno Chevillon. Monniot beheerst alle registers en klinkt deze avond dikwijls als Coltrane op altsax. Ook deze avond ondergaan een aantal bekende stukken uit het standard-repertoire gedaanteverwisselingen op zijn Monniots. Vertragingen en ver- snellingen, slow- en quick motion allemaal gebarend versterkt, spelen daarbij een grote rol. Monniot is speler die een spel met het spel speelt. Waarbij het soms te uitgesponnen en zelfbetrokken dreigt uit te pakken. Maar dan zijn Vaillant en Chevillon er nog. Vaillant is een drummer die op verbluffende wijze regelmatig van keihard naar fluisterzacht switch. Ook Chevillon is geen zacht- aardig uitgebalanceerd type speler. Zijn bas is behoorlijk elektronisch gemodificeerd en hij laat ook de brute klanken duidelijk spreken. Ook dit optreden goed voor een encore en een mooie opmaat voor het IMG_3119laatste concert van de avond, het kwartet van gitarist Hasse Poulsen.

Hasse Poulsen, international waarschijnlijk het meest bekend door zijn rol in de groep Das Kapital. Poulsens muziek heeft een zeer eigen, rauwe klank waarin veel geabsorbeerd is, van Django Reinhardt tot Derek Bailey. Verwant (een beetje) met groepen als het Nederlands-Engelse Sol 6. Een groep die duidelijk door alle spelers in gelijke mate gedragen wordt. Zowel wat het (samen)spel en de composities betreft. Eindelijk weer een markante band met een mooie twee-gitaren bezetting! En dan nog een vibrafoon! De harde, rauwe en ruwe kant met de zachte, vloeiend-flikkerende kant van Benjamin Flaments knappe vibrafoonspel (Flament is dit jaar uitgekozen voor het Europese talent-programma Take Five). Ook wat slagwerker Julien Chama in dit concert speelt, is in hoge mate eigen in de verdeling van sound en ritmische accentuering, vindingrijk en bijzonder. Uit de muziek spreekt een sterk episch gevoel en een gevoel voor spanningsopbouw. Het is muziek die niet in allerlei gesuggereerde verhalen zwelgt maar iets indringends door haar materiele kwaliteit vertelt. Muziek die hout snijdt! Een ander punt is de wisselwerking met de fotos van Denis Rouvre (Rouvre heeft o.a. de hoes van Hasse Poulsens laatste album Progressive Patriots en het laatste album Diagnostic van Ibrahim Maalouf gemaakt). De projectie heeft zonder twijfel impact op de waarneming van het muziekgebeuren maar er is natuurlijk meer aan de hand hij dit soort multidisciplinaire ondernemingen. Daar mag – uitgaande van dit soort aanzetten – (in jazz en geïmproviseerde muziek) meer aandacht aan besteed worden c.q. wat realisering betreft meer over nagedacht worden.

Verbindingen en nieuwe sporen zijn daadwerkelijk gelegd en artistieke ontwikkeling daarmee op gang gehouden/gebracht. Vervolg in november in Straatsburg en in juni 2013 in Berlijn.

IMG_3127

* Nederland had ooit een mooi pendant met Les Trois Jours dat langs verschillende podia ging. Zoals zo veel is dit evenement bij de vele snij-acties van de afgelopen jaren verdwenen zonder dat iets bij de tijd en noodzaak passend nieuws ontwikkeld werd. Een schijnt een nieuwe aanloop voor een Nederlands-Franse coöperatie in de maak te zijn. Deze zou nog voor eind van dit jaar op weg gebracht moeten zijn. Daarna valt zoals bekend de hele infrastructuur van het Muziekcentrum Nederland ersatzlos weg.

Fotos © FoBo – Henning Bolte ©