Traumahelikopter luid en bloedeerlijk
ALLES MOET KAPOT! schreef 3voor12-journalist Timo Pisart in zijn recensie van traumahelikopter’s optreden op Noorderslag 2013. De razende energie-uitbarstingen op het naamloze debuutalbum boden inderdaad weinig andere mogelijkheden dan stagediven, moshen, bier gooien en systeemplafonds slopen. Opvolger I Don’t Understand Them At All bevatte al meer ruimte en echte liedjes en liedjesschrijver en frontman Mark Lada zong zonder omwegen over gevoelens van nutteloosheid, onzekerheid, ledigheid en depressie. Niet alleen Nederland viel voor de stekelige garagepunk van traumahelikopter, ook het Amerikaanse label Burger Records bracht het werk van het trio uit en de band uit Groningen Noord toerde sindsdien meermaals door het beloofde land. Ook de nieuwe plaat Competition Stripe zal er verschijnen.
De band doet deze maand enkele releaseshows. Rotown in Rotterdam is een van de stations die wordt aangedaan. In de ban van Halloween prijken zowel banners van de band als een horror-Marilyn Monroe achter het podium. Op een stagehand van Rotown na is echter nog geen bezoeker geschminkt ten tijde van het optreden van The Tubs, die mogen openen.
Tijdens het optreden van dit trio uit het Belgische Gent loopt het langzaamaan voller in de knusse Rotterdamse zaal. De schrille stem van de zanger en gitarist, gehuld in Slipknot-shirt en voorzien van foute snor, zingt over dagen verkwisten en onzekerheid in de buurt van leuke meisjes. Thema’s die hoofdact traumahelikopter ook bepaald niet vreemd zijn. Verschil is dat er nauwelijks chemie lijkt te zijn tussen de drie heren en dat de meeste liedjes tamelijk braaf en ongevaarlijk klinken. De irritatie op het gezicht van de frontman als zijn bandgenoten zich vergissen is ook tekenend. Toch worden de liedjes interessanter naarmate de set vordert en mensen durven zich steeds dichter bij het podium te begeven.
Dan is het de beurt aan traumahelikopter Competition Stripe te presenteren. Om op te warmen gooit de band eerst Alone en You van het vorige album erin om daarna het ijzersterke Nothing There van het nieuwe album te spelen. “Ik zag de eerste mensen al dansen, doe dat vooral, het is tenslotte zaterdag”, merkt Lada gortdroog op. Die mensen zijn zowel meisjes en jongens van rond de 20 met hippe brilmonturen als vijftigers in zwarte bandshirts van Shonen Knife, Oblivians en Dead Moon.
traumahelikopter is naar eigen zeggen ‘ready as we’ll ever be’ en daar is geen woord van overdreven. Al verstopt hij zijn halve gezicht regelmatig achter zijn blonde lok, alle woorden van de schuchtere zanger komen luid en duidelijk binnen. Hoe publiek de ups en downs in de muziek naadloos volgt, is bijna magisch. Neem een lied als Somewhere, dat ingetogen begint en dan omslaat naar woeste uitbundigheid. Met grote ogen en gespitste oren wordt eerst vooral goed gekeken en geluisterd om vervolgens over de vloer te stuiteren.
Als het eerste nummer van het debuut, Down In The City, wordt gespeeld, begint eindelijk een moshpit. Dat had het optreden nodig. Vanaf nu maakt het niet uit wat de band speelt, men wil meer. Another Year, Kids, de gruizige ballad Parking Lot, A Million Stories… Geen zwak liedje komt voorbij en jong en oud danst. En de chemie die bij The Tubs mist, is meer dan aanwezig bij traumahelikopter. Mark, gitarist Daan van Dalen en drummer Roel van Merlot zijn dikke vrienden. Van afgunst of moeilijkheden niets te bespeuren, ook niet als Van Merlot eventjes de maat verliest. Van Dalen houdt ervan wijdbeens op de rand van het podium zijn kunsten te vertonen of achterover gebogen te spelen, Lada is de bedachtzame romanticus. Krachtig is de vertolking van Some More, waarin Lada gewapend met alleen microfoon gepijnigd de zaal in kijkt en vervolgens van het podium afstapt om er vlak voor zijn relaas te doen.
Ondanks genoeg eigen waardig materiaal kunnen de mannen het niet laten een paar covers erin te gooien. Traumahelikopter bestaat uit stevige muziekliefhebbers die het speelpodium graag gebruikt om muzikale helden te vereren. En dus speelt de band niet alleen The Jesus And Mary Chain’s Blues From A Gun, al een tijd vaste waarde in de sets van traumahelikopter, maar ook Be My Angel van Mazzy Star. Tijdens dat nummer duikt overigens plots een naar zweet stinkende zombie op die het hele nummer vooraan staat en irritant met een afgebroken gitaarhals in de lucht zwaait. De eerste tekenen dat er straks een Halloweenfeest volgt. Tegen het einde van Losing Grip springen Lada en Van Dalen het podium af om zich bij de hopsende menigte te voegen. Een veertiger die het hele optreden al joelt en danst krijgt Lada’s gitaar om en hij juicht nog harder.
De band besluit wederom met een cover, The Replacements’ Bastards of Young. Heel nobel al die promotie van undergroundbands uit de jaren ’90, maar een band die zoals traumahelikopter een album heeft gemaakt waarop iedere seconde van belang is (en twee prijzenswaardige voorgangers) mag daar best nog meer van laten horen.
Het enorm luide applaus en gejoel dat volgt als de band afloopt is daar duidelijk teken van. Het opbeurende en troostende effect is verslavend. traumahelikopter is bloedeerlijk en meer bij de les dan ooit.