×

Interview

03 april 2014

Di-rect over hun nieuwe album Daydreams In A Blackout

Geschreven door: Björn Groenen

Na eureka-momenten en verhitte discussies over eenwording komt Di-rect met het derde studioalbum Daydreams In A Blackout. In gesprek met Marcel Veenendaal, Frans ‘Spike’ van Zoest, Bas van Wageningen, Vince Van Reeken en Jamie Westland over onder andere de samenwerking met producer Cenzo Townshend (U2, Snow Patrol, Kaiser Chiefs), de songwriting op Ibiza en het mix- en masterproces.

WiM: Het derde album in de nieuwe formatie heet Daydreams In A Blackout en is volledig door eigen hand geproduceerd. Wat waren de voor- en nadelen?
‘Het grote voordeel was dat het een persoonlijke plaat is geworden. Van de eerste seconde tot de laatste hebben we alles zelf bedacht. Het nadeel daarvan was dan wel dat het nog nooit zoveel tijd heeft gekost. Dat tijdsbesef is overigens zowel je voor- en nadeel als je niet oppast, want het voordeel was dat we alle tijd hadden om iets te produceren. Op bepaalde momenten moesten we wel oppassen dat we niet doorschoten in de keuzes die we eigenlijk wel tof vonden. De uitdaging was dat we met vijf man waren. Noem het gerust een voetbalteam zonder een coach aan de kant. We waren dus continu elkaars ogen en oren. Daar zat een grote uitdaging in en dat heeft uiteindelijk een lange tijd gekost om het proces optimaal te laten functioneren. Met name in de eindsprint viel alles op zijn plek. We kregen onderweg dan wel enkele momenten dat we loodrecht tegenover elkaar stonden, maar dat werd later een ‘eureka-moment’.
Begin vorig jaar hebben we een reis gemaakt naar het tropisch eiland Ibiza om alle ideeën die we na en tijdens Time Will Heal Our Senses hadden opgedaan voor een nieuwe plaat in kaart te brengen. Vaak werkt het voor ons ook zo als we met vijf man ergens naar toe gaan, dat we veel stoorzenders en factoren uit kunnen zetten. We hebben ons dus kunnen focussen op hetgeen wat we wilde gaan doen. De reis hadden we overigens iets te vroeg geboekt, dus we zaten ver vóór het mooie weer op dat tropisch eiland. Regen, regen en nog eens regen [lacht]’

WiM: Waarom moet dat dan zo ver weg zijn op een tropisch eiland?
‘We hadden nog niet zo lang geleden een tour achter de rug en wisten dat we deze plaat gingen maken. Dan is het dus aangenaam om niet in Den Haag of thuis te zijn. Op Ibiza hebben we met elkaar een plan gemaakt voor Daydreams In A Blackout en de strategieën besproken. Het klinkt alsof het een vergadering is geweest, maar het was een informele week geweest. We werden overigens wel gedwongen om op elkaar lippen te zitten, maar daar hebben we expres voor gekozen.
Voordat we onze tweede studioalbum Time Will Heal Our Senses gingen opnemen, zaten we in Oostenrijk. Het komt er dus op neer dat we ook dit keer alles van het thuisfront wilde loslaten om vervolgens in alle rust naar Ibiza te kunnen reizen met de vraag ‘wat willen gaan maken?’ Na deze vijf jaar dat we bij elkaar zijn valt er nog zoveel van elkaar te leren. Noem het gerust een ontdekkingsreis. We hebben bijvoorbeeld onszelf wel eens de vraag ‘hoe klinken we nu eigenlijk?’ gesteld. Toen de track First Time kwam, was iedereen van ons gelijk verliefd op het nummer. Vince klapte zijn laptop open, hij speelde de track af, de sessie begint te lopen en we horen vervolgens dertig minuten lang een bas- en drumloop. Iedereen was meteen om. Het gaf dus heel goed weer wat de kapstok van de plaat was geworden. Er valt zoveel uit drie à vier akkoorden te halen. Als zoiets dan terugkomt in een nummer, kom je in een soort vibe terecht. Uiteindelijk werk je naar een climax toe dat zich uitmondt in allerlei verschillende akkoorden. Daydreams In A Blackout is daarvoor gemaakt om in een vibe te komen.’

PERSFOTO 1 - Frank van der Steen

WiM: Waarom geen producer van buitenaf in de armen nemen?
‘De twee vorige studioalbums Time Will Heal Our Senses en This Is Who We Are is opgenomen in samenwerking met de Engelse producer James Lewis. We kwamen er tijdens het opnameproces achter dat wij nogal eigenwijs waren en James met name bij de tweede plaat, oneerbiedig gezegd een beetje het vijfde wiel aan de wagen werd. Natuurlijk deden we ook veel zelf. Bas heeft zijn eigen studio en kan daar veel zelf. Daarnaast schreven we alle tracks zelf. We hadden dus een uitgesproken mening over hoe de tracks moeten klinken. Toen dachten we: ‘waarom doen we dat eigenlijk niet allemaal zelf?’ Het grootste voordeel daarbij is, los van dat we weten hoe het allemaal moet klinken, dat we wéér een stap dichter bij elkaar waren gekomen. Je hebt bijvoorbeeld dan ook niemand in de groep die knopen doorhakt na een langdurige discussie. Het is nu zo dat het des te zwaarder is om die knopen door te hakken, omdat het niet meer gaat om bijvoorbeeld ‘dat is mijn smaak niet meer’. Als je ideeën met elkaar wilt delen, moet je bij elkaar komen. Er zijn namelijk plannen geweest die we gezamenlijk niet gehaald hebben, maar waardoor we wel weer dichter bij elkaar zijn gekomen. Sommige nummers die niet op het album zijn verschenen, hebben zelfs meer energie gekost dan enkele nummers die wél de plaat hebben gehaald. Het leeuwendeel daarvan zijn de stukken waar heel weinig wrijving over was. We hebben ook aan veel songs gewerkt waarop we allerlei ideeën en visies hebben geprojecteerd, om er uiteindelijk uit te komen dat het een prima song was maar niet voor ons op dit moment. Dat is het fijne, om zonder een tijdsdruk te kunnen werken en in de diepte onderwerpen uit te kunnen pluizen. We hebben bijvoorbeeld drie weken lang aan één song gewerkt, maar geconcludeerd dat het nog niet het moment was voor die song. Zo’n song kan bijvoorbeeld op een andere plaat terechtkomen. First Time en That Would Be Something zijn twee tracks die de meeste DNA hebben meegekregen van Time Will Heal Our Senses. De blauwdruk van First Time kwam van Van Reeken. Dat hebben we gezamenlijk kunnen uitwerken. En tegelijkertijd viel bij ons op dat als we die elementen uit de track meenemen naar andere ideeën die ook al op de plank lagen voor deze plaat dan kunnen er interessante dingen gebeuren. Zo klinkt That Would Be Something toch nét iets anders dan waar het oorspronkelijke idee vandaan kwam. Zo hebben we altijd afwegingen op de weegschaal kunnen leggen waarvan we ook steeds duidelijker een pallet kunnen maken met verschillende kleuren. De structuur van de vorige plaat is meer experimenteel dan Daydreams In A Blackout, maar misschien is de sound meer experimenteel waardoor het verschil groot is.’

WiM: Hoe zijn jullie muzikaal gezien veranderd ten opzichte van Time Will Heal Our Senses?
‘Wij zijn het toch wel unaniem over eens dat we het maximale uit een bepaald idee durven te halen. Dus niet na driekwart van een nummer ineens linksaf slaan om vervolgens daar een geheel nieuw thema van te maken, maar juist kijken hoe je het in arrangement en spanningsopbouw zo kan brengen dat je met de middelen die je al hebt het daarmee kan doen. Dat is een groot verschil met de vorige plaat, waar we in veel gevallen in Holiday of Time Will Heal Our Senses naar een bepaald van een song toewerken om vervolgens iets nieuws te introduceren. We moeten ook durven te putten uit eenvoud. Dat hebben we best wel nagejaagd. Het is tijdens het produceren ook belangrijk dat de songs ook bij Marcel op het lijf geschreven zijn. Wij kunnen op onze instrumenten namelijk snel inschikken naar een idee, maar de frontman moet het wél kunnen zingen of het verhaal kunnen vertellen. De dingen waar wij weerstand voor hadden, zijn vaak die het langst beklijven. First Time is namelijk wat het was toen die laptop openging. Daar kunnen we nog steeds net zo hard op kicken, omdat er ook sprake was van ‘eigenlijk wil ik er iets anders mee doen’. De songs waar dat aan de orde was, hebben de eindstreep ook niet gehaald. We vinden het ook heel tof dat we in die opvatting heel vrij hebben kunnen zijn.’

WiM: Hoe verliepen de opnames?
‘Als er één ding is wat we hebben geleerd in het proces van het zélf doen, dan is het dat we de volgorde beter moeten bewaken. Dat leer je vanzelf. Normaal is het zo dat je aan songs gaat werken en die schrijf je af. Vervolgens ga je de pre-productie in met een producer of niet en dan ga je ze opnemen. Maar voordat tracks gaat opnemen weet je in ieder geval dat de song van A tot Z bekend is. Dat staat vast. Bij ons was het zo dat we gingen opnemen, omdat iedereen enthousiast was over een bepaald idee. We speelde een couplet, refrein, couplet, refrein, maar dan liep het soms vast. We dachten dat we er later wel uit zouden komen, maar dat kwam maar niet. Ook kwam het een keer voor dat de track eigenlijk al af was, maar dat we dat niet eens door hadden. Maar dat geeft je wel weer een creatief inzicht die je met een traditionele route niet kunt bereiken. Bas was bijvoorbeeld aan het mixen en de rest was met de structuur van een song bezig wat nog opgenomen moest worden. Alles liep dus zeer chaotisch door elkaar heen. Waar we wel naar gestreefd hebben, is daarin heel flexibel te zijn. Als er een idee in de band ontstaat mag techniek nooit een handicap zijn. Als er bijvoorbeeld een plan is om de drums opnieuw in te spelen, dan zou het heel vervelend zijn dat we een halve dag nodig hebben om de juiste drumsound te zoeken. De set-up is dus continu geweest, of we nu aan het afronden waren of iets nieuws beet pakte, dat we altijd binnen een half uur kunnen schakelen om een nieuwe partij op te nemen. Die creativiteit is voor ons ook een voorwaarde geweest dat de studio kon blijven functioneren met waar wij mee bezig waren.’

PERSFOTO 5 - Frank van der Steen

WiM: Hoe verliep het mix- en masterproces?
‘We hadden de mogelijkheid om het album te mixen bij Alex Newport (o.a. The Mars Volta) en Cenzo Townshend (o.a. U2, Kaiser Chiefs, Snow Patrol) en dat hebben we ook laten doen. Zo hebben we Invincible naar Townshend gestuurd toen we nog druk aan het schrijven waren. Dat hebben we vooral gedaan om te kijken of er nog een extra twintig procent in de mix zat. Die song kregen wij na verloop van tijd weer terug. Iedereen vond er bepaalde dingen goed aan, maar er was ook een gevoel van: ‘dit is wel heel anders geworden dan wij in ons hoofd hadden’. De drumsound, de beat van het album, klonk bijvoorbeeld totaal anders. Wat voor ons meer een signaal was dat we wel wisten hoe we het wilde hebben. We stuurde de mix weer terug naar Townshend met de mededeling ‘super, misschien hier en daar een verandering’, maar tegelijkertijd dachten we; ‘wat zijn we in godsnaam aan het doen?’ We waren namelijk iemand die enorm gerenommeerd is in zijn werk aan het vertellen hoe hij onze tracks moet mixen. Waarom doen we dat niet zelf? Als je namelijk al een lange tijd met die tracks leeft, maak je keuzes. We waren er gewoon nog niet klaar voor.
Eind jaren zestig was mixen iets heel anders vergeleken dan nu. Toen had je bijvoorbeeld een bandsessie en die werd opgenomen. Tegenwoordig is mixen een kunst op zichzelf geworden en een fase waarin men nog veel in kan bepalen. We hebben op de dag van vandaag zoveel middelen tot je beschikking, dat alles voor ons op de ‘weegschaal’ is gegaan. Een drumsound, het tempo van Invincible en de galm op de snaredrum waren voor ons factoren die met elkaar te maken hadden. Die mixkeuzes hebben we dus onderweg ook gemaakt. Tijdens het opnameproces mixen we als het ware al.
Marcel heeft op de nieuwe plaat veel soundloops gemaakt. Zo heeft Bas ooit eens meegemaakt dat hij ’s ochtends in zijn studio aankwam en dat hij nog honderd lampjes zag knipperen. Toen hij de gitaarversterker aanzette, hoorde hij snoeihard allerlei soundloops uit zijn speakers. Dat klonk zoals gewoonlijk als één lange brei aan echo’s en vervormingen. Zoiets gebeurde ook tijdens het opnameproces van Daydreams In A Blackout. We zijn nu een paar jaar bij elkaar en we weten van elkaar wat we kunnen. Als we alles van elkaar kritisch gaan controleren of beoordelen, ben je ook geen band meer.
Invincible is overigens ontstaan door een kort geluidsfragment die Marcel op zijn telefoon kreeg van Spike en Vince. Wat Marcel dan hoort, is wat gitaargepriegel van Spike en heel veel vage sounds eromheen. Voor Marcel is zoiets dan helder en duidelijk. Hij vertaalt dat dan op papier en kan daar een verhaal mee vertellen, terwijl Spike aangeeft dat het geluidsfragment nog uitgewerkt moet worden, vijf keer door de molen moet en dat hij alle opties nog moet verkennen. Zo leren we elkaar ook kennen [lacht].’

WiM: Wat waren de meest voorkomende kritieken tijdens het opnemen van Daydreams In A Blackout?
‘De meest voorkomende kritiek binnen de groep was dat we moeten durven loslaten. Bij bepaalde tracks was het namelijk zo dat we iets in gedachte hadden waar we naar wilde streven. Achteraf blijkt dan dat het beter is om zoiets los te laten en te kijken waar de track naar toe gaat. Zo ontstaat er niet alleen creativiteit op het album, belangrijk is dat we dan ook geen traditionele route bewandelen. Het gevaar is dan groot dat het album oppervlakkig wordt. De focus lag tijdens het schrijven van de nummers op het getal tien, maar uiteindelijk hebben we één idee overgehouden na de reis naar Ibiza: First Time. Die track is tevens ook de kapstok van het album geworden. Het schrijfproces ging na de schrijfperiode op Ibiza door.’

WiM: Marcel heeft tekstueel samengewerkt met Guus van der Steen van de Kernkoppen. Waarom is Daydreams In A Blackout zonder externe producer opgenomen, maar wél met assistentie van Van der Steen en waarom juist met hem?
‘De reden om Guus in de armen te nemen, is omdat hij dicht bij Marcel staat. De zanger van de Kernkoppen is niet alleen zeer talentvol, hij heeft ook inzicht in het schrijven van teksten. Het is daarom ook prettig om met iemand samen te werken, zodat we ook interpretaties van buitenaf kunnen horen.’

Fotografie: Frank van der Steen.