×

Concert

28 september 2024

Nick Cave, The Wild God in priestergedaante te Ziggo Dome

Geschreven door:

Label: Bad Seed

Setlist

  1. Frogs
  2. Wild God
  3. O Children
  4. Jubilee Street
  5. From Her to Eternity
  6. Long Dark Night
  7. Cinnamon Horses
  8. Tupelo
  9. Conversion
  10. Bright Horses
  11. Joy
  12. I Need You
  13. Carnage
  14. O Wow O Wow (How Wonderful She Is)
  15. Final Rescue Attempt
  16. Red Right Hand
  17. The Mercy Seat
  18. White Elephant
  19. Palaces of Montezuma
  20. Wanted Man
  21. Into My Arms
  22. As the Waters Cover the Sea
  23. The Weeping Song

Men verwijt Nick Cave dat hij de laatste jaren teveel in de Messias rol kruipt. Onzin natuurlijk, de songtitel God Is In The House moet je niet te letterlijk nemen. Natuurlijk is hij een showmaster, maar bij een concert wil je toch ook vermaakt worden, anders kan je net zo goed thuis blijven. Beschouw hem dan eerder als prekende priester, die zijn volgelingen met het kenmerkende vingertje toespreekt. Nick Cave was vanavond vooral een mens onder de mensen, die zich al in het begin van de avond bij de aankondiging van O Children al van zijn meest kwetsbare kant laat zien.

Dit nummer heeft hij een jaar of twintig geleden geschreven, en de achtergrond daarvan is dat je jouw kinderen altijd moet beschermen. Over de afgelopen littekenperiode hoef ik het hier niet te hebben, die is algemeen bekend. Hier heeft hij moeite om de juiste woorden te plaatsen, en het lijkt dat hij opgelucht is dat dit moment achter de rug is. Het gaat in de Ziggo Dome vooral om het delen, Nick Cave geeft liefde en hij krijgt er ook liefde voor terug. Wild God voelt net als Push The Sky Away weer als een ouderwetse The Bad Seeds album aan, de tussenliggende platen waren, eerlijk is eerlijk, vooral Nick Cave en Warren Ellis projecten.

Het beladen O Children is het secundaire moment waarbij de tranen in mijn ogen staan, tranen die zich net daarvoor bij de tweede song van de avond al opdringen. Wat is het titelstuk Wild God toch een prachtig opbouwend nummer. Ja, die komt direct binnen, en maar janken van ontroering. Och en dan komen later om mij heen de zakdoeken bij I Need You weer tevoorschijn, Nick Cave op zijn breekbaarst. Al mijn verwachtingen worden door het vierkoppige gospelsoulkoor overtroffen. Ze staan netjes op de achtergrond opgesteld, de zanger in stemmig zwart, de dames in engelenwit. Pas tegen het einde nemen ze voor op het podium plaats, en ook nu weer een brok in mijn keel als Nick Cave de mannelijke backing vocalist omhelst.

En zo hoort het ook, Nick Cave is zich bewust van de aanwezigheid van The Bad Seeds, misschien nog wel meer dan ooit. Zo benoemt hij met trots zijn grote vriend Warren Ellis, zijn maatje van de laatste twintig jaar die hem in het schrijfproces bijstaat. De grote afwezige is bassist Martyn P. Casey, welke vanwege gezondheidsredenen niet aanwezig is. Zijn vervanger is de van Radiohead geleende Colin Greenwood, die zich vooral bescheiden “How to Disappear Completely” opstelt. Nick Cave heeft nog steeds zijn kenmerkende gevoel voor humor niet verloren. Zo kondigt hij verschillende tracks letterlijk als wonderschone nummers aan. Ontken het maar eens, zoveel schoonheid, zoveel liefde, zoveel kracht van een persoon welke onbedoeld zo midden in het leven staat. Verder straalt hij vooral energie uit, raakt hij het publiek op de eerste rijen aan en geeft hij zelfs een mannelijke bezoeker een gemeende liefdevolle kus op zijn voorhoofd.

Wat een prachtig concert volstrekt zich. Zelfs de ode aan Anita Lane O Wow O Wow (How Wonderful She Is), de, mijn inziens, minste track van Wild God, komt nu volledig tot het recht. Door de vrolijke videobeelden van een levensgrote levenslustige sprankelende Anita Lane op de achtergrond heeft het een totaal andere impact. Het verlies van deze goede vriendin is op het gezicht van Nick Cave overduidelijk zichtbaar. Na Oh Children het tweede lastige moment van de vocalist. Op de grote schermen op de zijkant van het podium ziet men zelfs achterin de zaal Nick Cave van dichtbij, de groeven op het gezicht verraden de geleefde jaren, het verdriet en de pijn.

Een lach en een traan, zo cliché, maar zo waar. Natuurlijk beseft hij goed dat Amsterdam in Nederland ligt, al weten veel artiesten niet eens in welke zaal en in welke stad ze op dat moment optreden. Zo moet je de opmerking I Love You Germany met een vette knipoog beschouwen. Zijn roerige tijd in Berlijn ligt al jaren achter zich, en joeg hij vroeger vooral het publiek angst aan, tegenwoordig is zijn houding amicaal. Verder is er op dat vlak weinig veranderd, hij blijft de man van het contact leggen, alleen is de wurggreep om de keel tot het vriendschappelijke handen vasthouden getransformeerd. Nick Cave is eerlijk over het feit dat hij rond de release van Dig, Lazarus, Dig!!! even helemaal klaar met The Bad Seeds is en zich dan op Grinderman stort. Daarvan komt het van de tweede plaat afkomstige Palaces of Montezuma tijdens de eerste toegift nog voorbij.

De nadruk ligt uiteraard op Wild God, wat steken die songs weer geniaal in elkaar. Toch blijft het een groot feest als hij het mede door Anita Lane gecomponeerde From Her to Eternity inzet, en als een dolle over het podium draaft. Gelukkig is er de nodige ruimte voor de klassiekers, het dreigende Tupelo, het door Peaky Blinders opnieuw in the picture geplaatste Red Right Hand, het intieme Into My Arms en de persoonlijke favoriet The Mercy Seat komen allemaal voorbij. Heerlijk eigenzinnig eigenwijs kiest hij nu niet voor publieksfavoriet Papa, Won’t Leave You Henry, welke blijkbaar wel oorspronkelijk op de setlist staat, maar komt het allang niet meer gespeelde Wanted Man onverwachts voorbij. Heerlijke blues, met slide gitaar en een gedreven Nick Cave op mondharmonica. Ook hier weer betovert hij een lach op je gezicht als hij vermeldt dat het nummer blijkbaar door Bob Dylan gecomponeerd is, en dat zijn muzikale kennis niet zo ver reikt, maar dat mede bandleden hem dat ingefluisterd hebben.

Ondanks dat de hele Wild God plaat gespeeld wordt, is het inclusief stevig uitbundige einde Jubilee Street toch wel het sleutelnummer, de grote ommekeer bij Nick Cave and The Bad Seeds. Het heeft met het daarop aansluitende gezinsverdriet te maken en het schept een eenzaam beeld van een zanger, die in stilte achter zijn piano te werk gaat. Een kantoorbaan, vaak alleen, en vaak met zijn maatje Warren Ellis. Op het grote scherm zijn de indringende blik en de waterige ogen niks om zich achter te schuilen, zo puur en zo echt. Durf dan nog maar eens te beweren dat hij God speelt, dan mis je een stuk inlevingsvermogen. Dan openbaart zich de meest menselijke kant van Nick Cave, ik kan het niet vaker benadrukken. Alles wat na Jubilee Street verschijnt bezit die pijn en die uitgekomen angsten, daar kan je simpelweg niet omheen.

De band komt nogmaals terug om The Weeping Song in te zetten. Eigenlijk is The Good Son ook grotendeels een pianoplaat, zijn eerste dus waardoor het allemaal kloppend is. Nick Cave deelt een gemeend handjeklap applaus aan het publiek uit, die deze op de dezelfde wijze beantwoordt. Een interactie welke verbazend mooi uitvalt. Het is een totaal andere beleving als vroeger. Die rauwheid is er niet meer, het is stukken gedetailleerder geworden. Beide Jekyll and Mr Hyde kanten hebben hun kracht, ik groei met mijn ouder wordende jaren ook met Nick Cave mee, dus ik begrijp het wel. Voor mij is het een memorabele avond, en dat deel ik met het aanwezige publiek.

De fraaie close up foto’s zijn van Mandy Vonk die een dag eerder bijna oog in oog met haar idool staat.

De zwartwit foto is van Erik Verzijl.

Setlist

  1. Frogs
  2. Wild God
  3. O Children
  4. Jubilee Street
  5. From Her to Eternity
  6. Long Dark Night
  7. Cinnamon Horses
  8. Tupelo
  9. Conversion
  10. Bright Horses
  11. Joy
  12. I Need You
  13. Carnage
  14. O Wow O Wow (How Wonderful She Is)
  15. Final Rescue Attempt
  16. Red Right Hand
  17. The Mercy Seat
  18. White Elephant
  19. Palaces of Montezuma
  20. Wanted Man
  21. Into My Arms
  22. As the Waters Cover the Sea
  23. The Weeping Song