Dubbelconcert International Jazzday met Kari Ikonen en Marc Copland in Krefeld
Setlist
- Kamel Blues
- Rausch
- Vaaka-arkkiveisu
- Toccatina
- Koto
- Taqsim in Maqam Saba
- Rasthof Sieben
- The Evergreen Earth
- Darn that Dream (Jimmy Van Heusen)
- Afro Blue (Mongo Santamaria)
- Spring Song (John Abercrombie)
- Round She Goes (Marc Copland)
- Sad Song (John Abercrombie)
In november 2011 heeft de Unesco 30 april uitgeroepen tot International Jazz Day, met het doel jazz als medium te gebruiken om mensen uit alle wereldhoeken met elkaar te verbinden. Op tal van plekken in heel veel landen zijn er concerten en dit jaar is de UN General Assembly Hall in New York de plaats waar een All-Star Global Concert plaatsvindt. Wij zoeken het dichterbij huis, maar evengoed over de landsgrens in Krefeld (D), waar Jazz Klub Krefeld sinds 2013 jaarlijks, met uitzondering van twee corona pauzes in ’20 en ’21, in het kader van International Jazz Day een dubbelconcert organiseert in de prachtige ambiance van de ridderzaal in het middeleeuwse kasteel van Burg Linn.
Ook deze keer is de Jazz Klub onder leiding van Christoph Kuntze er in geslaagd een heel bijzonder programma neer te zetten met als eerste gast de Finse pianist Kari Ikonen, met zijn project Impressions, Improvisations and Compositions. Na het solo-optreden van Ikonen is het podium voor de Amerikaanse pianist en meester Marc Copland, met zijn nieuwe kwartet. Het concert begint niet eerder nadat Oberbürgermeister van Krefeld en beschermheer van de jazzklub, Frank Meyer een vurig én gemeend pleidooi houdt voor de rol die jazz speelt als de gemeenschappelijke taal voor vrijheid en democratie, die nu meer dan ooit nodig is in de verdeelde wereld waarin we nu leven.
Ikonen (1973) begon op zijn vijfde met pianolessen, vanaf zijn tiende raakte hij geïnteresseerd in jazz. Later volgde hij zijn studie aan de Sibelius Academy in Helsinki. Hij is niet alleen pianist, maar ook componist én uitvinder. Met het door hem zelf ontwikkelde systeem Maqiano, dat inmiddels gepatenteerd op de markt verschenen is, wordt het mogelijk gemaakt om Arabische toonladders, met kwart tonen op de vleugel te spelen, met daarnaast bijzondere akoestische effecten waar geen electronica aan ten pas komt. En zijn Maqiano gebruikt Ikonen uiteraard ook in Krefeld, waar hij diverse nummers speelt van zijn in 2021 verschenen album Impressions, Improvisations and Compositions. Met zijn composities en improvisaties laat hij zich inspireren door onder andere de schilderkunst van de Bauhaus meesters Kandinsky en Klee. Daarover vertelt Ikonen ons: “I always get a lot of inspiration from visual arts. Bosch, Kandinsky, Van Gogh… and a lot of contemporary artists, such as Juha Tammenpää. When touring, I always try to go to art museums, if the schedule allows. And if not, I try to change the schedule”.
En kleurrijk is het werk van Ikonen absoluut. Hij opent met het nummer Kamel Blues, waarin een ingetogen melodielijn met Arabisch getinte motieven de basis vormen voor het creëren van een gelaagde en spirituele sfeer. Heldere akkoorden vinden hun weg met dissonanten, kwart tonen en blue notes in een synergie van culturele invloeden uit alle windstreken. Niet zelden gaat zijn hand in de vleugel om met zijn vingers de snaren te beroeren. Op onze vraag hoe Ikonen zelf zijn muziek zou beschrijven zegt hij: “That’s very difficult to describe in words. I just absorb inspiration from all interesting music cultures, and then try to create something original. I like the expression used by Canadian radio program One Man’s Jazz: ‘non-mainstream creative music’.” Daarbij heeft Ikonen bijzondere interesse in de micro-intervallen die zo typisch zijn voor Arabische, Turkse en Perzische muziek. Hetgeen hem bracht tot het ontwikkelen van Maqiano waarmee dit op piano mogelijk wordt gemaakt.
Ikonen vervolgt met het stuk Rausch, waar het gelijknamige schilderwerk – olieverf op jute – van Paul Klee, als inspiratiebron is gebruikt. Met krachtige slagen over de snaren in de vleugel en korte repeterende staccato tonen via het klavier toont Ikonen zijn muzikale expressie als akoestische verbeelding van het beroemde wek van Klee, waarin hij het geconcentreerde publiek meeneemt. Ikonen vervolgt met het stuk Koto, genoemd naar het gelijknamige Japanse snaarinstrument. Maar Koto betekent ook thuis in het Fins. Ook hier bespeelt hij de vleugel met akoestische effecten. Zo doen de klanken denken aan een klokkenspel en klankschalen, die ons in een beschouwelijke sfeer, in gedachten meenemen naar het Verre Oosten. Ikonen sluit zijn concert af met The Evergreen Earth, dat met een kleurrijk pallet aan klanken een ode is aan de pracht van onze groene planeet. De maatschappelijk geëngageerde Ikonen doet hiermee een muzikale oproep om in tijden van klimaatverandering alles te doen voor het duurzame behoud van onze planeet. En dat doet hij niet alleen met zijn muziek, maar brengt hij ook in de praktijk. Zo bereist hij alle Europese plekken gedurende zijn huidige tournee per trein en is zijn tour CO2 neutraal! Ikonen heeft het onder de indruk zijnde publiek meegenomen in een betoverend schouwspel met verrassende elementen.
Na de pauze is het de beurt aan één van de Amerikaanse grootmeesters op piano, Marc Copland (1948). Copland trekt vanavond op met zijn landgenoot, violist en Grammy winnaar Mark Feldman (1955), naast hun jonge collega’s Felix Henkelhausen op contrabas en Jonas Burgwinkel op drums. Copland, geboren als Cohen, heeft een behoorlijke staat van dienst, hij wordt qua stijl vaak in één adem genoemd met Keith Jarret en werkte onder andere samen met David Liebman, John Abercrombie, Kenny Wheeler, Drew Grass en Joey Baron. De samenwerking tussen Copland en Feldman is, hoewel ze elkaar al jaren kennen, pas recent tot stand gekomen, doordat ze samen speelden op een benefit-concert voor John Abercrombie Jazz Scholarship Fund. Feldman stelde voor om samen te gaan werken en het voelde meteen als magie, zo vertelt Copland ons. Henkelhausen en Burgwinkel treden al langer op als de vervangers van Copland’s vaste trio genoten Drew Grass en Joey Baron tijdens Europese tournees.
Copland zet zeer geconcentreerd in met de jazz standard, wat hij later zou noemen als opwarmer, Darn That Dream van Jimmy van Heusen. Al is het een opwarmer, voor zowel de band als het publiek, gelijk valt het uiterst geconcentreerde spel van Copland op, naast de virtuoze solo’s van Feldman, het creatieve, polyritmische en energieke spel van Burgwinkel en de stevige bodem met de bas van Henkelhausen. De nog jonge Duitse talenten zijn prima partij voor de gerijpte veteranen uit de Verenigde Staten. Maar daarna wordt het spannender met vertolkingen van composities van Abercrombie, waaronder het in de tijd passende nummer Spring Song. Copland speelt met zijn handen dicht bij elkaar op het toetsenwerk en produceert zo subtiele maar luisterrijke klankcombinaties. Feldman zet in met een speelstijl waarin hij fijngevoelige vibrato’s verwerkt, waardoor zijn moderne en eigentijdse improvisaties een klassieke kleurnuance bevatten. Op onze vraag aan Copland hoe hij het optreden met moderne jazz in zo’n oud kasteel ziet zegt hij: “The castle has stood the test of time, and it is my hope that jazz will continue to do the same.”
De vier kijken nauwelijks naar elkaar, maar ze voelen elkaar des te beter aan en het samenspel is perfect. Met Round She Goes speelt de formatie aan het einde van de set de enige compositie van Copland en dat maakt veel indruk op het publiek, getuige de reactie en het langdurige applaus. Een applaus dat beloond wordt met een zugabe, met opnieuw een nummer van de in 2017 overleden gitarist Abercrombie en wel een door Copland en Feldman, in een virtuoos samenspel, uitgevoerde vertolking van de ballad Sad Song. De enorme en routineuze ervaring van Copland en Feldman, opgeteld bij de talentvolle creativiteit van Henkelhausen en Burgwinkel, zorgde zo voor een schitterend slot van een zeer geslaagd dubbelconcert in de mooie en historische entourage van de Ridderzaal in Burg Linn.
Setlist
- Kamel Blues
- Rausch
- Vaaka-arkkiveisu
- Toccatina
- Koto
- Taqsim in Maqam Saba
- Rasthof Sieben
- The Evergreen Earth
- Darn that Dream (Jimmy Van Heusen)
- Afro Blue (Mongo Santamaria)
- Spring Song (John Abercrombie)
- Round She Goes (Marc Copland)
- Sad Song (John Abercrombie)