×

Recensie

Alternative

04 oktober 2023

Wilco

Cousin

Geschreven door: Hendrik Vanhee

Uitgebracht door: dBpm records

Cousin Wilco Alternative 4 Wilco – Cousin Written in Music https://writteninmusic.com

I’m cousin to the world. I don’t feel like I’m a blood relation, but maybe I’m a cousin by marriage.” – Jeff Tweedy

Wilco, het vlaggenschip van de alt-country en de indierock, is straks bijna 30 en, jongens, op wat een unieke discografie kan dit zestal inderdaad al terugkijken. Toch zijn Jeff Tweedy en zijn companen nog lang geen herkauwers, nog altijd is ook hun dertiende geen zwanenzang van opdrogende creativiteit of het slaafs volgen van modetrends. Geheel integendeel, want Wilco is een stel fijnbesnaarde lui die door en door muziek ademen en ook met Cousin, de nieuwste, weer een authentieke Wilco afleveren.

De uitgesproken country-hints van hun laatste onvolprezen inspiriratieboost Cruel Country zijn hier ineens resoluut afwezig. Jeff Tweedy is immers een eigenzinnig man die zichzelf altijd wil uitdagen, die dus ook altijd nieuwe horizonten wil zien. Gaat het daarom op Cousin nu de richting uit van art-pop en gaan daarmee her en der ook vlot de hoekjes eraf. Dit hoor je al direct het meest bij verrassende opener Infinite Surprise, de opvolger wel van het toen even onvoorziene At Least That’s What You Said van A Ghost Is Born. Geflankeerd als met een op hol geslagen metronoom start het album galmend, warempel dan een wispelturig wervelende saxofoonpartij erbij en wat maffe fuzz van Nels Cline’s gitaar tot tal van frivole en dissonante synthetische bijgeluidjes de hele mix mogen overweldigen.

Nja, baas Jeff Tweedy wilde duidelijk uit zijn comfortzone treden en heeft zich voor Cousin zo te zien even op de achterbank gezet. De ervaren rotten van Wilco zagen zich daardoor voor het eerst voor het geheel van het Cousin-project aan een externe producer toevertrouwd. Dit werd dan heel bewust een dame, jawel, de jonge onberispelijke Welshe singer-songwriter Cate Le Bon. Die mocht van Jeff met Cousin‘ ook helemaal haar eigen ding doen. Wilco’s muziek had ze gelukkig al met de paplepel binnengekregen en ooit zelfs coverde ze Company in My Back van A Ghost Is Born. Een van haar beslissingen was om niet live in de The Loft-studio op te nemen, maar alle instrumenten zoveel mogelijk individueel in te blikken. Je hoort dit manusje-van-alles hier overigens zelf ook duchtig meemusiceren op piano, synthesizer, bas en in de backing vocals.

Het merendeel van het materiaal voor Cousin bestond prematuur nu wel al van vóór de opname van Cruel Country. De songs die de immer productieve Jeff Tweedy toen als altijd in alle eenzaamheid schreef klinken nu evenwel zonder meer sterk en meeslepend. Aantrekkelijke melodieën met een als vanouds korrelig koel zingende frontman die in zijn soms ondoorgrondelijke lyrics zijn huidige emotionele overpeinzingen over zichzelf en de staat van zijn ‘cruel world’ deelt. Wat dat betreft is er bijvoorbeeld de louterende pianosong Ten Dead. Jeff’ spuit er zijn woede over de eindeloze reeks zinloze schietpartijen in zijn land. Met gitaren huilend in de achtergrond groeit de song langzaam uit zijn aanvankelijke americana-feel.

Samen met de repetitief jagende drums van Glenn Kotche rondt Nels Cline’s gitaar finaal alles grillig mechanisch af, als besluit ie een dodenmis. En ja, na bloederig nieuws als dit gaat ook Jeff Tweedy weer gewoon te bed. Zelfs lynchpartijen worden tegenwoordig achtergrondgebeurtenissen, lijkt hij hier te willen zeggen. Wellicht is dit ook de stille boodschap van het hele Cousin-album: mensen, je leeft steeds meer losgekoppeld van je leefomgeving. Wie weet vernemen we er binnenkort wel meer over in Jeff’s nieuwe boek, World Within A Song dat in november uitkomt. Misschien daar dan ook wel iets over Pittsburgh, song die al uit de Ode to Joy-sessies komt. Jeff zingt er verrassend: “Ben altijd bang geweest om te zingen. Op de een of andere manier is dit alles wat ik doe, hoe vreemd dat ook lijkt. Ik heb mijn dromen overleefd.”

De dartele eerste single, het traditioneel klinkend Evicted, kennen we al, het blijft een feest van sprankelende gitaar-arpeggio’s. A Bowl and a Pudding met zijn breeduit gitaargepingel lijkt iets seventies à la Leo Kottke of Nick Drake. De song Cousin daar in het midden wordt lekker pittig door die doorslaande drums en flitsende gitaren die  rond de zang schieten. Soldier Child is dan weer een lange ritmisch akoestische gitaarstreling die eindigt in een afsluitend donkere gitaarsolo van een als altijd weer schitterende Nels Cline. Het album besluit vintage Wilco met een stuwend rockhoogtepunt in triomferende galop. Meant to Be is volelektrisch aangedreven, met een opgewekte melodie en scherpzinnige riffs.

Wilco pleegt op dit Cousin dan wel geen revolutie, maar het klinkt dus toch wel anders. Samen met Cate Le Bon, in wie melancholische Jeff Tweedy blijkbaar toch vlot een gelijkgestemde ingetogen ziel heeft gevonden, wordt er vernuftig en professioneel geëxperimenteerd met onvoorspelbare nieuwe vormen. Met haar perspectief en frisse ideeën over het materiaal werd een heel scala aan instrumentatie en geluidjes op aanvankelijk schijnbaar simpele liedjes losgelaten en dit maakt ze daardoor zeker een stuk gelaagder, kleurrijker. Neem zo Sunligh Ends, de intieme ballad waarin de dansende gitaren en percussie elektronisch bewerkt werden en zo een wazig echoënd synthtonenkleed aangemeten kreeg. Of een mineurtint in Levee met zijn dromerige akkoordenprogressies. Het levert sowieso een aangenaam, interessant, zacht deinend, sfeervol herfstalbum op met heel veel ingetogenheid, ziel en muzikantschap. Benieuwd nu wel hoe onze Wilco-vrienden die Le Bon-aanpak straks ook op het podium zullen weten te stroomlijnen.

Met zijn bij vlagen weirde sound op Cousin komt Wilco al bij al het best in de buurt van de baanbrekende klassieker Yankee Hotel Foxtrot. Eigenlijk zegt dit op zich al genoeg over de klasse van het huidige Wilco anno 2023. Zelfs zovele jaren later worden ze bij iedere nieuwe release een grootsere band. Na dit Cousin wordt het dus evengoed uitkijken naar het Deluxe-album, waar gegarandeerd al die even rigoureus afgewerkte songs die Cousin niet haalden ook wel het levenslicht zullen mogen zien.



  1. Infinite Surprise
  2. Ten Dead
  3. Levee
  4. Evicted
  5. Sunlight Ends
  6. A Bowl and a Pudding
  7. Cousin
  8. Pittsburgh
  9. Soldier Child 
  10. Meant to Be