×

Interview

02 september 2020

Antoine Pierre: The coming man in Jazz

Geschreven door: Dick Hovenga

Label: Outnote

België is en blijft een bijzonder land als we het over muziek hebben en jazz in het bijzonder. Een absolute kweekvijver die de afgelopen jaren weer grote Europese talenten heeft voortgebracht als pianist Bram de Looze, gitarist  Bert Cools, trompettist Jean-Paul Estevienart en drummer Antoine Pierre (naast nog handenvol anderen). Jonge muzikanten met ambitie en een enorme drive om het allerbeste uit zichzelf te halen en het liefst ook bij elkaar in de diverse bands waar ze deel van uitmaken.

Antoine Pierre was nog maar 18 jaar oud toen hij door de grote Philippe Catherine in zijn band gevraagd werd en als een wereldwijd vermaarde gitarist dat doet moet er natuurlijk echt wel wat aan de hand zijn. Op het vermaarde Brussels Jazz, het wellicht meest vooraanstaande jazzfestival dat steeds begin januari in Flagey in de Europe hoofdstad plaatsvindt, was Pierre, ondertussen 28 jaar oud, afgelopen jaar Artist in Residence. Hij pakte dat op zo’n verbluffend goede internationale  manier op dat we Pierre maar eens goed moeten gaan doorlichten zo vonden we. En we kregen de mogelijkheid om dat op verschillende plekken in twee verschillende tijdfasen te doen.

De vroege middag na zijn laatste van drie optreden op Brussels Jazz is Pierre nog hyper van het optreden. ‘De laatste gig was wederom een speciale en ik ben nu echt klaar,’ vertelt hij. ‘De afgelopen maanden hebben volledig in het teken gestaan van de drie optredens die ik hier als Artist in Residence zou gaan geven. Het optreden met Lander (Guyselinck) en Mark (Schilders) als St6cks was de enige waarvoor ik me niet echt hoefde voor te bereiden omdat we altijd ‘on the spot’ improviseren. Het enige wat ik tijdens zo’n gig goed moet hebben is een hoofd vol inspiratie en het voelen van de vibe. Ik heb het idee dat we er heel goed inzaten en dat we de drie-eenheid weer goed hebben weten uit te dragen (lacht). Hoe vreemd het ook mag klinken was de spanning voor de laatste gig met mijn eigen band Urbex, en dan de XXL versie, het grootst’.

‘Het idee voor de composities van dat laatste optreden lag in mijn grote liefde voor de periode van Miles Davis’ Bitches Brew album. Eigenlijk de periode in de jazz die me de grootste inspiratie heeft gegeven ook zelf de jazz in te duiken. Ik had het grootse idee om composities te schrijven die de vibe van dat album als basis idee hadden. Het was een grote klus om te doen maar het was goed om te weten dat de vaste groep muzikanten/vrienden waarmee we Urbex vormen het een fantastisch idee vonden. We stonden met een Urbex XXL formatie op het podium (Naast Pierre: Jean-Paul Estievenart (trompet), Ben van Gelder (sax), Reinier Baas en Bert Cools (gitaren), Bram De Looze (piano), Jozef Dumoulin (keyboard), Félix Zurstrassen (bas) en Frédéric Malempré (percussie)) en vanaf de eerste tonen en slagen voelde ik dat we iets magisch in handen zouden kunnen hebben. Vanaf de derde track voelde ik de stress uit mijn lichaam wegvloeien en heb ik optimaal genoten. Het is zo’n ontzettend bijzonder gevoel met zulke geweldige muzikanten op het podium te staan. We zitten allemaal zo’n beetje in dezelfde leeftijdscategorie en hebben allemaal grote dromen in de muziek. Mooi om iedereen tijdens zo’n concert alles zichzelf te horen en zien halen’.

‘Het allereerste Artist in Residence optreden met Or Bareket (contrabas), Eric Lenigni (piano) en Joshua Redman, waar zoveel mensen zo naar uitkeken, was een heel spannende maar voelde als een andere vibe,’ vertelt Pierre verder. ‘Ik voelde me daar gewoon zekerder over. Ik was blij met de composities die ik had geschreven en al helemaal toen de muzikanten op voorhand al daar ook heel positief op reageerden. De voorbereidingstijd van maar 2 dagen om alles door te nemen/spelen leek kort maar met de grote ervaring van de muzikanten bleek ook dat geen probleem. Ik ben blij met de overweldigende reacties die we na het concert kregen. Natuurlijk is het geweldig met die muzikanten te spelen en al helemaal met Redman, een ongelooflijke held van me, natuurlijk. Toch één van de grootste jazzsterren van deze tijd. Ik ontmoette hem toen hij als gast bij een concert van Philippe (Catherine) meespeelde. Hij was enthousiast over mijn spel en we raakten aan de praat. Hij is ook nog eens een ontzettend sympathieke man’.

‘Toen ik van Maarten (van Rousselt, programmeur van Flagey) de uitnodiging voor de Artist in Residence kreeg dacht ik gelijk aan een optreden Redman, maar ik was ook heel benieuwd of hij daar wel op in zou gaan. Met Or (Bareket), over de jaren een erg goede vriend van me, en met Eric (Lenigni) was ik gelijk rond. Eric is niet een van de allerbeste vrienden van mijn vader (gitarist Alain Pierre), ze kennen elkaar al vanaf de middelbare school en ik hem dus ook al zo ongeveer mijn hele leven ken, en hij is ook mijn peetvader. En hoe mooi…. Joshua’s management gaf ook snel na mijn mail aan dat Joshua graag tijd vrij wilde maken in zijn altijd drukke agenda. Er ook echt heel veel zin in had. Het contact vooraf was al erg fijn en duidelijk. Joshua dacht echt mee hoe de composities konden gaan klinken’.

‘En toen we in Flagey voor het concert echt met z’n vieren aan het oefenen waren was hij net zo ‘part of the band’ als Eric en Or dat waren. En dat wilde hij ook exact zo. Het optreden, ondanks dat het mijn composities waren, was een ‘group effort’. Heel mooi hoe een muzikant als Joshua, met al zijn internationale ervaring op alle bekende podia van de wereld, gelijk in de eerste compositie een solo geeft die iedereen, ons als muzikanten en zeker ook het publiek, wegblaast. Hij daarmee iedereen om hem heen duidelijk maakt hoe hoog de lat ligt en iedereen daar ook op in speelt. Met Joshua erbij haal je dus het beste uit je spel. Al kan ik zeggen dat ook Or en Eric daar optimaal aan mee gewerkt hebben. Die gasten zijn ook zo goed!’

Als we Pierre twee maanden na zijn Artist in Residence spreken is hij nog steeds in de wolken. ‘Het was zo’n bizarre ervaring en de reacties waren zo goed dat ik nog steeds niet helemaal weet hoe ik alles nu een plek moet geven. Maar ik ben iedereen zeer dankbaar. Erg enthousiaste reacties uit alle hoeken. Te gek ook dat  Joshua, Eric en Or al net zo enthousiast waren en alle drie aangaven graag in de herhaling te gaan om te kijken waar we onze sound nog verder kunnen doorduwen. Maar optredens of misschien zelfs een heel album opnemen ligt natuurlijk ook aan tijdsplanning en ieders beschikbaarheid. Laat ik vooral niet vooruitlopen. Met het Urbex Electric Variations on Bitches Brew project zou dat natuurlijk ook te gek zijn. Ik heb de opnamen van dat concert ondertussen nageluisterd en was zeer verrast over de hoge kwaliteit. De opnamen zijn zelfs al gemixt en klaar om dit najaar uitgebracht te gaan worden. Ik ben er zielsgelukkig mee’.

We krijgen het over zijn carrière tot nu toe en hoe snel alles gaat. ‘Niet alles gaat even snel hè?’, lacht hij eerst. ‘Ik sta nog genoeg in kleinere clubs waar niet zo heel veel publiek op afkomt. Dat is nu eenmaal het bestaan van een jazzmuzikant eigen. Je moet keihard blijven doorwerken om continue je plek te veroveren. Maar ik maak graag muziek met de muzikanten die ik hoog heb zitten en waar ik me goed bij voel. Natuurlijk blijft het cool klinken om op je 18de al met Philippe Catherine, een van onze internationale Belgen uit de jazz, te spelen. Bij Philippe heb ik echt ontzettend veel kunnen leren, nog steeds eigenlijk. Maar de laatste jaren leer ik dan ook weer ontzettend veel van Tom Barman (natuurlijk ook internationaal bekend van de muzikaal immer baanbrekende band dEUS), Robin Verheyen (die in New York internationaal zijn jazzsterren aan het verdienen is) en Nicolas Thys (die vooral vanuit België al verschrikkelijk veel gedaan heeft) waarmee ik sinds 2014 de band TaxiWars vorm. Het is weer een heel andere manier van muziek maken en spelen. Een soort van alternative jazz’.

‘Juist ook omdat we met Tom als zanger echt songs hebben al proberen we steeds meer te improviseren binnen die songs ook. En Tom heeft ongelooflijk veel energie en uitstraling en de manier waarop hij en vooral Robin songs schrijven is ook weer ontzettend leerzaam. Hoewel ik heel graag met en bij anderen speel blijft Urbex, de band die ik vele jaren geleden met mijn muzikale vrienden oprichtte het allerbelangrijkste voor me. Er liggen al prachtige jaren achter me waarin ik met al die jongens ook in trio’s, kwartetten en projecten op het podium stond of in de studio aan het opnemen was. We waren en zijn close en houden elkaars muzikale ontwikkeling goed in de gaten. De twee platen die we tot nu toe onder de naam Urbex met elkaar hebben gemaakt (het gelijknamige debuut (2017) en Sketches of Nowhere (2018) behoren tot het belangrijkste dat ik tot nu toe gedaan heb’.

‘Urbex is ook een band van vrienden die allemaal ambitieus zijn over de manier waarop ze muziek maken. Jean-Paul (Estiévenart, trompet), Bert (Cools, gitaar), Bram (De Looze, piano), Steven (Delannoye, tenorsax) en Felix (Zurstrassen, bas) hebben naast Urbex net zo goed hun eigen bands en projecten. Urbex is zeg maar onze thuiskomband. De band ook waar vanuit we met elkaar kunnen praten waar we mee bezig zijn en ons verbazen over wat ons overkomt.  Daarom is het zo belangrijk dat ik de band vaak genoeg bij elkaar breng om weer wat nieuws en spannends te doen. Tot nu toe speelden we met Urbex veel in België maar eigenlijk veel te weinig over de grenzen en ik hoop dat dit nu met de nieuwe album (Ondertussen Suspended (live at Flagey) gedoopt) wel gaat gebeuren.’

Suspended (live at Flagey) zal volgende week vrijdag 11 september in de winkels liggen.

Topfoto: Arnaud Ghys