Nawaris
Migration
Nawaris, zo heet de groep rond de Irakese oudspeler Hussein Rassim. Die was eerder al te horen bij Refugees for Refugees, meer bepaald op de release van Amerli. In Nawaris horen we Rassims’ eigen project waarin hij de oud of de oosterse luit bespeelt. Dat levert een prachtige kennismaking op met weergaloze Irakese muziek die zowel bedwelmt als betovert.
Het ensemble, met naast Rassim ook celliste Juliette Lacroix, Manu Hermia op fluit en bansuri en versterkt door Robbe Kieckens (bendir, rak, daf) en Nicolas Hauzeur (viool), brengt Irakese traditionals, maar verruimt de beheersing van die sterke traditionele basis met eigen composities op basis van talloze improvisaties. Daar ligt meteen ook de grote sterkte van Nawaris : alle muzikanten zijn flexibele spelers die hun talent ten dienste stellen van het ensemble als geheel. Niet dat er geen solomomenten zijn, maar die maken gewoon deel uit van het bredere verhaal waarin uitwisseling en dialoog belangrijke elementen zijn.
En dat valt allemaal wonderlijk mooi in elkaar. Hoewel grotendeels bestaand uit instrumentals, is er her en der ook wat ruimte voor zang gelaten, onder meer tijdens Ed Wanna Eid en Ya Iraqi. Toch kenmerkt het Migration album zich door sierlijke muziek waarbij elke speler een heel vrije rol toebedeeld krijgt. Soms overheerst het percussieve bijvoorbeeld, dan weer houdt die zich op de achtergrond. Elders hoor je de wondermooie variaties op luit, die aangevuld worden door sopraansaxofoon en cello.
Dat alles geeft aan Migration een stemmige toets. Die is soms eerder luchtig van toonzetting, zoals opener Raksat Cello illlustreert. Elders hoor je hoe het collectief het Irakese karakter beklemtoont (Ya Iraqi) of de groep ruimte maakt voor diepte en intimiteit, zoals tijdens het door Juliette Lacroix geschreven Envol dat de knappe, dromerige soundtrack vormt bij helemaal verdwalende gedachten. Daarin hoor je met klassieke instrumenten een suikerige, honingzoete exotische jazz. Als tegengewicht is er het geëxciteerde The Way Back en de titeltrack.
Aardig is ook dat Rassim & co de tracks behoorlijk kort houden. Het ensemble blijft niet hangen in eenzelfde sfeer en sound, maar tracht net te variëren. Althans, tot op zekere hoogte en dat met de tot beschikking zijnde middelen (luit, sax, cello, drum). Zo hoor je dat zowel elementen uit de klassieke muziek (cello, viool..) hier insluipen, maar ook jazz en uiteraard wereldmuziek in de brede zin (neem de het donker exotisme van Bet El Jiran dat een contrast is met de zoete fluittonen). Elders hoor je hoe de groep de luisteraar niet enkel wil doen luisteren, maar ook aan het dansen wil krijgen (Longa Nawahad). Heerlijk album voor de muziekliefhebber die veel liever verder kijkt dan de traditionele paden.