Verneri Pohjola
Pekka
De Finse trompettist Verneri Pohjola is vaak gevraagd om de muziek van zijn zo bekende vader, Pekka, te spelen maar als jonge veelbelovende muzikant wilde hij dat absoluut niet. Hij wilde zijn eigen weg gaan zonder vergeleken te worden. Nu hij met een flink aantal albums zijn eigen stijl definitief heeft gevonden en zijn waarde binnen de jazz optimaal heeft bewezen heeft hij met Pekka dan toch de muziek van zijn vader vastgelegd. Maar dat wel op zijn manier.
Dat de muziek die Pekka Pohjola een ware Finse schatkamer is mag bekend zijn maar dat de relatie met zijn zoon weerbarstig was misschien niet echt. Verneri is er duidelijk in. Hoe belangrijk zijn vader’s muziek ook geweest mag zijn, als vader was hij er niet voor de jonge Verneri. Zijn ouders gingen uit elkaar toen hij twee was en zijn moeder voedde hem op. Zijn vader ging volledig zijn eigen weg en Verneri zag hem maar weinig. Eigenlijk bleef hun band getroebleerd, zelfs toen Verneri ook de muziek in dook. Pekka overleed op de veel te jonge leeftijd van 56 jaar in november 2008 en een goede band met zijn zoon ontstond er nooit.
Natuurlijk werd Verneri, gemakzuchtig en kortzichtigdenkend als mensen en journalisten soms zijn, met zijn vader vergeleken toen hij zelf muziek ging maken. En natuurlijk stoorde hem dat. Waar zijn vader vooral bassist was maar ook klassiek geschoold pianist en violist en zich over zijn leven als ware multi-instrumentalist en vermaard componist ontwikkelde is Vernari vooral een geweldig trompettist met een groots talent voor compositie. Hij ontwikkelde zich over de afgelopen jaren van groot talent tot vermaard trompettist die met het drie jaar geleden verschenen meesterlijke Bullhorn een wel heel duidelijk statement maakte dat hij de trompettist is die heel goed in de gaten gehouden moet worden.
Dat alles gezegd hebbende: Acht jaar na de dood van zijn vader was de tijd daar in diens rijke oeuvre te duiken en met Pekka de ode aan zijn vader dan toch te maken. Met een geweldige groep muzikanten om hem heen, met naast oude vrienden Tuomo Prättälä op Fender Rhodes en Antti Lötjönen op bas ook Teemu Viinikainen op gitaar en Mika Kallio op drums, maakt Pohjola vanaf de rijke albumopener The Dargon of Kätkävaara gelijk wel heel erg duidelijk dat dit een uitstekende keuze was. De zo sfeerrijk en ingetogen beginnende compositie wordt met een lekker dik tussenstuk en een indrukwekkende solo van Veneri tot een vrijwel niet te overtreffen opening neergezet. Dat ze met opvolgtrack First Morning daar nog overheen gaan qua intentie en emotie mag indrukwekkend heten. Wat een compositie is dat ook en wat een ongelooflijk vette uitvoering maken ze ervan. Alleen deze eerste twee tracks maken Pekka niet alleen een indrukwekkende ode maar tevens een van de meest uitdagende jazzalbums van dit jaar.
De daarop volgende 5 composities zijn al net zo overweldigend. In de lange composities (de kortste duurt 6.43 de langste 13.47) wordt steeds weer een prachtig en gevarieerd muzikaal landschap over getrokken waarbij de groep muzikanten voluit binnen de stramienen van de composities hun eigen knappe weg vindt. Steeds weer met volop ruimte om als muzikant te excelleren maar vooral ook zonder dat dit ten koste gaat van melodie, kracht of sfeer van de originele composities. Echt elke Pekka compositie op dit album wordt verrijkt met waarachtige arrangementen en glansrijk spel.
De composities van Pekka Pohjola zijn volop beïnvloed door alles waar de jazz vanaf de jaren zestig doorheen ging en het is knap hoe Verneri en zijn groep muzikanten de composities naar het nu hebben vertaald. Hoe anders elke compositie in sfeerkleur ook is (luister naar de albums waar de oorspronkelijke composities op staan en je weet wat ik bedoel), Verneri en zijn mannen hebben op Pekka een overal coherent geluid te pakken dat een volmaakte eigenheid creëert. Aan elke compositie hoor je dat dit het juist moment voor Verneri was om het werk van zijn vader nu op te nemen.
En hoe geweldig wordt er op Pekka gespeeld. Verneri heeft weer een verbluffende band bij elkaar weten te brengen. Het verrukkelijke Fender Rhodes spel van Prättälä draagt elke compositie met warmte dan weer lekkere dissonantie en is het perfecte aansluitpunt voor Verneri’s trompetspel. Het erg fijne gitaarwerk van Vinikainen krijgt vooral in een geweldige track als Madness Subsides vleugels. Het, over het gehele album genomen, inspiratievolle bas werk van Lötjönen in diezelfde track al net zo trouwens. Drummer Kallio houdt de composities met alle mogelijke ritmestructuren uitstekend bij elkaar en weet verrassende wendingen knap in te leiden.
Maar het is Verneri Pohjola zelf die met zijn spel alle emoties weet op te roepen. Met de getroebleerde relatie met zijn vader in gedachten hoor je in alles de emoties daarvan in zijn spel doorklinken. Van fraai ingetogen tot prachtig vol dan weer lekker uit de bocht gierend of juist overstuurd of op vol effect weet hij in elke compositie een sfeer op te trekken die grote indruk maakt. Nog meer dan op Bullhorn is op Pekka duidelijk hoe ongelooflijk getalenteerd hij is en hoe belangrijk zijn spel in de hedendaagse jazz gezien moet worden. Pekka maakt Verneri Pohjola een van de belangrijkste trompettisten van de hedendaagse jazz.
Kortom: Pekka is de reden waarom we naar jazz willen luisteren. Het is een heerlijk avontuurlijk, muzikaal superrijk album waarop de geweldige muzikanten zich in de voorste jazzlinie plaatsen met Pohjola als groots middelpunt. Dit jaar zul je weinig betere jazzalbums gaan horen. Pekka is een briljante plaat.