Ontspannen en serieus gaan hand in hand bij Tortoise
Getuige van de overvolle podiumopstelling in de Pandora zaal van TivoliVredenburg staat er deze donderdagavond wederom iets bijzonders te gebeuren in het gebouw. De Amerikaanse band heeft net een nieuw album op zak, een goeie reden om deze te komen spelen voor het enthousiaste publiek in Utrecht.
Voor het zover is krijgen we maar liefst twee voorprogramma’s voor de kiezen vanavond. Aan Blondy Brownie de taak om van start te gaan. Het Belgische duo bestaat uit één vrouw met blond haar en de ander met bruin: vandaar Blondy Brownie. Al is een Blondie Brownie ook de naam van de vanille variant, van de bekende, zoete Amerikaanse cakejes; een associatie die hun muziek ook zeker oproept, dat van zoetigheid. Nu aangevuld met een gitarist, speelt de band Franstalige pop met ritmisch invloeden van krautrock en veel ruimte voor synths en beats. Het is een leuk begin van de avond.
Heel anders is de muziek van Sam Prekop. Samen met Tortoise-lid John McEntire speelt hij ook in de luchtige, jazzy band The Sea and Cake, maar vanavond laat hij solo zijn muziek horen. Rustig neemt hij plaat op zijn kruk, om daar de rest van het optreden ook geconcentreerd te blijven zitten. Een wirwar aan draden, knoppen en toetsen zorgt voor een zeer analoog, ietwat retro synthesizer geluid. Om eerlijk te zijn, van een afstand valt daar weinig aan te zien en op visueel gebied is het een saai optreden, tenzij je er met de neus bovenop gaat staan om gebiologeerd naar het knoppen gedraai te kijken. Gelukkig is de elektronische muziek gelaagd en meditatief. Met ruimte voor vreemde melodieën, maar ook veel ritme . Liefhebbers sluiten de ogen en laten zich meevoeren naar dromen over niet bestaande werelden, met ruimteschepen en rare wezens.
Het programma vliegt voorbij vanavond. Een toiletbezoek en één biertje later staat Tortoise al op het podium. Gelijk ook is het geluid herkenbaar: jazzy drums, synths, gitaar en vleugjes vibrafoon. Fanatiek starten doet de band niet, het kabbelt juist een beetje voort. Lekker ontspannen, zo kun je het ook zeggen. Toch valt er genoeg te zien en de aandachtige toeschouwer hoort ook dat het technisch erg strak gespeeld wordt. Het bijzondere is hoe het gezelschap heel de avond steeds andere accenten weet te leggen in hun composities. Beginnen ze nog ontspannen en relaxed, steeds vaker gaat later de volumeknop omhoog, met ruimte voor gortdroge drums, zware bas en agressief gitaarspel. Even snel als dat de muzikale oorlog gekomen is, zo snel is hij daarna ook weer verdwenen. Opvallend is ook de soms grote rol voor vibrafoon binnen een aantal liedjes, dat ziet er ook lekker speels uit. Zo gebeurt er altijd wat anders op het podium: de gitarist pakt later een stel sambaballen en de keyboardspeler gaat opeens achter de drums zitten, zodat er zo nu en dan twee personen of meer voor percussie zorgen. Multi-instrumentalisten die zich aanpassen aan welke instrumenten er op dat moment nodig zijn voor een compositie.
Toch oogt de band niet echt spannend, maar juist een beetje stijf. Perfect gemusiceerd, ontspannen gespeeld, maar uiterst serieus en geconcentreerd. Als toeschouwer komt het wat afstandelijk over en heb je soms het gevoel naar een stel houten poppen te kijken, in plaats van mensen van vlees en bloed. Uiteindelijk geeft de band naar het publiek aan het toch goed naar hun zin te hebben. Dus er zit toch plezier in Tortoise? Ja, als je goed kijkt wel. Vooral bij gitarist Jeff Parker ontsnapt er zo nu en dan een glimlachje. De band keert twee keer terug voor een toegift en speelt bij die ingezette nummers juist vrolijker, uitbundiger. Als Seneca wordt ingezet, afkomstig van het album Standards, is er zelfs sprake van publieksparticipatie als we het moeilijke ritme moeten meeklappen. Even wordt dan toch de (denkbeeldige) afstand tussen band en publiek verkleint en het is geweldig.
Fotografie: Dorien Hein (Tot Kijk fotografie)