×

Interview

02 januari 2014

Automatic Sam: te hip om beroemd te worden

Geschreven door: Natalie Polman

Label: Quadrofoon

“Eén van de tofste dingen van Automatic Sam vind ik dat het [muzikaal] alle kanten op kan. We zitten niet ergens aan vast”, aldus Rense Slings, gitarist in Automatic Sam, waarna drummer Jim Geurts toevoegt: “Als het cool is, is het gewoon cool.”. Slings: Precies, goede muziek is goede muziek.” Bassist Erik Harbers vult aan: “Beroemd worden is niet echt een doel, we willen in de eerste plaats muziek maken die wij cool vinden.”

Het debuutalbum Texino (2011) nam de band in een week op, de opnames van opvolger Sonic Whip (2013) duurden maar vijf dagen. De Achterhoekse band Automatic Sam (gestationeerd in Nijmegen) heeft niet veel tijd nodig om een goede plaat te maken. Beide albums kregen lovende recensies en de albums bracht de heren zowel in binnen- als buitenland succesvolle optredens. En album nummer drie is al onderweg, zo beloofde de band ons in een gesprek voor een optreden samen met Tim Vantol en Soul Sister Dance Revolution in poppodium Gigant in Apeldoorn.

WiM: Hoe kan het dat jullie telkens zo snel klaar zijn met het opnemen van een plaat?

Rense: De vorige keer hebben we onszelf opgesloten in een schuur die we hadden omgebouwd als studio en deden we alles in één week achter elkaar. Nu wilden we een plaat maken, begonnen we in oktober 2012 als een debiel met schrijven en elke keer als we wat klaar hadden gingen we de studio in en zo belandden we drie weekenden achter elkaar in de Galloway studio’s in Nijmegen.
Erik: Meestal gingen we met complete nummers studio in. Soms met een idee en daar is ook veel van weg geflikkerd. Er is veel ontstaan in de studio.

Rense: Bij de vorige plaat hadden we veel minder af. Nu werkten we iedere keer paar nummers uit en dan de studio in. Het was een korte periode. Als band waren we drie of vier maanden bij elkaar. Toen hebben we besloten dat er snel een plaat moest komen, want de sfeer was goed en er lagen veel ideeën. Dus opnemen die handel.

WiM: Heeft bepaalde muziek jullie beïnvloed tijdens het schrijven of opnemen van Sonic Whip?

Rense: We luisteren allemaal overal naar.
Eric: Heel veel verschillende muziek maar we gaan alleen niet de studio in met het idee dat we als een bepaalde band willen klinken. Wat eruit komt dat is het.
Rense: We zijn een aantal maal met de band naar Oostenrijk en Zwitserland gereisd, eerst met Tim (van Delft, drumt op Sonic Whip en bij De Staat, red.) later met Jim. In de bus luisteren we alles: hardrock, gangsterrap, jazz… Van [John] Coltrane tot Afrikaanse woestijnblues. Tijdens het schrijven van een album komen bepaalde invloeden wat meer naar buiten. Bij het vorige album waren het meer de bluesplaten, dit keer was het meer de psychedelische kant, een band als Motorpsycho en jaren ’90 grunge en punkrock. Toen zat dat ineens in ons systeem. Volgende keer komt de gangsterrap misschien naar buiten of maken we een hiphopplaat of electro of wat dan ook.
Erik: Maar dat hoor je dus pas als je terugkijkt op wat je hebt gedaan. Niet op het moment zelf zo van: ‘oh, we zijn nu hiermee bezig’. Omdat we in het in verschillende sessies deden: dacht ik van: wordt dit wel één album, hoort dit bij elkaar? Altijd als we een nummer gaaf vonden toch opnemen in de hoop dat het een beetje een geheel wordt, dat het bij elkaar past en dat blijkt wel te passen.
Rense: Dat vind ik een van de coolste dingen van Automatic Sam. Dat het alle kanten op kan, dat het zo vrij is dat Jim een bubblingbeat kan spelen en Eric speelt er een jazzpartij over. We zitten niet ergens aan vast of zo.
Jim: Als het cool is is het gewoon cool.

Rense: Precies! Da’s waar: goede muziek is goede muziek.

WiM: Jullie zijn gekapt met [platenmaatschappij] Suburban. Is dat een onderdeel van jullie punkethiek? Willen jullie het alleen doen?

Rense: Ik weet niet of het met punkethiek te maken heeft, waarschijnlijk wel, maar we dachten dat we minstens zo goed alleen konden doen.

WiM: Blijkt dat zo te zijn?

Rense: Het is wel meer werk. Je bent je eigen promotor, eigen vertegenwoordiger. We besturen voor ons deel het label (Quadrofoon, red.) waar het onder hangt. Het is dus meer werk, maar wel leuk omdat je meer controle hebt. Er is geen filter meer. Dit is onze muziek, daar is het publiek en dit is de route naar de winkel. Er zijn geen managementlagen meer. Die zijn er tussenuit gehaald.

WiM: Op jullie social media zie ik de slogan ‘Too hip too become famous’ terugkomen. Hoe bekend of beroemd willen jullie worden? Net zo als De Staat of veel beroemder? Wat willen jullie eigenlijk bereiken?

Rense: We zijn toch al veel beroemder dan De Staat?
Jim: Ik denk niet dat het om beroemd zijn gaat.

Erik: Dat is niet echt een doel. Het doel is: muziek maken die wij cool vinden. En wat Rense net al zei: die kan alle kanten op. Het is ook niet zo dat we van de band leven, dus we hoeven niks. We hoeven niet op de radio. Het is wel tof als ze ons op de radio willen draaien, maar als het niet gebeurt is dat ook cool. Dus in die zin kiezen we niet voor: we moeten zo en zo klinken, we moeten bepaalde jasjes aan en dan worden we misschien wel opgepikt.

WiM: Dus jullie geven ook niet alles op voor de band [met als doel beroemd te worden]?

Erik: Je kunt het ook andersom zien: dat we voor een inkomen zorgen zodat dat wat we met de band doen volledig vrij is. Natuurlijk zou het leuk zijn als meer mensen ons zouden kennen. Maar het is niet het doel om binnen nu en een jaar een 3FM Megahit te hebben. We moeten vrij zijn om alles wat we te gek vinden dat dat het is.

AUTOMATIC SAMWiM: Dus we zullen jullie nooit zien in strakke pakken, in één bepaalde kledingstijl? Hebben jullie het daar ooit over gehad?

Rense: We hebben er één keer een vergadering erover gehad, samen met boeking- en managementkantoor SOZ, voordat Jim en Eric bij de band zaten. Toen hadden we het over kleding, aankleding van het podium, backdrops… Daar werden we allemaal zo verschrikkelijk droevig van dat we het daarna nooit meer over hebben gehad. Dat zegt volgens mij wel genoeg.

WiM: Denken jullie niet dat als jullie het zouden doen, dat jullie groter zouden kunnen worden in Nederland?

Rense: Nee. Pieter (Holkenborg, zanger/gitarist, red.) heeft al eens treffend gezegd: wat we doen is wij, dat is wie we zijn. Er zit geen een of andere pose achter. Als je de muziek niet leuk vindt, vind je ons ook niet leuk. Dus die integriteit, nou haal ik er weer zo’n beladen woord bij, alsof we daarover nadenken… Mensen die gestyled zijn kunnen wel even omhoog schieten maar op een gegeven moment prikken mensen daar toch wel doorheen. Dus als je een beetje de gebraden haan gaat uithangen ga je op een gegeven moment toch wel voor de bijl. Daar word je op afgerekend.

WiM: Wat zijn jullie muzikale goede voornemens voor 2014?

Erik: Als het aan mij ligt gaan we heel snel weer opnemen, een nieuwe plaat maken. We zijn met een hoop nieuwe dingen bezig.

Rense: Er ligt heel veel klaar. We willen de nieuwe plaat zo snel mogelijk te maken, want met Jim erbij gaat het als een trein en het is cool als we zijn ideeën en invloed kunnen vastleggen.
Jim: Dan voelt het ook niet meer als altijd iemand anders’ partijen spelen.

Erik: De nieuwe nummers zijn echt van ons vieren. Jim kwam erbij toen de nieuwe plaat net was opgenomen. Wat we nu aan het maken zijn is echt van ons vieren.

WiM: Kunnen we in 2014 een nieuwe plaat verwachten?

Rense: Sowieso. En allerlei 7 inchprojecten, samenwerkingen. En we zijn bezig met een buitenlandse release in Duitsland en tours door in ieder geval Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland en we zijn bezig met Spanje.