Sheila E. op de bres voor een betere wereld
Sheila E. verraste eerder dit jaar met het album Iconic: Message 4 America. Niet zozeer muzikaal, ook al luistert het lekker weg, maar vooral inhoudelijk. Door middel van een selectie covers geeft ze haar commentaar op de stand van zaken in de wereld. Verrassend, omdat juist nu veel muzikanten stil blijven. Wij vroegen Sheila naar haar drijfveren.
Toen George Bush Jr. president van de Verenigde Staten was, buitelden de muzikanten over elkaar heen om met protestalbums te komen. Nu Donald Trump aan de macht is blijft het verbazingwekkend stil…
“Er zijn wel een aantal collega’s die commentaar op zijn beleid hebben hoor, die uiten zich op sociale media en brengen losse tracks uit. Protestalbums zijn er inderdaad niet zo heel veel. Daar heb ik toen ik Iconic: Message 4 America opnam echter niet zo erg bij stilgestaan. Dit album moest ik gewoon maken, ongeacht wat collega’s doen.”
Waarom heb je gekozen voor covers en niet voor eigen materiaal?
“Ik had het afgelopen jaar twee albums in voorbereiding. Een dance-album en een ‘politiek correct’ album. Maar er gebeurden zo veel bizarre dingen die mijn wereld op zijn kop hebben gezet. Prince overleed, dat maakte enorm veel impact. Maar wat er parallel daaraan met Amerika gebeurde, raakte me net zo hard. De verkiezingen hebben het land op scherp gezet. Haat en racisme vieren hoogtij. Geheel tegen ieders verwachting in Donald Trump gekozen tot president… Het land is niet meer hetzelfde. De sfeer is enorm verhard. Mensen zijn bang en verward. En dat laatste gold ook voor mij, waardoor ik uiteindelijk vooral heel boos werd. Hoe heeft dit allemaal kunnen gebeuren? Hoe kan ik mezelf daarin staande houden? Ik ben niet iemand die lang boos blijft, ik wil boosheid uit mijn systeem weren. Muziek is voor mij altijd mijn natuurlijke uitlaatklep geweest, maar de twee albums waar ik mee bezig was konden die boze gevoelens niet kanaliseren. Ik wou een snelle reactie geven en een heel nieuw album componeren zou te veel tijd kosten. Zodoende heb ik teruggegrepen op de muziek waarmee ik volwassen ben geworden en met name de nummers die van nature al een boodschap in zich meedragen.”
Wat mij opvalt is dat je wel aanvoelt wat je drijfveer is, maar dat het geen belerend album is geworden. Mensen die puur voor de muziek gaan, kunnen net zo makkelijk instappen.
“Toch is dat laatste niet helemaal mijn bedoeling. Ik heb echt wat te zeggen en ik hoop oprecht dat mensen dat oppikken en er iets mee doen.”
Terwijl je niet bekend staat als artiest die duidelijke politieke statements maakt…
“Het valt ook niet altijd goed, kan ik je zeggen. Mensen kennen mij van inhoudelijk nogal lichte teksten. Zo heb ik me ook altijd geprofileerd. Een vleug humor, liefdesverhaaltjes, dat soort werk. Dat ik nu een statement maak en dat statement ook tijdens concerten uitdraag, wordt me niet altijd in dank afgenomen. Ik krijg via mijn sociale mediakanalen berichten of ik gek geworden ben, dat ik me niet met politiek moet bemoeien. Maar ik kan toch niet niks doen? Je kan toch niet met droge ogen kijken naar hoe een samenleving zichzelf de vernieling in helpt? Passief toekijken is net zo erg als mee helpen vernielen. Dit moet stoppen, daar maak ik me hard voor.”
Komen die dansplaat en het politiek correcte album nog wel uit?
“Ooit maak ik ze zeker ooit af, maar nu voelt het niet goed. De tijdsgeest is niet goed. Wat ik nu wil uitdragen is persoonlijk, ik ben een volwassen vrouw die het onrecht in de wereld niet onbesproken kan laten. Dat blijf ik doen tot het uit mijn systeem is.”
Je album is letterlijk ‘een boodschap voor Amerika’. Wat is de boodschap als je deze niet in liedjes verpakt?
“We zijn lui geworden, hebben onze verworvenheden voor lief genomen. Laten we hopen dat wat er nu gebeurt ook een wake-up call is. Dat mensen zich weer realiseren dat we met zijn allen samen de wereld een mooiere plek kunnen maken en dat je zelf medeverantwoordelijk bent voor de samenleving. Ik hoop oprecht dat menen meer hun stem laten horen en meer mensen daadwerkelijk op ene echt geschikte kandidaat gaan stemmen als onze president wordt afgezet. Want daar hoop ik ook op.”
Wij in Europa kijken enerzijds spottend naar wat er gebeurt, maar anderzijds ook met de nodige angst.
“Het is ook belachelijk wat er gebeurt. En we laten het gebeuren. Op mijn album heb ik door nummers als One Nation Under A Groove, It Starts With Us en Come Together op te nemen willen benadrukken dat we allemaal in hetzelfde schuitje zitten, dat we het samen – ongeacht je kleur, leeftijd, sekse of geaardheid – moeten doen. Dat is wat Amerika is, een verzameling mensen uit alle windstreken die het beste uit al die verschillende culturen zou moeten halen, niet de verschillen benadrukken.”
Op laatstgenoemd nummer spelen leden van Prince’ begeleidingsband The Revolution mee en Ringo Starr drumt. Het nummer heb je in medley-vorm uitgewerkt zodat naast The Beatles’ All You Need Is Love ook heel toepasselijk Revolution ook nog meegenomen kon worden. Een geinige toevoeging.
“Het was altijd al het idee om Revolution aan Come Together te koppelen, vanwege de boodschap die ik wou uitdragen. Dat zij uiteindelijk de tijd hadden om me te spelen op het album, gaf het alleen maar extra betekenis. Erg blij dat hun bijdrage op de plaat staat.”
Had Ringo wel zin om zijn eigen nummer te doen?
“Ik belde hem op zijn mobiel en kreeg zijn voicemail te pakken. Dus ik liet een berichtje achter dat we Come Together zouden gaan opnemen en dat het me leuk leek als hij daarop samen met mij wou drummen. Hij belde terug en zei ‘dus je wil dat ik het nummer kom verbeteren?’ en dat is ook exact wat hij heeft gedaan!”
Terwijl Ringo toch niet altijd als ’s werelds beste drummer wordt beschouwd.
“Ringo heeft ‘iets’ wat een nummer kan veranderen. We hebben het album in relatief korte tijd opgenomen en getracht alle gastartiesten in de studio te krijgen om zo veel mogelijk live in te kunne spelen. Fred Stone kwam op maandag voor Everyday People, George Clinton kwam de volgende dag voor One Nation Under A Groove en Mothership Connection enzovoorts. Ringo was die week echter verhinderd. Dus hij heeft zijn bijdrage in zijn eigen huis opgenomen. Daarbij wou hij ons arrangement niet horen, hij wou de zang niet eens horen. Hij zei alleen ‘laat even een klein stukje horen zodat ik het tempo weet’ en vervolgens legde hij de beat zo neer. Hij zal hooguit 10 seconden hebben geluisterd, hij begin te drummen en BOEM, één take en klaar. Het was zo goed, dat ik het idee om samen met hem te drummen heb geschrapt.”
Het album heeft een organisch gevoel, alsof jullie alles live hebben ingespeeld. Zijn er meer van dit soort additionele takes geweest?
“Het eerste nummer waar we aan werkten was Funky National Anthem: Message 2 America. Het volkslied op een funky manier aanpakken voelde bevrijdend en gaf ons kracht. Dat gevoel wilden we vasthouden. Het doel was om dit album een echte ‘live vibe’ mee te geven. Mensen zijn niet meer gewend om te luisteren naar een band die in de studio met elkaar aan het spelen is. We hebben echter in de meeste gevallen wel meerdere takes gedaan. Maar niet te veel, om zo de nummers te laten leven. Het hoefde niet perfect, de emotie moest intact blijven. Albums zijn vaak heel ‘clean’ tegenwoordig. Dit moet een tegengeluid zijn.”
Op de Prince-cover America gebruik je ook het live-arrangement van dat nummer, met daarin zijn Free verwerkt. Geldt hiervoor hetzelfde als voor Come Together, dat je zo’n nummer aangrijpt om er meer boodschappen in kwijt te kunnen?
“Ik heb dat op zo veel mogelijk nummers gedaan. Dat is iets wat ik van hem heb geleerd, live gooiden we ook altijd fragmenten van andere nummers door de arrangementen als dat zo uitkwam. Dat klonk voor het publiek altijd heel spontaan, maar vaak wisten wij wel precies waar we mee bezig waren. Dat is op dit album ook, ik heb heel bewust naar plekken gezocht waar zo’n ogenschijnlijke improvisatie geplaatst kon worden.”
Op dat nummer doet Candy Dulfer mee. Zij heeft net haar autobiografie gepubliceerd en schrijft daarin over jullie eerste ontmoeting…
“Hahahaha, is het heel erg? Ik hoop dat het boek wordt vertaald, zodat ik het ook kan lezen.”
Je wordt door Candy op een voetstuk geplaatst, dus het is zeker niet erg. Ik vroeg me af of jij die ontmoeting ook nog herinnert.
“Ik herinner me dat zeker, maar we maken daar onderling altijd grappen over omdat ik het op een heel andere manier herinner dan zij. We waren in 1988 met Prince’ Lovesexy Tour in Rotterdam voor optredens en ik zat in een productiekantoor aan de telefoon. Candy zou met haar band voorprogramma zijn, maar daar had ik geen idee van. De meeste shows die tour deden we zonder voorprogramma.”
Ik heb het kaartje nog van die avond, daar staat ook daadwerkelijk op ‘geen voorprogramma’.
“Zie je wel? Hoe dan ook, om wat voor reden dan ook had Prince besloten dat het voorprogramma niet door zou gaan en Candy was furieus. Er klonk een kabaal en een crewlid kwam naar me toe met de mededeling ‘er staat hier een hysterisch meisje die jou wil spreken’. Daar kwam ze aangestormd, vloekend en tierend. Ze stond te schreeuwen dat Prince dit niet kon maken en hoe de band nu voor niks had gerepeteerd. Ze gelooft nog steeds niet dat het écht zo erg was, maar geloof me… het was heel erg. Op het hoogtepunt van haar getier riep ze ‘ik ben verdorie beter dan Eric Leeds’ (Prince’ saxofonist – red.) en toen dacht ik ‘ah, now it’s ON!’, waarna ik vooral die boodschap bij Prince benadrukte. Die was meteen geïntrigeerd, ik wist gewoon dat hij haar alsnog zou gaan uitnodigen.”
En de rest is geschiedenis…
“Precies! Inmiddels zijn we hele goede vriendinnen en gewaardeerde collega’s. Ik ben dol op haar en steeds willen we samen ‘meer’ doen maar komen onze agenda’s nooit goed samen. Als dingen lukken, is het vaak op het allerlaatste moment en dat is prima. Zo is het muzikantenbestaan. She’s one of the cool people.”
Een jaar voor je Candy ontmoette, stond ze nog gewoon in het publiek naar de Sign “O” The Times tournee te kijken. De film die daarvan is gemaakt is deels in Nederland opgenomen en ging afgelopen week wereldwijd opnieuw in roulatie. Wat herinner je nog van de opnames?
“In alle eerlijkheid herinner ik me van het productieproces in Nederland nog maar heel weinig. We hoorden dat er gefilmd ging worden en verder lag de focus voor ons weer op het spelen van de shows. Dat is nu eenmaal je rol als bandlid en je focus ligt in zo’n hectisch geheel puur op het spelen. De rest overkomt je. Die scherpe focus gold destijds voor mij helemaal, daar ik ‘musical director’ van die tournee was. Het proces voorafgaand aan die tour herinner ik me wel nog goed. The Revolution was ontbonden, Prince was op zoek naar een nieuwe band. De blazers Eric Leeds en Atlanta Bliss wou hij meenemen en hij wou dat ik ging drummen.”
De stap van percussie naar drums zal voor velen ogenschijnlijk niet zo groot zijn.
“Dat was het voor mij wel. Ik had in de jaren daarvoor een behoorlijk succesvolle solocarrière, maar die begin me in 1986 tijdens een lange tour die ik deed met Lionel Richie enorm tegen te staan. Ik ging daar echt bijna aan onderdoor, omdat de druk die je als je solo-artiest hebt enorm is. Je bent verantwoordelijk voor het salaris van alle mensen in je band en crew, je wordt voortdurend geacht je in de mallemolen van interviews, tv-optredens et cetera te storten. Ik wou tegen de tijd dat mijn derde album af was niets liever dan gewoon lekker spelen als onderdeel van een band en verder niks. Mijn management was het daar helemaal niet mee eens. Hoe kon ik nou een steeds succesvoller wordende carrière zo overboord zetten? Ik had het daar met Prince over en die zei ‘je kan bij mij wel gaan drummen als je wil’. Het was in die tijd stiekem altijd mijn droom geweest om drummer in een band te zijn, maar ik had niet het idee dat ik dat kon. Prince gaf me het vertrouwen dat ik dat prima zou kunnen en door in die hoedanigheid op tournee te gaan, kon mijn album in de slipstream worden gepromoot zonder dat ik daar zelf actief als frontvrouw voor op pad hoefde. Prince vroeg me te helpen bij de samenstelling van de rest van de band en die haalde ik uit mijn eigen achterban. Miko Weaver had al met The Revolution meegespeeld, dus dat was een logische keuze, en ook Levi Seacer Jr. en Boni Boyer kwamen uit mijn band. Prince vroeg of hij nog iemand moest meenemen vanuit The Revolution, toen heb ik gezegd dat hij Matt Fink moest houden.”
In hoeverre was jij als ‘musical director’ verantwoordelijk voor het geluid van de band?
“Ik was eind 1986, begin 1987 met name verantwoordelijk voor de urenlange repetities met deze band, zodat de bandleden volledig op elkaar ingespeeld waren op het moment dat Prince zich bij ons voegde en de show daarna zijn vorm kreeg. Het was een soort live Broadway-revue. Het ging allemaal heel snel in die tijd, voor mij zijn de twee jaar dat ik drummer van die band was als een sneltrein voortgeraasd.”
Het tempo waarin jullie werkten was dan ook moordend, verlichtte het de druk die je als solo-artiest voelde?
“Het was een heel vrije periode waarin ik me enorm heb kunnen ontplooien. Samen met de drumtechnici hebben we een drumstel op maat gemaakt, waarmee ik niet alleen kon drummen, maar ook met effectenpedalen geluiden kon aansturen en samples in kon starten. De Linn-drum, de claps, ik had tien pedalen die elk hun eigen effecten triggerden. In deze tijd met programma’s als pro-tools is het waanzin dat we dat allemaal live deden.”
Ik dacht altijd dat Matt Fink al dat soort effecten uit zijn synths toverde.
“We deden het gezamenlijk, ik de ritme-effecten, hij de rest. Hij had absoluut ook die drumeffecten kunnen doen, maar dat is wat ik bedoel met het bevrijdende karakter. Ik kreeg de mogelijkheid en ik riep heel gretig ‘dat doe ik wel’, zonder dat ik wist of ik het wel kon. Waardoor ik boven mezelf uit kon stijgen, ook al had ik een ondersteunende rol.”
Met als resultaat dat je dertig jaar later wat je toen hebt geleerd nog steeds toepast…
“Precies, ik heb de lol van het live optreden volledig teruggevonden en vind het nog altijd fantastisch dat ik en leven mag leiden waarin muziek centraal staat. Waarin ik word aangesproken door mensen die mijn optreden hebben gezien en erdoor geraakt zijn. Daar ben ik dagelijks dankbaar voor.”
We hebben je al relatief lang niet meer in Europa zien optreden. Komt dat omdat je huidige tournee net als het album ‘een boodschap aan Amerika’ is?
“Nee, ik wil me zeker niet beperken tot Amerika en we hadden het er pas toevallig over waarom we nog niet in Europa zijn geweest de afgelopen tijd. Het publiek is hier altijd enthousiast, we hebben hier veel vrienden. Maar het is lastig om goede boekers te vinden die een tour uit kunnen zetten. Hopelijk begin 2018 of in de lente. Want de boodschap die ik wil uitdragen, geldt voor iedereen.”
Je eindigt je album niet voor niets met klassieker What The World Needs Now Is Love.
“Precies, niet alleen Amerika is een bende, de wereld is een brandhaard, waar bommen vallen, waar mensen op de vlucht zijn, waar mensen om niets worden vermoord… We kunnen nergens heen, we hebben maar één planeet die we met zijn allen moeten delen. Maar in plaats van daar samen voor te vechten, drijven we uiteen. Mensen moorden anderen uit omdat ze ‘anders’ zijn, kijk naar alle ‘mass shootings’ die plaatsvinden. Waarom gebeurt dat? Ook mijn wereld wordt geraakt, terwijl je als artiest de wereld alleen maar een beetje mooier wil maken met je werk. Je kan niet meer met een gerust hart naar een festival of concert. Toen ik op tour was met Lionel Richie in 1986 waren er ook bomdreigingen, dat is van alle tijden. Maar nu is het anders en wordt er niet meer gedreigd. Aanslagen gebeuren gewoon. Die schietpartij in Las Vegas onlangs, vreselijk. De aanslagen in Le Bataclan in Parijs, een zaal die ik goed ken en waar ik toevallig die avond niet optrad. De aanslag in Manchester. Je in deze harde wereld politiek uitspreken is gevaarlijk, voor je het weet ben wordt je de mond gesnoerd. Maar ik moet het doen.”
Misschien is dat exact de reden dat steeds minder artiesten zich uitspreken?
“Daar kan ik niks over zeggen, ik weet het echt niet. Maar ik weet wel dat de artiesten en hun publiek die de afgelopen tijd geraakt zijn ook niet buitengewoon politiek waren. En ik weet ook dat de daders van schietpartijen in veel gevallen ook hulp nodig hebben, maar door bezuinigingen in de zorg, of door totale desinteresse van hun omgeving niet worden gehoord. Dat bedoel ik met het uiteen drijven. We letten alleen op onszelf en verliezen anderen uit het oog. Daarom probeer ik tijdens mijn optredens juist de gezamenlijkheid te benadrukken. Ik vraag het publiek om zich heen te kijken en te zien dat ze met zo veel verschillende mensen samen in een relatief kleine ruimte prima overweg kunnen. Ik hoop dat ze als ze weer buiten staan dat gevoel vast kunnen houden en meenemen de wereld in.”