Invloedrijk Pere Ubu verrast in Paradiso
De experimentele rockband Pere Ubu hoort bij het rijtje van bands die het verdient om door meer mensen gekend te zijn. De Amerikanen brachten in 1978 met cultalbums als The Modern Dance en Dub Housing tracks uit die hun tijd ver vooruit waren. Jaren eerder deden ze dat al door enkel zo af en toe obscure singletjes uit te brengen. Nog eerder was daar de rauwe protopunk en garage van Rocket From the Tombs. Sleutelfiguur in dit alles? Frontman David Thomas. Hoe invloedrijk was Pere Ubu? Nou, als je vanavond meermaals denkt zowel Pixies, Sonic Youth als de vreemdere uitspattingen van Ty Segall te horen, dan weet je al hoe laat het is. Het is dan ook vooral een band die beter in deze tijd past, want ze klinken niet langer als het buitenbeentje dat ze vroeger waren.
Een excentrieke man met een hoed en een wandelstok wordt het podium van Paradiso opgeholpen. Deze man is natuurlijk de vierenzestigjarige frontman van Pere Ubu, David Thomas, die nauwelijks meer kan lopen en er eerlijk gezegd ook niet zo fit uit ziet. Het afzeggen van tournees op doktersadvies is helaas geen uitzondering meer tegenwoordig, maar vanavond is hij er. Uniek en een beetje spannend. Spanning die in de zaal – grotendeels gevuld met publiek van Thomas zijn leeftijd – duidelijk voelbaar is. Als dat maar goed gaat. Een paar tellen later zijn onze zorgen al verdwenen als er vuige garagebluesklanken de zaal in worden geslingerd en Thomas daar gewoon overheen praat, gilt en gromt. Wie op een avondje gevuld met klassiekers had gehoopt komt overigens wel bedrogen uit, want de band speelt vooral eigenwijs het materiaal van de laatste twee albums. Met een lichte nadruk op het vorig jaar uitgekomen 20 Years in a Montana Missile Silo. Ze zijn er dan ook duidelijk de band niet naar om te teren op de “hitjes”, maar kijken constant vooruit. Steeds nieuwe versies van oude liedjes en steevast elke paar jaar een nieuw album. Albums die minder gevuld zijn met de “weirdness” van vroeger, maar meer bestaan uit harde rock en garage blues, weliswaar met een bevreemdend en poëtisch randje. Of nou ja, lichtelijk vreemd zal de band altijd blijven: een klarinet door de mangel gehaald met synthesizer-effecten, theremin, een dergelijk speelgoedlaserpistooltje dat rare 80’s science fiction-geluidjes maakt en een hele batterij aan effectenpedaaltjes dat voor vele herrie zorgt. Het zijn zelfs in deze tijd geen instrumenten die je standaard hoort bij je favoriete punk-, garage- of noiserockband.
Dat de vaart soms uit de set gaat, is niet verwonderlijk. Thomas kost het zichtbaar energie en een paar tellen uitrusten is hem dan ook gegund. Gelukkig heeft hij geheime wapens: humor en het vertellen van bizarre verhalen. Zo verhaalt hij doodleuk over het feit dat zijn tracks vroeger veel over vogels gingen en de keus op het laatste album (en in deze set) is gevallen op apen. Het is een droge, cynische humor die niet zomaar is na te vertellen; een kwestie van “je had er bij moeten wezen”. Toch zal ons één moment altijd bijblijven, namelijk een langgerekte monoloog over zijn (ex-)geliefden en zijn moeder die bezorgd en goedbedoeld tegen hem meldden, “misschien moet je eens wat charmanter zijn. Vroeger was je charmanter”. Thomas zijn antwoord is kortweg, “Fuck you, bitch!”. Later wordt ons nog de onpraktische situatie van een toegift uitgelegd, “Dan moeten ze mij uit deze stoel hijsen, al die fucking trappen af helpen en dan moet ik daarna weer terugkomen. Wat een onzin. Dus ik hou gewoon een paar minuten pauze en jullie doen maar even of ik het podium af ben en nu wachten op een encore”. Een toegift die uiterst merkwaardig start met een cover van MC5 zijn Kick Out The Jams, waarna het volume nog verder opgeschroefd wordt voor de noisegarage van Rocket From the Tombs cover Sonic Reducer en Final Solution. Daartussenin zat nog een plagerige intro van Nirvanas Smells Like Teen Spirit. Waarom? Het is Pere Ubu, daarom. De invloedrijke band die nog steeds doet waar ze verdomme zelf zin in hebben, los van verwachtingen en trends.