Oostende in de ban van STORM! (3)
Intussen zijn we aanbeland bij de derde en meteen ook laatste festivaldag in het recent vernieuwde De Post (Oostende). Op het STORM! Festival zaten we wederom goed voor een fikse portie frisse, energieke Belgische jazz en een internationale blikvanger.
Eerst kregen we Steiger te zien, een jong en uiterst bevlogen jazztrio die in het kader van de Jazzlab Series aantraden. Ook zij waren een van de vele redenen om naar het STORM! Festival te komen. Steiger maakt immers onmiskenbaar deel uit van een nieuwe lichting in de jazz en stond dan ook meer dan terecht op de affiche. Samen met een aantal andere bands (Schntzl, De Beren Gieren, Compro Oro, Brzzvll,..) bewijzen zij dat België over bijzonder veel jong jazztalent beschikt. Talent dat volop ontluikt, mee onder impuls van speelkansen, tournees en albumreleases zoals debuutalbum And Above All (uit via het fantastische El Negocito Records).
Het Gentse trio dat de Jong Jazztalent Gent Contest won mag dan wel een eerder klassieke bezetting piano (Gilles Vandecaveye), bas (Kobe Boon) en drum (Simon Raman) hebben, de muziek verraadt veel liefde voor rock-’n-’roll, filosofische bespiegelingen en zoveel meer. Zo kregen we een erg eigenzinnige, maar eigentijdse opvatting van de jazz. Met zelfgeschreven composities zoals Herfst Is Een Schijtseizoen, waarin vrije improvisatie een belangrijke rol speelde. Bij Steiger heerste vooral een speelse, verrassende toon. Maar evengoed kreeg het publiek een uiterst verfrissende energie te zien die we eerder vereenzelvigen met heftige rock. Het zijn qua attitude durvers ook, zo zagen we Vandecaveye danig hameren op zijn piano om iets later af te komen met slimme Monkachtige lickjes om vervolgens te spelen met klanken uit het binnenwerk van de piano.
Straffe groep dus met groepsleden die elkaar aanvullen en de nodige ruimte geven om hun eigen ding te doen. Neem bijvoorbeeld Sturm Der Liebe of het prikkelende Berlin Revisited waarin echo’s van DAAU te rapen vielen en waarmee de inventiviteit van de groep erg goed naar voren kwam. Steiger bewees met een stomende set dat net zij een van dé revelaties in de Belgische jazzwereld zijn, mee dankzij een bezielde overgave die je maar al te zelden aantreft.
En dan was het de beurt aan Veder, het nieuwe project van eufoniumspeler Niels Van Heertum dat zoals u wellicht weet met Evergreen net een weergaloos fraai en onweerstaanbaar album uit heeft. Niels was nog maar net terug van Brand festival in Mechelen waar hij als artist-in-residence onder meer een programma mee mocht samenstellen. Van Heertum had bijzonder goed volk rond zich, met onder meer snarenwizard Ruben Machtelinckx, die we op Jazz Middelheim met een aantal projecten aan het werk zagen, rietblazer Joachim Badenhorst en de Noorse Eivind Lønning.
Veder, dat is meer sfeer dan het grote gebaar, zo hoorden we presentatrice Lies Steppe zeggen. En zo was het maar net. Intieme pracht met ingetogenheid als handelsmerk van de groep. Veder leverde een bloedmooi concert dat tot een van dé hoogtepunten van zowel de derde festivaldag als het hele festival mag beschouwd worden. Je kreeg als toeschouwer een auditieve belevenis van jewelste, een groep die ongrijpbare, onbeschrijfbare muziek presenteerde. De poëtische kracht was hier aan het werk. Uiterst langzame composities, die traag maar gestaag openbloeiden. Kortom: muziek die het sterk moet hebben van suggestieve kracht en het imaginaire.
In het groepsgeluid ontwaarde je duidelijk Noordelijke invloeden, met her en der folkier accenten door Machtelinckx, maar de sensatie wordt vooral mee aangezet door de prachtige blazers die een zachte, heldere en zuivere geluidsstroom uit hun instrumenten haalden. “Hebben jullie Planet Earth al gezien?”, zo vroeg Van Heertum zich onder meer af. Wat volgde was muziek die traag absorbeerde, maar net daarom erg hard binnenkwam. Ongerepte muziek met een puurheid van een hogere orde, een zachte fluwelen pracht met rafelige randjes. Kortom: een pracht van een concert dat diep raakte.
Een van dé highlights op dag drie was ook Ragini Trio. Naar dit concert werd al lang uitgekeken door zowel de groep als door de organisatoren die rondom dit Ragini Trio een programma concipieerden. Een bijzonder concert, omdat de indojazz van het trio aangevuld werd met de Frans-Servische pianist Bojan Z (Zulfikarpašić) die maar al te graag op de invitatie van Daems & co inging en de Indische vocaliste Samani Mudgal.
Dit leverder ijzonder crossoverproject op, met een groep die volledig buiten de gekende lijntjes kleurde. Zo voelde je eerst nog de spanning aan bij de groepsleden om het technische luik helemaal op orde te hebben. Maar eens het trio van start ging, was het volop genieten van deze stevig gekruide Indojazz. Het trio heeft met drummer Lander Gyselinck (STUFF., LABtrio,..) en de Italiaanse contrabassist Marco Bardoscia een fantastische ritmetandem, doe daar dan nog eens de knappe interventies van Black Flower opperhoofd Nathan Daems op sax bij en dan heb je al een straf trio.
Na een eerste release (uit via W.E.R.F. Records) presenteerde de groep hier in wezen een behoorlijk exclusief voorsmaakje met werk uit een nieuwe langspeler die in de loop van volgend jaar verwacht mag worden. Dat wordt nu al een album om écht naar uit te kijken. Zo bewees de deluxe uitvoering van het Ragini Trio dat zij ondanks de aanwezigheid van behoorlijk vastomlijnde composities er toch vooral een vrije, losse feel aanwezig was. Een waar genot om dit te mogen mee maken, niet in minst door de manier waarop Ragini Trio aan de slag ging met ragas, Indische klassieke muziek, poëzie (ook de politiek incorrecte vorm) en jazz. Dat leverde een behoorlijk Indisch gekruid mengsel op met een sound die soms zweverig aandeed, maar vooral bedwelmde. Een staande ovatie was hun deel, en dat was zeker niet onterecht.
Als headliner kregen we Ambrose Akinmusire Quartet. Een internationale topper die op STORM! een exclusief concert op Belgische bodem speelde. Amper 35 en al een aantal albums uit op Blue Note, dat kon eigenlijk niet mis gaan. Zeker niet als het meest recente dubbelalbum een registratie is van een optreden in de befaamde Village Vanguard.
De Amerikaanse Akinmusire had eigenlijk weinig met grote protserige verklaringen of pompeuze statements en liet de muziek maar voor zich spreken. Al van bij het begin turnde hij de zaal om tot een kleine, intieme jazzclub. Samen met zijn maatjes zorgde hij voor een best goed concert, al was het wel een beetje jammer dat hij net door de muziek de overhand te laten nemen, afstand tussen artiest en publiek in de hand werkte. Zijn band was onmiskenbaar een bijzonder potente en krachtige working unit (wat een stevige ritmesectie zeg), niet in het minst door een nergens minder dan fantastische inzet van sterdrummer Justin Brown die naar het einde toe een weergaloze solo ten beste gaf. Akinmusire en co (met o.a. pianist Sam Harris) laafden zich aan zoete, Amerikaanse jazz waarin stijl en virtuoze techniciteit belangrijke elementen waren. Dit kwartet citeerde deels uit de spiritual jazztraditie, waar ook pakweg Kamasi Washington en Kendrick Lamar (Akinmusire speelde mee op To Pimp A Butterfly) om de hoek komen kijken, maar gaf daar een eigen toets aan.
Blauw was de hoofdkleur, het blauw van Miles Davis naar wie Akinmusire qua trompetspel lonkte. Niet zomaar Kind Of Blue maar All Blues. Donkere klankkleuren, erg low key, gedempte sfeer. Maar ook: toewijding, hart en ziel. Al viel tezelfdertijd ook op te merken dat Akinmusire en co, ondanks de aanwezige vrijheden zoals bijvoorbeeld het tussendoor in de coulissen duiken, zich doorgaans netjes aan de partituren hielden. Halfweg een van zijn sweet Afroamerican jazztunes stelde hij vast dat er een stukje bladmuziek ontbrak. Geen bezwaar, de band ving op en Akinmusire ging dat stukje bladmuziek doodleuk in de backstage halen. Dat illustreerde het talent van zijn kwartet, maar ook de focus op de vooropgestelde schriftuur. Zodoende kreeg je een behoorlijk waarheidsgetrouwe weergave van de liveplaat Rift At The Decorum: Live At The Village Vanguard die hij net uitbracht.
Impressionant concert, maar niet van die aard dat Akinmusire en co het publiek overrompelden en achterlieten met een ‘wow’ ervaring. Daarvoor was het concert te braaf, te mak, wat deels in de verf gezet werd door het manco aan dialoog en interactie. Akinmusire stelde af en toe de groepsleden voor en meer zei ie niet. Geen thank you’s, geen toelichting bij de nummers of wat dan ook. Dat is ergens jammer voor een headliner. Daar tegenover staat dan wel dat ie ruimschoots de tijd nam om zijn vaak expansieve composities aan het publiek te presenteren.
Daarmee kwamen we aan het einde van een fijne jazzdriedaagse die STORM! was. In die drie dagen maakten we een heel fijn en goed opgebouwd programma mee. Een programma dat aanvoelde als een knap uitgebalanceerde en uiterst veelzijdige mix. Veel jonge bands (o.a. Schntzl,..), bijzondere projecten (Jon Balke Siwan, Ragini Trio ft. Mawani Sudgal en Bojan Z,..) en een handvol exclusiviteiten zoals Christian Scott Atunde Adjuah en Ambrose Akinmusire. Van feestelijke zotternij zoals FES ft. David Bovée tot de doorleefde intimiteit van Verneri Pohjola en Veder, van zoete, sterk Amerikaans geprofileerde jazz van Akinmusire Quartet tot meer exotische jazzvariaties, het zat allemaal in dat heel bijzondere aanbod.
Kortom: een héél fijne derde editie van het festival en dat in een weekend waar er wel meer muziekfestivals (Sonic City, Le Guess Who, zusterfestival Brand,..) publiek lokten. We zijn alvast benieuwd naar wat de volgende editie gaat brengen en danken hier graag Benny Claeysier, Pieter Koten, het hele KAAP team en de talloze vrijwilligers die in de weer waren om dit bijzondere festival in goede banen te leiden.
Into jazz? Dan kunnen we alvast ook het A New Wave Of Belgium Jazz tippen dat tussen 13 en 19 december in de Ancienne Belgique doorgaat. Ook daar is er een intrigerend muzikaal parcours met onder meer een W.E.R.F. Labelnight op 14 december. Om in de gaten te houden dus!
Foto’s: Tom Leentjes