Nordic Delight was een waar Scandinavisch genoegen
Het Nordic Delight heeft de afgelopen jaren een uitstekende naam opgebouwd als festival voor het ontdekken van nieuw Scandinavisch talent. Melkweg Amsterdam bood dit jaar het podium aan uiteenlopende bands uit de noordelijke regionen. Door een uitgevallen act (Lowly) was er ruimte ontstaan in het programma; iets wat programmatechnisch eigenlijk wel prettig was; het kwam de ontspannen sfeer van de avond ten goede. Bij binnenkomst werd ons een salmiakdrankje aangeboden. Heerlijk! Maar tot zover de culinaire inbreng in dit festival. Of hebben we wat gemist? Doet er ook niet toe; we kwamen voor de muziek natuurlijk.
Mr. Silla uit IJsland trapte het festival af. Ze is muzikante en kunstenares, schrijft eigen werk maar vertolkt ook de werken van anderen. Misschien ken je haar als zangeres van Múm. In de bovenzaal werd ze omringd door papieren zonnebloemen die zo uit de nabijgelegen kleuterschool afkomstig leken te zijn. We hoorden experimentele pop, met veel elektronische effecten. Het geheel deed nogal chaotisch en arbitrair aan, eerlijk gezegd. Misschien hadden we er iets meer van verwacht.
In de Oude Zaal maakte Phlake zich ondertussen op voor hun show. Van een geheel andere orde was deze Deense formatie die een mix van R&B en pop ten gehore brachten. Ze zetten een moderne sound neer waarbij de drums en bas een glooiend landschap vormden waarover de zanger heen scheerde als een Scandinavische meeuw met een gouden keeltje, het publiek gebiologeerd onder zich latend. We smachtten wel naar iets meer avontuur, want de composities waren niet zo spannend, maar de set was indrukwekkend en het publiek duidelijk fan.
Ondertussen was de Cinema geopend en toonde Northern Disco Lights op het witte doek; een documentaire over de geschiedenis van De Scandinavische dancemuziek en eigenwijze inborst van de hedendaagse stroom van muzikanten. Een goed moment om even onderuit te zakken in de donkere zaal en een interessante afwisseling van het muzikale programma. Dit werkt goed op een festival zoals dit en biedt zo een geheel andere, wat diepgaandere kijk op de muziekwereld.
Twee deuren verderop verraste Iris Gold ons met haar interessante en flamboyante verschijning. Geen plekje op het podium bleef onbenut. Een geweldige vibe straalde ons tegemoet in de kleine ‘upstairs’ waar lachende gezichten en bewegende lijven haar uitzicht waren. Gold vermaakte ons en ik geloofde wat ze zong. Funk, hiphop, soul… met haar uitstraling en power is het geen wonder dat ze gewild is als live-artiest.
En toen was er Klangstof, een band waar slechts één Nordic man te spotten viel, maar de delight werd wel waargemaakt. Klangstof is een combinatie van het Noorse woord voor “timbre” (klang) en het Nederlandse woord “stof”. Zanger Koen van de Wardt, oud-bassist van Moss, groeide op in Noorwegen en vandaar de link met dit festival. Met hun dromerige indie-rock trakteerden ze ons op Scandinavische synths meanderend door luchtige arrangementen. Door de fragiele stem van van de Wardt en doordachte subtiliteit van het samenspel droomden we ongemerkt weg en waanden ons in de Noorse berglandschappen. Missie geslaagd.
Ook uit Noorwegen (en Griekenland!) afkomstig is Broen, een 5-tal jonge muzikale honden. Ze vonden het leuk om ons op het verkeerde been te zetten en dit maakte hun optreden verrassend en verfrissend. Broen is dynamisch en origineel. Eigenwijs leuk. Wat mij betreft een perfecte afsluiter van de avond; helaas hebben we Pom Poko moeten missen.