×

Concert

12 juli 2024

Rock Werchter 2024. Feestje voor oud en jong…

Geschreven door: Hendrik Vanhee

Lenny Kravitz, Dua Lipa, Måneskin, Foo Fighters… Alle headliners stuk voor stuk straal genegeerd. En toch. De meeste verwachte parels, vier- en meersterrenacts voldeden ruimschoots en samen met die altijd onbekende aangename verrassingen schitterde het op Rock Werchter 2024 toch weer als op een hoogdag voor de muziek.

De bijgevoegde foto’s zijn uiteraard weer zoals steeds: zware pogingen, met beperkte middelen geschoten recht vanop het veld. Want je herinnert het je nog, Rock Werchter is de digitale media nog steeds niet genegen. Hoezeer ook wij de muzikanten die ze brengen met onze verslaggeving blijven eren.

Hier mijn eigenzinnige top 12:

  1. IDLES
  2. dEUS
  3. Whispering Sons
  4. PJ Harvey
  5. Yard Act
  6. The Last Dinner Party
  7. Psychedelic Porn Crumpets
  8. The Streets
  9. Johnny Marr
  10. Arlo Parks
  11. Slowdive
  12. Marc Rebillet

Donderdag 4 juli 2024

Stone

Stone – Opener Main Stage – 12.45u.

☆☆☆☆

Verdomme, door de langere set van Lenny Kravitz straks – weet je, hij is dan nog vroeger gestopt ook -, moesten de rockers van de Liverpoolers van Stone, de openers van het festival, een kwartier eerder het podium op. Stonden we dus dan wel nietsvermoedend nog aan te schuiven in de rij. Wat we van daar af ineens hoorden maakte enkel maar pissiger. Wat we uiteindelijk zagen bevestigde alleen maar: dit is de goeie stuff waarvan ze rock maken, schor, zweterig, meedogenloos en triomfantelijk. Rock vintage 2024 met een Adonis-zanger, Finley Power, die de wacht van Mick Jagger zo kan overnemen. Dit is een halsbrekende groep die met zijn strijdkreten het vroege publiek probleemloos overstag doet gaan. Alleen knallers aan een hels tempo die op het eerste halfuur al de helse moshpits doen aangroeien. Energie, springerigheid en opwinding van het beste soort. Een kleine band dus die het – nogmaals – verdomd waard is om vanuit de schaduw op een mainstage als Werchter te openen. Stone! Stone! We want more. Next time!

Setlist:

  1. Enter the Heroes
  2. Waste
  3. I Gotta Feeling
  4. Sold My Soul
  5. Money (Hope Ain’t Gone)
  6. My Thoughts Go
  7. Queen
  8. Save Me
  9. Leave It Out

Eefje de Visser – Main Stage – 14.20u.

☆☆☆☆

De Barn boordevol gelopen voor Eefje de Visser’s passage op Rock Werchter. Een optreden van Eefje de Visser is niet minder dan een oogverblindend sfeervolle show met voor het podiumgrote gordijn, geteisterd door de flitsende lichtshow, een hele schare hoogst professionele muzikanten en twee achtergrondzangeressen, die niet enkel schoon meerstemmig zingen, maar samen met Eefje ook uitgekiend dansend uit de voeten gaan. Echt niet aan iedereen gegeven om zoiets op poten te zetten.

Zijn haar albums dan al hoogtepunten van muziek en poëzie, de perfecte wijze waarop ze al die oorstrelende melodieën magistraal naar het podium brengt heft die zo mogelijk nog een stapje hoger in de droom die haar muziek al is. Veel catchy oorwurmen uiteraard van het meesterlijke Bitterzoet waarmee haar bekendheid in de Lage Landen definitief vastgebeiteld werd. Zowel de pulserende elektronica als de klassieke instrumentatie is indrukwekkend. Met een Barn die van achteren tot voor dan ook eet uit haar hand. Sterk.

Setlist:

  1. Bitterzoet
  2. De parade
  3. Zwarte zon
  4. Storm
  5. Heimwee
  6. Startschot
  7. Uit het oog
  8. Vlammen
  9. Stilstand
  10. Lange vinnen

 

The Hives – Main Stage – 15.45u.

☆☆☆☆

Beginnen doen ze met een sinister Rigor Mortis van Chopin. The Hives, je weet wel, die vijf coole Zweedse rockers in altijd hip bliksemmende maatpakken. Ook zo goed als de eersten die met hun gitaren hun garage uitgestormd kwamen. Die ambitieuze mannen die met sterallures de wereld zalfden met hun eeuwig Hate to Say I Told You So en sedertdien met tientallen gelijkaardige, akkoordenarme, nooit vervelende hits, wel zij waren in Werchter helemaal hun goeie ouwe explosieve en ironische zelve en dit is bij voorbaat goed voor een feestje vol jump- en doorgedreven volksmennerij. “Everybody screams now!”, onthouden we uit de ononderbroken woordenvloed van olijke frontshowman Howlin’ Pelle Almqvist. Terwijl de band intussen wijdbeens alle mogelijke pasjes uit de rock’n’rollcatalogus etaleert als waren de fifties en de sixties er weer helemaal terug.

Het tempo blijft onafgebroken hectisch, de menigte jumpt uitzinnig in het rond, mosht en raakt botsend in verwarring. Als afsluiter vormt Howlin’ Pelle de grootste moshpit van het RW 2024 so far, met Mr Hive himself helemaal schreeuwend right in the middle.
The Hives is een onwaarschijnlijke rockmachine die als je er helemaal voor openstelt je de tijd van je leven geeft. Al is dat dan maar een zestig minuutjes.

Setlist:

  1. Bogus Operandi
  2. Main Offender
  3. Rigor Mortis Radio
  4. Walk Idiot Walk
  5. Good Samaritan
  6. Stick Up
  7. Try It Again
  8. Hate to Say I Told You So
  9. Trapdoor Solution
  10. Bigger Hole to Fill
  11. Countdown to Shutdown
  12. Come On!
  13. Tick Tick Boom

Johnny Marr

Johnny Marr – Club C – 17.00u.

☆☆☆☆1/2

Natuurlijk wordt het drummen om nog in Club C binnen te raken voor immer coole Johnny Marr. Wil werkelijk iedereen hier dan hetzelfde stuk muziekgeschiedenis meepikken met de présence van de gitarist-pianist-muziekschrijver hier van een der beste bands ooit, The Smiths? Zo is het blijkbaar.
De meute wordt door een energieke Marr in topform op zijn wenken bediend met een hitrevue met o.m. This Charming Man en Panic die vreugdevol en onversleten helemaal de tijd van The Smiths doen herleven, maar evengoed met het erfgoed uit zijn lange solocarrière. En wat dacht je van Marr vol zelfvertrouwen die guitig solerend opgaat in een wild The Passenger van Pop, dat uiteraard bijgevallen wordt vanuit duizenden kelen. Dol enthousiasme en handgeklap is de man zijn deel.
Eindklapper in dezelfde dolle sferen wordt veroorzaakt door het schitterend gebracht There’s a Light That Goes Out. Marr besluit haast in trance, de snaren pikkend van zijn gitaar bovenop zijn zwartgrijze haren. Memorabel.

Setlist:

  1. Armatopia
  2. Panic
  3. Generate! Generate!
  4. Spirit Power and Soul
  5. This Charming Man
  6. Somewhere
  7. Walk Into the Sea
  8. How Soon Is Now?
  9. Easy Money
  10. Getting Away With It
  11. The Passenger
  12. There Is a Light That Never Goes Out

Slowdive – Club C – 22.00u.

☆☆☆☆1/2

De shoegazers van Slowdive hebben het vele jaren niet onder de markt gehad. Maar met het episch geluid van hun laatste album ‘Everything Is Alive’ en een veranderde tijdsgeest staan ze ineens weer helemaal op het voorplan. Iemand zei ooit over hen: “Ze hebben meer in zich van Pink Floyd dan van The Sex Pistols”. Ok, inderdaad, natuurlijk, maar ik hou het toch liever ook bij The Cure en Depeche Mode. In alle geval het is de eigentijdse energieke droommuziek die ook in Klub C erg goed wordt onthaald. In de tent zitten zelfs verre van overwegend de oudere fans. Integendeel, naast mij zit een groepje jonge twintigers hoopvol de aftrap af te wachten, nog ongeboren wanneer Slowdive debuteerde, maar nu oprecht geïnteresseerd te weten of ik ze misschien nog ken van die begintijd.

In een waas van blauw en magenta is Slowdive intens en resoluut overweldigend. Muzikale golven van gitaren in eindeloze reverb die zich in elkaar verweven, de drums, de etherische zangstem van Rachel Goswell en vooral al die elektronica en die de massa onophoudelijk overrompelende effecten die een enorme transcenderende muur van geluid opbouwen.
Het wordt allemaal voortgebracht door een erg gefocuste professionele band, die door het publiek deinend wordt aanhoord, met gesloten ogen of in een of andere verre meditatieve toestand.
Tegen dat de lichten weer aanfloepen is een groot deel van Slowdive’s imponerende vibraties, de mooiste tijdloze shoegaze van deze tijd, inmiddels ook al via de nu wijdopen poorten van Klub C de avondlijke wei opgedreven. Slowdive werd met veel ontzag beluisterd. En ongetwijfeld hebben ze veel nieuwe zieltjes gewonnen. Het meisje naast mij stak al bewonderend een duimpje omhoog.

Setlist:

  1. Star Roving
  2. Catch the Breeze
  3. Crazy for You
  4. Souvlaki Space Station
  5. Sugar for the Pill
  6. kisses
  7. Alison
  8. When the Sun Hits
  9. Golden Hair

PJ Harvey – The Barn – 20.00u.

☆☆☆☆1/2

Ofwel schrijdt PJ Harvey daar in The Barn als een ballerina magisch en in vervoering over het podium in haar lange witte jurk en zingt ze als een Bowie hoogsnijdend haar songs. Of staat ze stijfstil aan de microfoon met enkel haar stem, intiem en sensueel, en haar bleke akoestische gitaar. Of ze trekt, geruggesteund door rots John Parrish en haar band, krijsend en kermend stevig rockend aan de snaren van haar elektrische gitaar. Hoe dan ook het publiek zal keer op keer laaiend reageren op alles wat ze doet. Want wat een charisma heeft dit frêle, kleine vrouwtje en dat straalt zo die massaal grote The Barn in. Al die songs, die hits van heel vroeger en nu, verpakt in stijl, pathos en glamour, worden met veel herkenning begroet, opgezogen, met wild handgeklap onthaald. Neen, enkel een lange ovatie als in The Barn is goed voor een show als van Polly Jean. En dat nu al voor de ontelbaarste keer. Grote klasse.

Setlist:

  1. Prayer at the Gate
  2. The Nether-Edge
  3. I Inside the Old Year Dying
  4. The Glorious Land
  5. Let England Shake
  6. The Words That Maketh Murder
  7. A Child’s Question, August
  8. Send His Love to Me
  9. 50ft Queenie
  10. Black Hearted Love
  11. Angelene
  12. The Garden
  13. The Desperate Kingdom of Love
  14. Man-Size
  15. Dress
  16. Down by the Water
  17. To Bring You My Love

The Clockworks – The Slope – 22.05u.

☆☆☆☆

Heel veel volk daar aan The Slope voor de adhd-Ieren van The Clockworks. Ze hadden al dat succesvolle debuut ‘Exit Strategy’ op hun conto en dit blijkt dus zelfs al tot in Werchter te zijn doorgedrongen.

The Clockworks, meer dan een vrolijk groepje enkel goed om Ierse pubs mee op te rammen. Neen zie, ze kunnen aardig weg met al die knappe, vaak grimmig aangemeten arrangementen. The Clockworks zoals ze hier staan da’s een mélange van slimme en solide songs, pakkende melodieën, weinig parlando van frontman James McGregor, strakke en rauwe gitaren, pit en vuur, alles sprankelend als met de gekende wilde frisheid. Passeert de overdonderende speed van Bills and Pills, het messcherpe Mayday Mayday en het springen in de aardedonkerte van Enough Is Never Enough en nog zo’n paar kleppers. En welk een fantastische stem bovendien heeft die McGregor. Man, wat kan die kerel hartverscheurend zingen. Je hoort van alles, ergens iets van het timbre van Tom Chaplin of Alex Kapranos tussen die intense postpunk à la Fontaines D.C. en poprock van bands als Kaizer Chiefs en jawel, Arctic Monkeys.

The Clockworks, da’s samen vooral zang vol vuur en emotie die pas goed tot leven komt in het geheel van die gesmeerd samenspelende, nooit afgevende groep. We hadden eerder al van die fantastische Ierse bands als Fontaines D.C. of The Murder Capital. Een band met de speed en de diepgang van The Clockworks kan er dus gerust nog bij.

 

The Streets – Club C – 23.30u.

☆☆☆☆1/2

Mike Skinner en The Streets, dat zijn nog eens live-performers en zo zie je hen jaren later dan toch weer eens aan ‘t werk in Club C tijdens RW’s eerste rocknacht. The Streets dat is dan ook een amalgaam van alles wat de rock heeft voortgebracht, opzuigers van alle muziekstijlen, dan nog eens door godfather Skinner met zijn eigen Britse flair aaneengebreid in de meest uiteenlopende babbeltrants. Meer heeft een gretige menigte dan ook niet nodig om op te warmen en op te bruisen tot één grote verenigde Spa-rood-bron.

Het duurt dan ook niet lang of Skinner heeft zijn podium vergroot tot ver over de eerste rijen en de communicatie met het moshende publiek wordt wederzijds. Na deze helse, al te korte run door de hele The Streets-catalogus het eerste langdurig voetengestomp en de meest oorverdovende scanderingen van dit jonge RW24. Voor The Streets: die zijn immers meer dan nostalgie, die zijn anno 2024 als band nog steeds zo krachtig als wat, zo vitaal en o zo meeslepen'”d. En ze worden geleid door een muzikaal genie die dus ook de hele Werchteriaanse krachttoer probleemloos in goede banen heeft geleid. Hulde!

Setlist:

  1. Turn the Page
  2. Who’s Got the Bag
  3. Let’s Push Things Forward
  4. Don’t Mug Yourself
  5. Could Well Be In
  6. Has It Come to This?
  7. I Wish You Loved You as Much as You Love Him
  8. Wrong Answers Only
  9. On the Edge of a Cliff
  10. Weak Become Heroes
  11. Mike (desert island duvet)
  12. Fit but You Know It
  13. Dry Your Eyes
  14. Blinded by the Lights
  15. Take Me as I Am

Vrijdag 5 juli 2024

Loverman – The Barn – 13.00u.

☆☆☆1/2

Afbijten met een keihard Lover Man van Jimi Hendrix en daar komt ineens in clown-outfit haast krullebol Loverman vanuit het publiek het podium opgekropen. Hij blaast en passant op die toevallige trombone, teistert even zijn piano om uiteindelijk in choreografie knus het hobbelpaard op te belanden. Volgt met akoestische Spaanse gitaar een bluesy serenade om de grijze vrijdag wakker te soleren. Van een entrée gesproken!

Een schitterend diep doorleefd Loverman volgt en Out of Sight, allemaal van zijn prachtdebuut, de break-upplaat Lovesongs, catalogus vol melodische ‘Lovesongs’. Loverman is een teatrale singer-songwriter pur-sang die zijn set in de nog veel te grote The Barn combineert met sierlijke dans. Loverman blijkt daarbovenop een indrukwekkende crooner met een uitzonderlijk fraaie bariton wiens diepe stemtimbre zowel bij Adrian Crowley, Madrugada’s Sivert Høyen, Lee Hazlewood of bij Leonard Cohen aanschurkt. Met deze twee laatsten, met Nick Drake ook en Nick Cave, heeft, los van al zijn vaudeville, ook zijn muziekstijl veel gemeen. In eenvoud en met weinig middelen alles daar gewoon helemaal alleen doen. Een man en zijn uitzonderlijke stem, zijn gitaar, zijn piano.

Die piano, oef, ja ook die is mee. Hij sleept hem zelfs daar waar je hem het liefst wilt zien, maar geeft er enkel een vakkundig jazzy improvisatie op ten beste.
Loverman weet met zijn apart melancholisch stemgebruik, obscure vertolking en zijn expressieve lyrics zo zijn eigen draai te geven aan de singer-songwriterstraditie.
In de diepduistere Nosferatu-song Into the Night blijkt hij niet alleen een muzikale persoonlijkheid met puur charisma die de luisteraar liefkozend charmeert en warm omhelst. Als antithese heeft hij in zich ook de ingehouden ruwe woede van de hyperkinetisch rammende punker-clown. Die is in staat uitgebreid te jongleren met de emotie van de ruimte en van het publiek. Hij isoleert de vreemdste klanken en kreten om er uiteenlopende sferen mee op te roepen.

Afwachten of daarmee voor hem de succestrein op volle toeren de richting wereld zal opdraaien. Het is hem gegund.
En weg was hij weer, podium af, trombone in de hand, recht de Werchterse wei in.

Setlist:

  1. Intro
  2. Call Me Your Loverman
  3. Out Of Sight
  4. Tinderly
  5. Would (Right in Front of Your Eyes)
  6. Limbo (We’ll Meet Again
  7. After You’ve Gone
  8. Differences Aside

Yard Act – Club C – 13.40u.

☆☆☆☆1/2

In mijn stormrun naar een broeierige Club C heeft het maffe Leedse viertal Yard Act warempel al een driftig We Make Hits ingezet van hun laatste prachtwerk Where’s My Utopia. Yard Act, op RW sowieso een must, vooraan als ze staan in het selecte rijtje met Idles, Fontaines D.C., Black Country, New Road, Squid, The Murder Capital. En effectief, ze slagen er perfect in de zalig geregelde chaos van hun moeilijke tweede aan de tent over te brengen. Wat een groove, wat een erafspattende uitbundigheid, één aaneengeregen flitsend Zappaïaans experiment. Hier bemerk je wel vage sporen van hiphop, maar het lustig buiten de lijntjes kleurend Yard Act is vooral dat swingend dance-punkgezelschap, waarbij evengoed enthousiast disco wordt aangesleept en waar een hele trukendoos vol aanstekelijke verrassingen over de verbijsterde menigte wordt uitgekeerd.

Al de problemen uit het land van Charles en Camilla verneem je hier recht fulminerend uit de mond van een als altijd zelfspottend reflecterende frontman James Smith. Die erfde al de nasaliteit van Beck en in Yard Act maakt hij van kletsen met stijl een deugd. Waar gepast kronkelt hij bovendien als een echte Frank Black over het podium.

Yard Act verklaart zich België heel erkentelijk. Als dank daarvoor serveren ze in Club C een postpunkfeest van jewelste, een verslavende, coole luisterervaring in de traditie van Talking Heads en Gorillaz. Een Britse band zo geschift als het wildste Madness die een regelrecht hoogtepunt scoort.

Setlist:

  1. Dead Horse
  2. We Make Hits
  3. Witness (Can I Get A?)
  4. Down by the Stream
  5. Dream Job
  6. Fizzy Fish
  7. When the Laughter Stops
  8. The Overload
  9. 100% Endurance
  10. The Trench Coat Museum

Tom Morello – The Barn – 18.00u.

☆☆☆☆

Good old Tom Morello, de virtuoze snarenman van wijlen Rage Against The Machine en Audioslave is on tour en alleen al aan de decibels zal Werchter het geweten hebben. Je ziet het zo, hij weet maar al te goed waarmee hij je zal raken, dus ook een tot de nok gevulde The Barn gaat in een mum van tijd vol van Morello-liefde overstag. Strooi gewoon maar wat van die overbekende RATM-deuntjes in de setlist, Tom, verre dus niet alleen die klassieker Killing in the Name die hij overigens aankondigt als “an old Belgian popsong” en de hel zal telkens spontaan losbreken. Een hectische massa duizenden die je ziet opveren in één opeenvolgende ritmische kadans en die de messias volgt, woord voor woord. De mix der songs, op de scene, zijn attitudes, zijn gitaren, alles ademt uiteraard volop volgens de politieke standpunten van notoir wereldverbeteraar Morello: veel songs dus met een sowieso expliciete boodschap, waartussen dan nog met graagte commentaartjes en wat extra onverholen duiding doorheen worden verweven.

Maar Morello, dat is overwegend de muur van riffs en solo’s, de loeiende en schurende gitaren. Covert hij daar warempel dan toch Måneskin’s Gossip, maar in zijn razende versie wordt ook die song welhaast onherkenbaar. Groot zanger kan je Morello niet noemen – but who in The Barn cares? – maar het komt wel ergens tot uiting als hij een Chris Cornell-eerbetoon inzet of zelfs semi-akoestisch Springsteen covert. Voor enig relaxerend akoestisch rustpunt waar de stem primeert is gelukkig de set te kort. Eindigen doet hij dus met een pak dat hem veel beter past, een uitzinnig Power to the People van Lennon waar Tom Morello zijn hele arsenaal aan flitsende mennerij met verve etaleert. Wat een groot performer dus. Dat blijft overduidelijk.

Setlist:

  1. Berlin Sunset
  2. Soldier in the Army of Love
  3. Vigilante Nocturno
  4. Testify / Take the Power Back / Freedom
  5. One Man Revolution
  6. Let’s Get the Party Started
  7. Hold the Line
  8. Gossip
  9. Kick Out the Jams
  10. Bombtrack / Know Your Enemy / Bulls on Parade / Guerilla Radio / Sleep Now in the Fire / Bullet in the Head / Cochise
  11. Like a Stone
  12. The Ghost of Tom Joad
  13. Killing in the Name
  14. Power to the People

dEUS – The Barn – 19.55u.

☆☆☆☆1/2

Daar is in overwegend zwart, grijs en blauw dEUS, de groep die na elf jaar weer op de proppen is gekomen met zijn meesterlijke nieuwe How To Replace It en die die opener van de plaat en nog veel meer nieuws ervan nu ook op Werchter wil introduceren. Dapper en tegelijk verbluffend van de mannen dat ze dit opus intussen dan ook naadloos in de set wisten te verwerken. Met die titelsong vallen ze bijvoorbeeld al resoluut binnen. Het is dEUS’ eigenste dwarse Carmina Burana in z’n minimalistische opstart, met Barman’s parlando en fraaie nieuwe bombast van machtig doorslaande pauken. Episch is onmiddellijk het juiste woord en almaar aanzwellen en uitdeinen, Barman afwisselend fluisterend, zingend, eigenzinnig jazzy gitaargepingel. Het nieuwe dEUS is opbouwend volgens een klassiek dEUS-stramien, maar toch in dat geheel frisse jasje. Volgt nog een nieuweling, het overweldigend Le Blue Polaire. Als in een rockopera invallend met Pavlowski’s breed, vuil aandraaiend gitaargeluid. Pavlowski die de wegens herseninfarct weggevallen Bruno Degroote weer meer dan waardig opvolgt. Hier dan bovendien de onverholen uitstalling van Barman’s meer belegen stemtimbre en zijn grote voorliefde daarmee voor Gainsbourg’s franse praatzang.

Sterke nieuweling Man of the House overtuigd evenzeer, clever opgebouwd, spannende intro met diepdreunende synths en, recht opverend uit een of andere movie, een verrassende turning-point-sample “This was very disrepectfull”, waarna zich tikkend tegen de klok dreigende gitaarrock doorspekt met heel wat dEUS-grilligheid ontspint. Naast al de nieuwkomers zit evenzeer netjes verwerkt dEUS’ gesmeerde hitcatalogus, die zich schitterend en met des te meer nieuw élan ontvouwt. dEUS vat in Werchter foutloos samen wat al aan How to Replace It voorafging. O.m. Quatre Mains, The Architect, Nothing Really Ends, Little Arythmatics en vooral een ziedend Instant Street met de altijd indrukwekkend solerende Pavlowski. dEUS is kortom het huis van vertrouwen volgestouwd met gracieuze songs vol weloverwogen arrangementen, details en diepere lagen, luide dreiging en gejaagde chaos. Grandioos deze performance vol adrenaline van crooner Barman en zijn kompanen. Wat is het prettig thuiskomen met dit dEUS. Een band die zich hiermee al decennia op weergaloze wijze handhaaft bovenaan de vaderlandse rockscene. Fantastisch ook hier weer, gewoon.

Setlist:

  1. How to Replace It
  2. Le Blues Polaire
  3. Quatre mains
  4. The Architect
  5. Man of the House
  6. W.C.S. (First Draft)
  7. Instant Street
  8. Fell Off the Floor, Man
  9. Sun Ra
  10. Nothing Really Ends
  11. Little Arithmetics
  12. Bad Timing
  13. Suds & Soda

James Arthur – Club C – 23.25u.

☆☆☆

James Arthur is man van de arena’s en doet Werchter aan in het kader van zijn Bitter Sweet Love World Tour. James is duidelijk het nieuw jongerenidool met de hoge X-factor. Hij heeft de hartverscheurende hits, van zijn nieuwe mega-verkopende plaat Bitter Sweet Love en ervóór. Hij heeft een uitgekiende show die professioneel en af is en die loopt als een trein. Klub C zit dan ook, voorplein incluis, tjokvol opgewonden en dolenthousiast meedeinende tieners die alle songs van de bebaarde, donkergebrilde jongeling gewoon van hem overnemen om hem er vervolgens Beatlelesk woord voor woord mee te overstemmen. Geen probleem voor James, hij is dat inmiddels immers al zo gewoon. Hij speelt daar intussen zelfs gretig op in met een plejade van ‘jayho’s’ over en weer en telkens goed georkestreerde hands-ups.Hij uiteindelijk tevreden en de fans nog meer. Wie neemt hen dat af?

Zaterdag 6 juli 2024

No Guidnce – The Barn – 13.00u.

☆☆☆☆

No Guidnce, las ik ergens, heeft als hoofddoel straks de grootste band ter wereld te zijn. Daaraan denk ik onwillekeurig als ik, vettig middagmaaltje fish&chips nog even haastig wegwerkend, de vrijwel lege The Barn binnenstap. Josh Lomat, Kaci Brookz and Zeekay, drie lieve, aantrekkelijke Londenaren flaneren al gracieus over een nog veel leger podium en hebben er hun fijne r&b ingezet. Eentje, Ebubé ontbreekt om niet toegelichte redenen op het appel. Maar wat horen we? Smachtende gouden stemmetjes die, geleid door hun klankband op de achtergrond, tijdens iele harmonieuze danspasjes hemels in elkaar vervlochten raken. Vlekkeloze a cappella van fantastische zangers, echoënd, galmend, die songs voortbrengen die je hoe dan ook geboeid in je blijft opnemen. Het gezelschap wil de tijd van de boysbands van de nineties weer cool maken, Boyz II Men en zo, weetjewel. Het moet dus gezegd, alles wat ze brengen gaat hen zeer goed af. Hun choreografie is af. Zij kennen het wereldje van de r&b blijkbaar door en door, wat voor Britten toch minder evident is dan voor de Amerikaanse collega’s. Ze brengen het hier allemaal zo lieflijk, intens en topromantisch, in een uiteindelijk toch veel te kort aanvoelende set. Miljoenen volgers die hebben ze al, ver op de sociale media, maar een ontwakende The Barn die staat er toch nog wat onwennig tegenaan te kijken. Sterke prestatie.

Setlist:

  1. White Tee
  2. Spicy
  3. The Way That I Want You
  4. Flowers
  5. Lie To Me
  6. Nights Like This
  7. Let me love you
  8. Committed
  9. If Only You Knew
  10. Let It Rain
  11. Is It A Crime?
  12. Outro

The Last Dinner Party – The Barn – 14.30u.

☆☆☆☆1/2

Daar heb je ze dan netjes op een rij, de vijf bevallige Londense dametjes van The Last Dinner Party. Ze openen éclatant groots met hun klassiek trompettende en strijkende titelsong van hun debuut, de tot extase leidende Prelude to Ecstasy. Bij deze ladies is nu eenmaal alles groots, massief en tegelijk zo divers. Hun intussen overbekende singles vallen in de show netjes op hun plaats. Strak geleid door de in schots rokje jonglerende, immer sterk zingende Abigail Morris. Ze bewijst dit des te meer met een perfecte vertolking, niet evident, van Chris Isaac’s Wicked Game. Naast ook een nieuw nummer passeren uiteraard vooral de overbekende met klassieke ornamenten gelardeerde singles de revue: Nothing Matters, Sinner, My Lady of Mercy, glamrocker Caesar on a TV Screen, pal inslaande, hoogst clevere pop, con brio. The Last Dinner Party dat zijn sfeerzettertjes die we hier, al of niet met hun barokke pathos, altijd wervelend op hun pootjes zien terechtkomen.

Met dat barstend gitaarspektakel, die swingende energie, staan ze daarmee toch maar ineens, kant en klaar, deze ambitieuze jonge showband die zich ook hier in The Barn met veel stijl, elegantie en charisma opwerpt als een eigentijdse ABBA, als een handvol arty Spice Girls, selfmade en met een pak meer finesse. The Last Dinner Party, dat is grossieren in ideeën en een eclectisch geluid dat ze vrijelijk pikten daar waar ze het maar konden vinden. Bij ABBA dus, maar evengoed gaan ze ervoor overheen Pink Floyd, Nine Inch Nails en tot bij Moessorgski. In plaats van eenheidsworst maken ze met vanalles opwindende, hoogst melodieuze songs en ze verpakken ze in theatraliteit en die heerlijke bombast. Klinken ze daardoor dan weelderig, decadent en grotesk, hun harmonieën, arrangementen en overgangen zijn telkens zonder meer perfect. The Last Dinner Party kwam hier met een heus spektakel, het zag en het overwon.

Setlist:

  1. Prelude to Ecstasy
  2. Burn Alive
  3. Caesar on a TV Screen
  4. The Feminine Urge
  5. Gjuha
  6. Sinner
  7. Second Best
  8. Portrait of a Dead Girl
  9. Wicked Game
  10. My Lady of Mercy
  11. Nothing Matters

DEADLETTER – The Slope – 15.10u.

☆☆☆☆

DEADLETTER is een onstuimig Brits sextet dat onder het zonnetje aan The Slope blijkbaar al respectabel wat bekendheid geniet. Zo hoort het: tempo, sfeer en goed opgebouwde degelijke songs. De uitstekend in het stuk passende frontman Zac Lawrence dirigeert hun energieke, strakke postpunk dansend op een laag van rollende bassen en onrustige op een funkritme volgende saxofoonstoten. In enthousiastme aangestoken moshpits doen ze zo geheel natuurlijk onstaan en er wordt duidelijk ook weer gestagedived op Werchter. Lawrence weet hoe dergelijke vuurtjes in zijn set brandend te houden. Rigoureus houdt hij zijn communicatie aan met zijn wild gesticulerende publiek. Dit waardeerde de ambiance , maar o wat was dit dus weer kort. Een talentrijke liveband gezien, in een kort maar imposant optreden.

Setlist:

  1. Credit to Treason
  2. Relieved
  3. Degenerate Inanimate
  4. Fit for Work
  5. Mere Mortal
  6. Binge
  7. It Flies
  8. Zeitgeist

Psychedelic Porn Crumpets – The Slope – 16.50u.

☆☆☆☆1/2

De provocerende Australiërs van de Psychedelic Porn Crumpets geven er aan The Slope meteen een indrukwekkende lap op. Meedogenloze psychedelische rock aan een verschroeiend mitraillerende snelheid, een en al complexiteit, vol ongebruikelijke ritmes en gitaarlijnen. Perfect in de hand gehouden verwarring. Hun wervelende sound is inderdaad vooral aangenaam verwant aan hetgeen hun landgenoten, de experimenterende genieën van King Gizzard&The Lizard Wizard doen. Ze schilderen intens verder met een gevarieerd palet vol kleurige popklodders, hardrock-, progrock- en metaltoetsen tot experimentele jazz-elementen van het beste soort.

De weelderige woeste geluidsmuren die Psychedelic Porn Crumpets keer op keer met de nodige vrolijke flair over de weide voor The Slope opbouwden waren voor de dicht op elkaar gepakte menigte evenwel enkel de allervriendelijkste strelingen voor het oor. Verdient zo’n liveband dus onmiddellijk een predicaat: revelatie! Tijd om die mannen hun discografie so far erop na te slaan.

Setlist:

  1. Tally-Ho
  2. Mundungus
  3. Nootmare (K-I-L-L-I-n-G) Meow
  4. Lava Lamp Pisco
  5. Bill’s Mandolin
  6. Hymn for a Droid
  7. Cubensis Lenses
  8. Cornflake

 

Arlo Parks – Club C – 19.05u.

☆☆☆☆1/2

Voor een relaxte, chille r&b-afsluiter, dacht Ik, moet je vooral bij onze roodharige Amerikaanse Arlo Parks zijn. Arlo, met haar immer fluwelen soulvolle stemgeluid, staat hier althans al jaren op al haar albums voor garant. De show die ze hier in Club C presenteert lanceert evenwel duidelijk het meer groovy gekruid geluid, bedoeld waarschijnlijk voor al de Werchter-gelijke rockpodia. En inderdaad, wat klinkt het groots en flitsend professioneel. De energie spat eraf, met dan toch die heel aparte Arlo die mooi haarzelf blijft tussen alle spetterende gitaarsolo’s, riffs en zinderende drumbeats. Ja, bij wijlen gaat ook zij erin mee, als een Neil Young op- en neer divend en helemaal loos. Ze zoekt rondbenend alle hoeken van het podium op, zoekt haar publiek en trekt zelfs de aangroeiende menigte in. Voor haar set sprokkelt ze uiteraard veel uit haar debuut en haar recentste succesplaat My Soft Machine. Haar emotievolle teksten bevatten gekend grote poëzie, zwaar, diepgaand, betrokken en klankbord voor velen. Maar zo klaarzingend als haar stemgeluid is, daarmee dan blijven die hoedanook ook live helemaal overeind.
Want Arlo Parks, dat is een grote ster zonder meer en helemaal zonder kapsones. Haar hier kunnen ontmoeten op een avondlijk Werchterpodium… dat is een en al zachtomhullende betovering.
Daar zijn allen het over eens. De afwezigen hadden pech of ongelijk.

Setlist:

  1. Bruiseless
  2. Weightless
  3. Blad
  4. Caroline
  5. Impurities
  6. Eugene
  7. Dog Rose
  8. Hurt
  9. Too Good
  10. Black Dog
  11. Sophie
  12. Devotion
  13. Softly

Marc Rebillet – Club C – 21.10u.

☆☆☆☆

We zouden geschoold muzikant Marc Rebillet – ‘Loop Daddy’ is zijn nick-name – kunnen kennen van zijn geschifte video’s op YouTube waar hij vanachter zijn laptop funk en elektronische muziek blendert en doorspekt met hilarische teksten en eigen ‘goddelijke’ gezangen. Zijn ster is daardoor in die mate hoog gerezen dat hij met zijn apparatuur, zijn totale verrassingsshows en zijn Monty Pyton-/Robin Williams-verwante grapjes ook grote festivals zoals Werchter overstag doet gaan. Het moet gezegd, zoals zelf middenin the crowd empirisch vastgesteld, hij doet dit met enorme flair en groot gemak. Club C zit – verbazend – al lang vooraf tjokvol voor de man en er ontstaat al torenhoge ambiance nog vóór hij helemaal in boxershort opdaagt en onder luid gejoel het publiek induikt. Zijn onderbroekenshow loopt als een trein, deze man is muzikaal, vocaal en theatraal, van alle markten thuis. Een massaal jumpende menigte spant zich gewillig en zwetend in om, Daddy’s fantasietjes opvolgend, ergens toch een Richter-norm te halen.

Al bij al, Rebillet is met zijn platte kletsshows uniek in zijn vak, een ongebruikelijk goedmenend performer die met zijn entertainment publiek en zichzelf niet au seriex neemt. Die er wel van het zweet druipend constant stuiterend tegenaan gaat met een onwaarschijnlijk uithoudingsvermogen. De respons op al die fun en elektronische vaudeville is onmiddellijk en navenant: en of deze scanderende Club C daar pap van lust! Rebillet, danig onder de indruk, besluit dan ook de dankbare, onder de confetti ingesneeuwde menigte voor eeuwig in zijn smartphone op te sluiten.

Setlist:

  1. Let Me In, I’m Tryna Fuck (improvisatieset)

 

Róisín Murphy – The Barn – 22.10u.

☆☆☆☆

Daar verschijnt met haar schitterende experimentele dance-pop en haar altijd silly outfits Róisín Murphy, ex-Moloko, weer op het toneel in Werchter. The Barn krijgt gewillig de nieuwste hitrevue – heette haar laatste succesalbum ook al niet ‘Hit Parade? – over zich heen van een al altijd zelfverzekerd vanonder haar hoge bolhoed of burkagordijnen loensende Ierse. Ze heeft deze keer een oerdegelijk vijftal muzikanten mee. Hun overpowerende housebeats rollen onophoudelijk transcenderend The Barn in. En over. En weer. Show dus die, hoe kan het anders, van begin tot einde imponerend is. Al gaat wulpse Róisín al over de vijftig, sleet heeft allerminst vat op haar muzikale dadendrang. Zowel muzikaal als visueel is haar spektakel schitterend. Maar jammer, het opkomend Dua Lipa knaagt al beetje bij beetje haar jonge toehoorders weg. Tot ook vanaf de uiteindelijk verlaten uitgang van een lege The Barn je opnieuw verre pulseringen opvangt. Dua Lipa heeft Róisín’s housebeats overgenomen.

Setlist:

  1. Simulation
  2. Overpowered
  3. CooCool
  4. You Knew
  5. The Time Is Now
  6. Incapable
  7. Something More / Let Me Know
  8. Sing It Back / Murphy’s Law
  9. Can’t Replicate

Zondag 7 juli 2024

BLUAI – Main Stage – 13.00u.

☆☆☆1/2

Zelden meegemaakt. Om 12.55u van de Win For Life-stand – niks gewonnen! – in één ruk aan ‘t doorwandelen tot helemaal in de frontstage aan de Main. Voor een piepjonge Belgische band BLUAI die er vijf minuutjes later vroeg maar glorieus zal openen. Op de slotdag van RW24, met hun honderdste show notabene. Bogen ze immers al op een stevig palmares: wonnen De Nieuwe Lichting, Humo’s Rock Rally ’22 én Sound Track. Een reputatie die terdege kan tellen, succes exponentieel versterkt door de aandacht na de release van hun succesdebuut Save It For Later. Het komt dus echt heel goed met hen daar op de wei. “Holy shit, zoveel volk!”, ontvalt dankbaar en bedremmeld bij zangeres Catherine Smet, met open mond, “Applausje voor jezelf!” Maar dan, met wat een zelfverzekerde, volwassen gerijpte sound staan ze er vervolgens toch maar te spelen die meiden. BLUAI blijkt een harmonieus samenzingende vriendinnengroep, die met zachte gitaarpop de vroege, een en al aandachtige toeschouwer op ijzersterke, prima versterkte songs trakteert. Geworteld zijn die recht in de indie, de country en de folk. En het moet gezegd, ook het instrumentele luik van de performance klinkt heel overtuigend, er valt helemaal niks op af te dingen.

BLUAI uiteindelijk dààr op Werchter: heel verfrissend en genietbaar. Om terecht trots op te zijn!

Setlist:

  1. Worms
  2. Sad Boy, Angry Boy
  3. Not the One
  4. Better, I Swear
  5. Dime Store
  6. My Kinda Woman
  7. In Over My Head

Whispering Sons – The Barn – 14.05u.

☆☆☆☆1/2

Bloedstollend dilemma daar ineens op de slotdag van RW24: keuze voor Brutus of…
Het werd Whispering Sons, op het podium aangekondigd als “het beste wat België te bieden heeft op vlak van diepe stemmen”. De massaal opgekomen fans weten het onderhand wel. Dit Belgische vijftal is verantwoordelijk voor een heerlijk intense mix van galmend zwart experiment, van ooit vanuit de The Cure-gotiek komende hectische somberte, verpakt in nerveus stuiterende postpunk. In hun rangen hebben ze daarbovenop een weemoedige, kelderdiep androgyn klinkende parlandozangeres Fenne Kuppens, die zich met evenveel zingbabbelende emotie presenteert als de Vlaamse Kae Tempest of beter nog, Dry Cleaning’s Florence Shaw. Fans van Whispering Sons komen in het bijzonder voor dat aparte, want intens, dwingend stemgeluid, hoe weinig divers en dansend de melodieën op haar notenbalk soms ook op en neer walsen. Op het podium klinkt Kuppens er evenwel behoorlijk combattief mee, stevig, assertief en vooral met heel veel flair. Net als die prachtige collega’s bewijst Whispering Sons, en nu zeker met hun nieuwste The Great Calm, zonder meer tot het gild van de internationale toppers te zijn doorgegroeid.

De fans vermoedden het misschien niet, maar nu mag er al eens meer dan een streepje zon doorheen de mistbanken van hun duistere mangrovebos priemen en duikt er tussen al hun bedrukte stemmingen zowaar zelfs liefde als thema op. Hoe dan ook luistert ook op Werchter alles doorgaans heel diep, zwartgallig fluisterend, met heel eventjes maar die flard aan meer licht.
Whispering Sons laat een bomvolle The Barn met verve horen hoeveel variaties van dreigend geluid ze op één aantrekkelijk palet wel kunnen uitsmeren. Al die pure songs waarvan het cryptische verhaal zich zelfs met een tekstenboek niet altijd zal prijsgeven.

Het nieuwe Whispering Sons denkt momenteel ook niet alleen, er is ook meer ritme voor de toehoorders, niet alleen om op te deinen, maar om echt op te dansen. Bijvoorbeeld op de nieuwe rauwe postpunkenergie van het ijzersterke ‘The Talker’. Die song met cynische ondertoon, de oude fans staan er blijkbaar toch nog wat te beschroomd bij.
Hoe dan ook ze etaleren hun vertrouwde klasse. Met Kuppens’ uitzichtloosheid als leidraad voor heftige, hoogstpersoonlijke postpunk, voor hooggillende gitaren, vette baslijnen en naar overal wentelende drums. Ze zijn wel minder theatraal, minder groots, minder minimalistisch geworden. Maar als vanouds drijft hun set nog steeds heel intens op emotie en op een overkoepelend verhaal waar niks op zichzelf zal staan. Whispering Sons is gegroeid in het verzinnen van verrassend passende songsstructuren en in het keer op keer spannend opbouwen van songs naar hun extatische climax.

Met haar cool blijft de zwarte apocalyptische podiumverschijning Fenne Kuppens evenwel de onvervangbare charismatische spil van het vijftal. En ze bevestigen: Whispering Sons zit niet in een ‘standstill’. Integendeel zijn ze helemaal bij zichzelf thuisgekomen en daarom alleen tot dergelijke respect afdwingende prestaties in staat. Eindigen met dezelfde gedachte: bloedstollend!

Setlist:

  1. Standstill
  2. Something Good
  3. Dragging
  4. Heat
  5. Hollow
  6. Cold City
  7. Still, Disappearing
  8. The Talker
  9. Walking, Flying
  10. Surface
  11. Alone
  12. Try Me Again

 

IDLES – Main Stage – 16.50u.

☆☆☆☆☆

De crazy Bristolse post-punkers van IDLES die zijn live nog stukken verwoestender dan de explosie op de cover van hun laatste topalbum TANGK. IDLES vertoeft in Werchter in monumentale hemelen. Indringend getormenteerd kijkende frontman Joe Talbot, helemaal in kort wit koppie, bijt de verbluffende waanzin af, goed voor een wilde adrenalinerollercoaster vol spierballen, op de borst slaand, brullend en spuwend zijn hart leegmakend, waarbij zijn body wel ontelbare keren compleet dubbel gaat. Alles onder splijtende riffs en regelrechte doodsmakbeats. IDLES zo onstuimig als Engelse Peppers in een bos vol industrial en racende gitaren. Het valt daarbij op hoezeer zijn eigen belerend stemgeluid daarbij wel op dat van een furieuze Jim Morrison begint te lijken.

Talbot kan daarmee als geen ander affoeteren tegen zijn Engelse regering of de barbaarse maatschappij waarvan de muren blijkbaar op instorten staan. Betrokken als hij is zal hij je voor verslaving behoeden, geen hoopvol advies is hem teveel, pleit voor Palestina…Positiviteit, love and understanding, je had het niet verwacht, maar het zijn effectief IDLES’ geliefde wapens.
Dit alles zit in hun vernuftige garagerock verwerkt. Ingekleed in de vetste groove van de hele Werchtereditie 2024.

‘IDLES-fijngevoelige stijl’, de ietwat andere sound en de nieuwe texturen die door een gedreven producer Nigel ‘Radiohead’ Godrich en Kenny Beats in het laatste album gelegd werden kwamen er zo in de beperkte set op een hoofdpodium uiteraard minder uit.
Maar wat een zalige IDLES-euforie! IDLES hoort thuis in het rijtje van de grote, creatieve postpunkbands die vooreerst op het podium en uiteraard al de ene belangrijke plaat na de andere bewijzen dat hun stomende genre zo springlevend blijft als zijzelf. Tijdens hun zegetocht in Werchter hebben ze hun publiek helemaal bereikt en ingesloten. Adembenemend!

Setlist:

  1. Colossus
  2. Gift Horse
  3. Mr. Motivator
  4. Mother
  5. Car Crash
  6. Gratitude
  7. The Wheel
  8. POP POP POP
  9. Never Fight a Man With a Perm
  10. Dancer
  11. Danny Nedelko
  12. All I Want for Christmas Is You
  13. Rottweiler

Jungle – The Barn – 22.10u.

☆☆☆☆

Lang voor de aanvang vormt zich in The Barn al de menigte die de set elastieken dansmuziek met de twee geile Londenaren van Jungle wel ziet zitten. Josh Lloyd-Watson and Tom McFarland zijn al jaren de songschrijvers van dit gezelschap. Maar zie op het podium is plaats voorzien voor wat zich als een vriendengroep lijkt te ontplooien: vier keyboardopstellingen, gitaar, bas, drums, percussie, fluitist en achtergrondzang. Enthousiast over Jungle zei ooit iemand: “Deze groep is de toekomst van de electronica/hip hop/indie/funk én soul.” Beloftevol of intussen gevestigd, soit, wat we horen is inderdaad een knetterende mix van spetterende disco, pop, rock, funk en soul. Het is al albumslang hun gelauwerde handelsmerk en zo vertrouwd als zij het hier brengen, met een massa dichtgeknepen Gibb-stemmetjes, krijg je non-stop voer voor de dansvloer of gewoon zeventig lollige minuutjes muzikale opwinding. Je stelt het meteen vast, dit producersduo voelt zich zielsverwant met Daft Punk, Moby, Soulwax, Justice en andere acrobaten die binnenkamers euforische tapes meesterlijk door elkaar weten te husselen. Des te meer van al dat escapisme dus ook nu weer bij deze set die als een roodverlichte locomotief vooruit de nacht instormt. Hun hits passeren natuurlijk de revue: Casio, Busy Earnin’, ‘Back on 74’ en nog anderen. Naast falsetjes halen ze er ook andermans vocals bij, geheel Moby-like dus – en er wordt bovendien tal van variatie uit het kastje getoverd om toch maar nergens een zweem van platte muzakdisco in The Barn te doen opborrelen. Ben je er dus vatbaar voor, wel dan ben je voorgoed en zonder rustpunten vertrokken met hun ondeelbare upbeat-discorush. Erg seventies. Maar alles tegelijk prima beschenen door het nu, met zelfs rap en hiphopbeats. En op het einde zit The Barn toch nog barstensvol. Zegt dit niet genoeg dan?

Setlist:

  1. Busy Earnin’
  2. Candle Flame
  3. Keep Moving
  4. All of the Time
  5. Back on 74 Casio
  6. Us Against the World
  7. Fire
  8. What D’You Know About Me
  9. Time-Busy Earnin’
  10. Candle Flame
  11. Dominoes
  12. Heavy, California
  13. Problemz