Sprookjesachtig mooi Myrkur in TivoliVredenburg
Myrkur weet op haar albums in ieder geval een zeer eigenzinnig geluid neer te zetten. Je kunt er van houden of niet, maar de act rond voormalig popzangeres-, model- en actrice Amalie Bruun combineert op bijzondere wijze black metal screams met snufjes traditionele folk. Die folk invloeden komen met elk album meer en meer naar de voren. Zo lijken de black screams er af en toe met de haren bij gesleurd en botst het te veel met de folk, maar het is helaas geen mooie botsing. Dit ondervonden we live zelf enkele jaren geleden ook al, toen tot overmaat van ramp ook het geluid nog eens slecht stond afgesteld. Genoeg reden om argwanend deze avond in te gaan, maar Myrkur beloofde ons een compleet andere set: akoestisch en gefocust op traditioneel Scandinavische folk, gespeeld met traditioneel Scandinavische, oude instrumenten en achtergrondzangeressen. Reden genoeg om toch even naar die torenhoge Cloud Nine zaal van TivoliVredenburg te klimmen en te gaan kijken.
Aan de Utrechtse band Boyle de taak om de avond te openen. Dat ziet er een beetje vreemd uit, een dergelijk ingetogen, akoestische trio spelend voor een overwegend metal publiek. Dat realiseert frontman Marten Timan (in Utrecht ook bekend van We vs. Death, Shuriken en Wander) zich ook wel, als hij goedlachs roept, “vanavond spelen we wat nieuwe songs, maar ach, voor jullie zijn ze allemaal nieuw, waarschijnlijk?”. Boyle als trio is vanavond een experiment, waar ze normaal met zijn vijven aantreden. De vleugjes altcountry, dreampop en wat slowcore dat het geluid van de band normaal kenmerkt krijgt nu een nog minimaler jasje: akoestische gitaar, toetsen en bas, meer hebben ze deze avond niet nodig. In deze vorm klinkt de muziek nog dromeriger, meer poppy en met soms een focus op samenzang. Een fijne lichtvoetige set, prachtig gespeeld. Het publiek is overwegend stil en respectvol. Toch kunnen sommigen een geeuw of schreeuw van ergernis niet onderdrukken.
Weten al deze fans wel dat ze vanavond geen black metal te horen krijgen van Myrkur? Niet iedereen, zo blijkt uit de verbaasde reacties nadat het eerste lied is afgelopen. Toch gaat de bezoeker al snel met één brok enthousiasme-, bewondering- en respect achter de act staan. Met telkens een oorverdovend applaus tot gevolg. Het is dan ook wel heel bijzonder en betoverend mooi wat we deze avond horen. Bandleider Amalie Bruun ontpopt zich tot een ware multi-instrumentalist door moeiteloos te wisselen tussen piano, gitaar, percussie en een vreemdsoortig instrument genaamd Nyckelharpa – een soort kruising tussen een strijkinstrument en een snaarinstrument. Daarnaast perst ze nog de mooiste zangnoten uit haar keel, soms engelachtig hoog en een paar seconde later weer bezwerend laag. Het moge duidelijk zijn dat we hier met een geschoolde muzikante te maken hebben. Daarnaast gezeten een luit speler en voor een gedeelte van de set een vrouw op Nyckelharpa. De drie achtergrondzangeressen maken het helemaal af.
Zogezegd bestaat het repertoire vanavond uit voornamelijk Scandinavische folk: Deens, Zweeds, Noors, voor ons klinkt het allemaal best gelijkend, met enkel wat kleine nuanceverschillen. De sfeer vanavond is haast mythisch en sprookjesachtig. Wat ook wel klopt, veel van deze verhalen zijn sprookjes of kinderrijmpjes. Maar door Bruun haar uitleg tussendoor wordt al snel duidelijk dat deze songs een nogal nachtmerrieachtige toon hebben met vaak een lugubere afloop. Even probeert ze de link te leggen tussen zo’n Zweeds sprookje en het Nederlandse publiek, “Dit liedje komt uit Ronja Rövardotter en het heet Ulvesangen, The Wolf Song. Volgens mij kennen jullie dat ook, maar geen idee hoe het heet in Nederland, of in het Engels?”. “Roodkapje”, zo klinkt al snel uit het publiek. Oef, nee jongens, ga terug naar Start en ontvang geen 200 euro: dat moet natuurlijk “Ronja, de Roversdochter” zijn. In Nederland wellicht een iets vergeten sprookje, zeker als het gaat om de bijbehorende muziek, maar het is zeker niet onbekend. Extra bijzondere momenten zijn vooral wanneer de achtergrondzangeressen a-capella zelf een liedje mogen zingen, of wanneer het hele podium leeg stroomt en enkel Bruun overblijft met haar Nyckelharpa. Minimale pracht op een toch al betoverende avond. Zo kunnen we concluderen dat dit akoestische experiment van Myrkur beter uitpakt dan haar gebruikelijke black metaluitbarstingen. Wij zouden het dus niet erg vinden als ze met dit project ook de studio indook en de metal weg liet. Dat kan nog wel eens een sprookjesachtig mooi album opleveren.