×

Concert

15 juni 2021

Holland Festival: Kordz X Sakamoto

Een loopbaan samenvatten in een paarregelig motto is niet iedereen gegeven, maar Ryuichi Sakamoto slaagt erin. Het zijne luidt: “Deconstructing the past and the present in order to lead us into the future with a greater scope.” Past als een handschoen op de diepe en brede catalogus van de grootmeestercomponist die dit jaar associate artist van het Holland Festival is. En ook: ga er dan maar eens aanstaan als Zwitsers-Georgische producer Alexandre Kordzaia met je missie om het vroege werk van Sakamoto in samenwerking met het Asko|Schönberg ensemble van een ‘update’ te voorzien.

Nou ja, is dat het eigenlijk? Geen idee wat de bedoeling is van dit soort verhipte programma’s. Je had Carsten Nicolai kunnen vragen een ode te brengen aan zijn kompaan. Of jonge makers als Zeno van den Broek, Gagi Petrovic en Pandelis Diamantides een reactie laten formuleren op de discografie van de Japanner. Je zou Sakamoto’s werken ook eens gewoon kunnen uitvoeren. Ook al een zeldzaamheid en ook al een ‘ear opener’ van vanjewelste als live-ervaring voor velen waarschijnlijk.

Dat is niet meer genoeg, tegenwoordig. Steeds weer moet een of andere halfhippe vogel zichzelf schatplichtig verklaren aan een maestro van weleer en dan conceptueel krampachtig in duet met een ensemble van naam en faam een malle hybride in elkaar knutselen. En meestal wordt dat tenenkrommend. Korte samenvatting alvast: dat wás het ook, heel erg zelfs, maar gelukkig waren de lampjes soms mooi.

Vooraf vertelt Kordz (kort, voor Kordzaia – wat een dijenkletser van een zogenaamde woordgrappige spitsvondigheid zeg! En eigenlijk weet je het qua fratsengehalte dan natuurlijk al lang en breed, zucht…) dat Maurice Ravel, Prince en James Brown belangrijke inspiratiebronnen zijn. En de ‘vroege’ Sakamoto dus, zeg maar rond 1980, toen de Japanner de weg plaveide voor synthesizer-pop. Het is dat Kordz het zelf zegt, want in de nogal schmierende elektro van Kordz zou je deze invloeden niet zo 1-2-3 ontwaren. Met Asko|Schönberg gaat hij Sakamoto ontrafelen, afbreken en opnieuw opbouwen: het klinkt bijna als een dreigement.

Goed, Sakamoto dus, wiens synthwerk zonder enige twijfel een belangrijk stempel drukte op house- en technomuziek in de late jaren ’80. Werk ook dat de tand des tijds op zich nog best kan doorstaan. Er zit een zeker tijdloos aspect aan dat glanst als hooggepolijst futuristisch chroom. De kwaliteit ligt in een minimalisme dat niet simplistisch wordt. Heeft dergelijk werk dan een ‘update’ nodig? Welnee. Juist niet.

Nou: wel ja, zegt Kordz. En hij maakt het nog wat erger: “Het vroege werk [van Sakamoto] is kazig.” Je zult het maar over je werk horen zeggen: ‘Cheesy’ dus. Hij bedoelt: “Ongecompliceerd, puur en blijmoedig. […] Geen dubbelzinnigheid. Dat maakt de muziek vrolijkstemmend.” Maar goed: kazigheid moet anders van Kordz: “Ik wil dat de nummers klinken zoals ik ze in mijn hoofd hoorde.” Als een particuliere herinnering getransponeerd naar 2021 dus, die dan wel publiek uitgevent wordt natuurlijk – op enige valse bescheidenheid is Kordz bepaald niet te betrappen.

In het Muziekgebouw moet het op het plankier gebeuren, zo wil Kordz. Geen sequencers of samplers en dus misbruikt hij één van ‘s lands beste ensembles om al te eenvoudige partijtjes te spelen. Denk bijvoorbeeld eens aan de twee percussionisten die zieltogende four-to-the-floor beatjes hameren en heel soms iets wat een wuft van Steve Reich heeft. Alles wordt lelijk versterkt en daardoor nog platter dan het toch al is. Want, het doel is, aldus Kordz: “Thousand Knives zou moeten klinken als Ravel’s Strijkkwartet uit het begin van de vorig eeuw en dan naadloos overgaan in een disco beat.” Het waarom daarvan hangt als een enorm verdrietig vraagteken in een ademloos luchtledige.

Mag allemaal natuurlijk, maar laffe strijkjes over een zeer matige elektronische beat passen meer bij Sensation White of Armin van Buuren. Sterker nog: de hele Nederlandse trance-club aan DJ/producers had hier een minder zieltogend zooitje ongeregeld van gemaakt dan Kordz brengt. Hij kiest namelijk niet. Het ene na het andere halfbakken idee moet en zal erin. Pastiche wordt het, Sakamoto-karaoke zonder ziel – een hortende en stotende bloedeloze medley zonder naadloze overgangen bovendien.

Het is eigenlijk beschamend dat dit driemaal op het Holland Festival mag staan. Als eindexamenwerkstuk op een conservatorium over een lengte van twintig minuten was het stuk misschien te pruimen geweest. Maar laten we wel wezen: je zou De Gevleugelde Vrienden, Jan Vayne of Hans Liberg ook niet boeken op hét hoofdpodium van de Nederlandse podiumkunsten wat het Holland Festival toch wil zijn. Van dat laken en pak was deze TROS-muziekfeest-show (woop-woop, inhaken is meemaken) helaas wel degelijk.

Ergens snapt Kordz dat ook wel: “Ik had bedacht dat de melodie van Rain goed samen zou gaan met een trap beat. Maar ik had altijd het gevoel dat dat beschamend zou uitpakken.” Klopt. Als een bus. Je vreest met grote vrees voor het glazuur van de aanwezigen. Deze zuurstok aan wansmaak is naar eigen zeggen “bevrijdend” voor Kordz, maar wanneer een Balkan-land de laatste drie minuten uit deze voorstelling zou insturen naar het Eurovisie Songfestival zou niemand gek opkijken.

Sakamoto’s motto en werk heeft allesbehalve Kordz nodig, maar misschien wel een Boris Acket die voor de visuele component zorgt. Het lichtplan werkt heel soms zinsbegoochelend en ‘immersive’. Acket is jammer genoeg te volgzaam (lampen die zwiepen als het ‘beentjes omhoog’ van Penney de Jagers Showballet) en zorgt zo voor een onderstreping; een ‘underscore’. Maar Sakamoto’s filmmuziek werkt – bijvoorbeeld in Gohatto – nou juist zo goed, omdat hij niet inkleurt wat de gemoedstoestand van de momentane scène is, maar losstaand daarvan extra textuur verzorgt, Tarkovsky-achtig. Acket wil de deunen van Kordz helpen, verpakken, het strikje eromheen zijn, maar zijn talent had vast meer kunnen schitteren wanneer hij het licht had laten botsen en schuren, wrijving had geleverd met deze nuffige en pretentieuze klanken. Nu gaat ook zijn – op zich beeldige en vakkundige werk – richting een vloek-en-een-zucht-weg nietsigheid.

Kordz X Sakamoto speelde op 14 juni op het Holland Festival in het Muziekgebouw aan ‘t IJ te Amsterdam.