De stilte verbroken met dag 2 van Crossing Border
Crossing Border viert een feestje en het publiek viert heerlijk mee. Op deze twintigste editie maken zowel oude bekenden van het festival hun opwachting evenals nieuwe acts. Van prachtige ingetogen klanken tot snoeiharde muziek, ook tijdens de tweede avond van Crossing Border is er weer voor elk wat wils. Josine Laarakker en Tirtsa Haas waren er bij namens Written in Music om verslag te doen van deze bijzondere zaterdag 17 november.
De programmering is net zo divers als het publiek, jong en oud loopt gedwee van zaal tot zaal. De hele avond overheerst het gevoel van het willen delen; het plezier om deze twintigste verjaardag van Crossing Border met iedereen te vieren staat boven alles. Helaas blijkt het wederom moeilijk een goede planning te maken door de vele overlappingen in de programmering. Met wat vaart in de benen tussen de optredens, is het echter toch gelukt een mooie selectie te maken.
Om kwart over zeven doet de Ierse Lisa Hannigan (foto boven) haar opmars. Een referentie naar haar muzikale verleden met Damien Rice lijkt onderhand overbodig. Met haar hese stemgeluid weet zij een overtuigend concert neer te zetten, waarin ingetogen ballades afwisselen met krachtig opgebouwde stukken. De passie spat ervan af en de opbouw van de nummers is goed gekozen. In haar mannelijke bandleden heeft zij een verrijkende aanvulling gevonden in de samenzang. Hannigan is een totaalpakket van een zangeres met haar echte, pure stemgeluid, haar engelachtige verschijning en haar aangrijpende performance. Met het in 2011 verschenen Passenger, haar tweede album, heeft Hannigan bewezen een zangeres te zijn waar je niet meer omheen kunt. Samen met haar band weet zij het singer/songwriterschap naar een hoger niveau te tillen.
Stipt op tijd betreedt Spilt Milk het podium van een nog vrijwel lege zaal aan het begin van de avond. De vijfkoppige band uit Amsterdam imponeert met de eerste twee nummers. De zang van zangeres Brenda Bosma komt prachtig uit en de band speelt zeer gepassioneerd. Helaas is niet alles even goed te verstaan met als gevolg dat de nummers van het album Carnet De Voyage, geïnspireerd door gedichten van de Amerikaanse modernist Wallace Stevens, aan kracht lijken te verliezen. Dit is tevens pijnlijk zichtbaar wanneer er al vrij snel mensen de zaal verlaten.
De aankondiging van Andrew Bird & Friends, als eerste 3voor12 sessie van de avond, belooft wat te worden. Gelukkig weet Andrew Bird, als oudgediende op Crossing Border, wat hem te wachten staat. Ingetogen voorovergebogen bij een enkele microfoon staat Bird met twee muzikanten naast zich. Na een mooie intro gooit Bird zich in Give It Away, afkomstig van Break It Yourself. Toch zijn het de klassiekers van het bekende album Andrew Bird & the Mysterious Production of Eggs uit 2005 die het publiek het meest lijkt te waarderen. MX Missiles en Sovay klinken nog altijd even fris anno 2012 en Bird zelf geniet het merendeel met zijn ogen dicht. Wanneer Bird even geen viool speelt, komt de verhalenverteller in hem los met zwiepende armen. Als een dirigent zonder orkest bespeelt Bird zij eigen emotie en weet zelfs zonder viool de juiste snaar te raken. Dat niet iedereen bekend is met oudgediende Bird wordt snel duidelijk wanneer twee passerende festivalgangers verrast opkijken en wel erg nuchter concluderen dat ‘die kerel toch best aardig klinkt’.
Voor wie na afloop van Lisa Hannigan of Andrew Bird gelijk doorloopt naar Stealing Sheep is dit even slikken. Dit Britse damestrio maakt recht toe recht aan muziek met toetsen, percussie, gitaar en driestemmige zang. Ze hebben er duidelijk plezier in en de liedjes zijn vermakelijk als is het geen hoogstaand vernieuwende muziek. De samenzang van de dames is mooi, hun lichte dunne stemmen vullen elkaar prima aan. Met hun jeugdige charme weten zij het publiek goed te entertainen. De Cuatro tent stroomt dan ook langzaamaan helemaal vol. Een euvel van dit podium blijft het geluid. Tijdens dit optreden is het een ware galmbak, de teksten zijn amper te verstaan en de vocalen zijn weliswaar mooi, maar uit balans met de instrumenten.
Over naar de sessie van Poliça: aangeprezen worden door Justin Vernon van Bon Iver helpt aanzienlijk. 2012 is een mooi jaar geworden voor deze band uit Minneapolis dat dit jaar het album Give You The Ghost uitbracht. Na afloop van het optreden van I Am Kloot is het publiek de kleine ruimte van de 3voor12 sessie ingestroomd, waardoor deze helemaal is afgeladen wanneer frontvrouw Channy Leneagh haar eerste klanken laat horen. Haar stem is hypnotiserend en klinkt verbazingwekkend goed in combinatie met het harde geluid van de drie muzikanten in de band. Een bassist en twee drummers knallen er lekker op los, maar vullen Leneagh perfect aan en creëren een bijzondere elektronische sound met een R&B randje.
In de Duitse kerk begint onderhand het optreden van de Belgische pianist Jef Neve. Hij opent zijn concert met een variatie op Blackbird van The Beatles. Het thema van dit nummer omspeelt hij met jazzy akkoorden en klassieke melodielijnen. Hierin houdt hij zich veilig aan de do’s en dont’s binnen de lichte muziek. Het optreden lijkt passend en goed gekozen voor een groot deel van het Crossing Border publiek, dat de zaal prima vult. Een geheel akoestisch vleugelconcert in de Duitse kerk heeft dan ook zeker zijn charme. Dat Neve weet waar hij het over heeft zodra hij de toetsen aanraakt staat buiten kijf en na de wat clichématige opening weet Neve het concert in een stroomversnelling te krijgen. Met een mix van uptempo en meer rustige stukken lukt het hem om de aandacht van zijn publiek te grijpen en te behouden, verstilde aandacht in de zaal is het resultaat.
Crossing Border weet de variatie er goed in te houden. Via de afwisseling van zacht naar hard met Andrew Bird, Jef Neve en Poliça is het wederom de beurt aan een wat zachter geluid voor de oren. First Aid Kit speelt een engelachtige set in The Royal zaal van de Koninklijke Schouwburg. De zaal is helemaal vol, mensen staan zelfs aan de zijkanten tegen de muur, wanneer de Zweedse zusjes Söderberg in het donker uit het niets op het podium verschijnen. Met lange gewaden en de lange wapperende haren van de zussen lijkt het werkelijk of er zich twee engelen op het podium begeven. De meiden weten een prima set neer te zetten met materiaal van hun debuutalbum The Big And The Blue en het dit jaar verschenen The Lion’s Roar.
Opener In The Morning klinkt spookachtig mooi in The Royal, waar het geluid perfect is. Tussen de nummers door stellen de meiden zich keurig in het Nederlands voor, en al lijken ze nog zo ontwapenend, dit zijn absoluut niet meer de jonge zussen die al in 2008 op Crossing Border stonden. Ze staan er als volwassen zangeressen en de samenzang is tot in perfectie uitgevoerd. Nummers als Marianne’s Son en Blue klinken ook prima, het gevaar met First Aid Kit is echter dat na een tijdje de nummers iets te veel op elkaar gaan lijken. Gelukkig maakt hun cover van America van Simon & Garfunkel een hoop goed, gevolgd door het magische a capella gezongen Ghost Town. Den Haag is even stil. Ook het nieuwe materiaal klinkt fris en prachtig tegelijk. To A Poet met de herhaalde tekst “Oh, there’s nothing more to it, I just get through it” komt erg mooi over en vormt een prachtige overgang naar The Lion’s Roar. Nog zo jong en dan voorbeelden hebben als Emmylou Harris en Gram Parsons: de zussen hebben dit verwoord in een heerlijke ode met de alleszeggende titel Emmylou. In de voetsporen treden van hun voorbeelden doen de zussen van First Aid Kit nog niet, maar The Royal geniet volop en daar draait het deze avond om.
Tijdens de laatste twintig minuten van First Aid Kit maakt I Am Kloot zich op voor hun 3voor12 sessie. De stem van John Bramwell gaat nog altijd door merg en been, sinds hun debuut Natural History in 2001 verscheen. Deze Crossing Border veteranen weten hun Nederlandse achterban ook in de sessie goed te bereiken. Met hun achtste album Let It All In op komst in 2013 hebben zij een perfecte reden om zich weer eens te laten zien op Crossing Border. De nieuwe stukken die zij spelen klinken consistent en des I Am Kloot’s. Een volwassen randje aan de muziek is nieuw, maar de verrassing is er sinds Natural History wel een beetje vanaf.
Direct aansluitend begint in een verdieping hoger in de Waterloo het optreden van Viv Albertine. Het punkverleden van deze zangers is zeker terug te horen in haar vocale kwaliteiten. Maar misschien is dit in haar muziek ook niet het meest belangrijke. Deze vrouw met elektrische gitaar vertelt op grappige wijze een verhaal, waarbij zij in haar eentje lead en achtergrondzang zingt, door afwisselend hoge en lage registers aan te slaan. Onverwachts pakt zij na een stuk of vier nummers ineens haar laptop erbij om het publiek een verhaal te vertellen. Dit weet zij op geestige wijze aan te kondigen. De droge Britse humor is er bij haar duidelijk met de paplepel ingegoten. Haar verhaal, een van de velen in haar nog ongeschreven boek, gaat over haar eerste bezoek aan Amsterdam en de perikelen die haar hier overkwamen. Tijdens haar beeldende voordracht valt wel ineens op hoezeer haar handen trillen. Waarschijnlijk van de zenuwen, in haar stem is dit gelukkig niet terug te horen. Vermakelijk is deze performance zeker, al moet men wel zin hebben in een plat verhaal over seks, drugs en rock ’n roll. Om de muziek is het hem bij deze act in ieder geval niet te doen.
Crossing Border heeft met de tweede dag in Den Haag een aantal zeer waardige afsluiters naast elkaar weten te programmeren. Uiteraard Andrew Bird, maar voor wie even zin had in iets anders waren ook de concerten van Gaz Coombes en Punch Brothers zeer de moeite waard om bij te wonen.
Anders dan de naam doet vermoeden zijn de Amerikaanse Punch Brothers een vrolijk, goed op elkaar ingespeeld bluegrass kwintet. Met frontman Chris Thile hebben zij goud in handen. Hij speelt mandoline, heeft een prachtige stem en een ongelooflijk talent voor theatraal vermaak en subtiele humor. De expressieve blik in zijn ogen werkt ondersteunend voor de gehele performance. Waar contrabassist Paul Kowert en de banjospeler Noam Pikelny tijdens het optreden het meest op de achtergrond blijven is er naast Thile ruimte voor gitarist Chris Edridge en violist Gabe Witcher die eveneens de vocalen goed onder de knie blijken te hebben. Hun stemmen mengen, vullen elkaar aan en wisselen af.
De Punch Brothers spelen afwisselende muziek, met een grote variatie binnen de stukken zelf. Van een mandoline en viool improvisatie, tot vierstemmig zingen over naar een wals (met bijpassende dansbewegingen in driekwartsmaat), terug naar de herkenbare bluegrass. Daarnaast is er veel ruimte voor solo’s waarin het talent van de afzonderlijke heren nogmaals wordt benadrukt. De akoestiek van de Duitse kerk blijkt uiterst geschikt te zijn voor dit optreden. De groep wisselt hun instrumentale spel af met vocale nummers, en wat ze ook doen: het blijft spannend. Gaandeweg het optreden wordt steeds meer duidelijk waarom zij zichzelf de Punch Brothers noemen. Het is punchy muziek, de energie op het podium spat ervan af, ze zijn scherp en erg muzikaal. Gelukkig loopt dit concert uit en komt de groep bovendien terug voor een toegift. Een cadeautje, want dit doen zij geheel akoestisch, immers spelen ze naar eigen zeggen niet elke dag in een kerk. Het laaiend enthousiaste publiek is in één klap muisstil en in een rijtje naast elkaar vooraan het podium draagt de groep een laatste nummer voor, waarbij eens te meer opvalt hoe prachtig hun stemmen samen klinken en hoe zij ook op een ingetogen manier hun instrumenten kunnen bespelen. Wat een aanrader.
In 2010 kwam er een einde aan het mooie avontuur van Supergrass, bekend geworden als iconen van de Britse muziek scene in de jaren negentig. Het dit voorjaar verschenen album Here Come the Bombs van frontman Gaz Coombes laat een volwassen en wat hardere sound horen, maar het herkenbare geluid van Coombes is gebleven. Of het nou met Supergrass op het podium is of solo met nieuwe band, overigens wel met broer Charly Coombes op keyboard, Coombes zorgt altijd voor een feestje. Zo ook, deze zaterdagavond in de Buchanan zaal van het Nationale Toneel Gebouw. Opener Bombs bouwt de avond nog rustig op, maar na het rustige First Aid Kit is de omslag weer gauw gemaakt. De rest van de set knalt met nummers als Hot Fruit en Whore.
Hoezeer het ook knalt, ergens mist er het vertrouwde element van een band die al jaren samen speelt. Deze nieuwe band toert al wel even, maar alleen jongere broer Charly Coombes lijkt zowel de connectie met Gaz Coombes te maken als met het publiek. Het deert het publiek totaal niet en inmiddels is de zaal behoorlijk vol gelopen. Wanneer het prachtige Sleeping Giant voorbij komt, blijkt dat de stem van Coombes zeer zuiver is en dat hier wellicht nog wel meer kwaliteit ligt dan tot uiting komt in de harde nummers. De kleine verwarring over welke setlist ze vandaag ook al weer spelen zorgt voor wat joligheid tussen de twee overgebleven broers op het podium. Heel even gaan ze terug in de tijd met de Supergrass nummers Moving en Sitting Up Straight, jong en oud geniet en de iedereen doet dan ook heerlijk mee. Terug naar de solo plaat volgen nog een aantal sterke nummers zoals White Noise en Simulator, alvorens de ietwat onnodige cover Mirror In The Bathroom wordt gespeeld. Gelukkig weet Coombes als vanouds het feestje een waardige afsluiter te geven met enorme knaller Break The Silence, precies waar het vanavond om lijkt te draaien, het verbreken van de stilte. Zowel de band als de zaal gaat lekker los en iedereen geniet volop. Er is niemand die de zaal kan hebben verlaten zonder een brede grijns op het gezicht.
Crossing Border staat voor variatie en kwaliteit en ook dit jaar weet het festival dat de bezoeker te bieden. De combinatie van literatuur, muziek, film en beeldende kunst blijkt ook op deze twintigste verjaardag wederom een succesformule. Van dagjesmensen tot diehard fans, het is de simpele doch fijne charme van Crossing Border. Of het nou prachtige ingetogen muziek is of snoeiharde electro of rock, er zijn geen grenzen, zolang de stilte maar wordt verbroken.
Volledige fotoreportage: