×

Concert

13 oktober 2020

Betoverende en meesterlijke improvisaties van Henriksen en Fraanje in Paradox

Geschreven door: Wouter Schenk

• fotografie door Wouter Schenk

Arve Henriksen

Stijgende coronacijfers op de frisse herfstavond van 9 oktober in Tilburg hebben de regels doen aanscherpen waardoor er nu nog maar dertig mensen publiek in Paradox in Tilburg mogen zijn bij de eerste set van het optreden van Arve Henriksen (trompet, electronica) en Harmen Fraanje (vleugel). Het maakt het concert wel nog wat intiemer, voor dit beperkte aantal toehoorders, daar waar het duo een dag eerder in Utrecht nog speelde voor 90 mensen in Tivoli dat beschikt over een ontheffing van de max-30 regel. Paradox weet de cultuur hoog in het vaandel te houden in deze barre tijd, door een volledig programma te presenteren dit najaar, waarbij elk concert tweemaal per avond wordt uitgevoerd, nu dus voor maximaal zestig mensen.

De sympathieke Henriksen, geboren Noor en woonachtig in Zweden en Fraanje, die in Amsterdam woont, hebben vooraf slechts enkele dingen afgesproken. Anderhalf jaar terug traden ze voor het eerst als duo op bij het festival Transition. Fraanje werd hiervoor benaderd toen een andere act uitviel en vroeg Henriksen, die hij wel al kende, om mee te doen. Het gros van wat zij toen en nu in Tilburg ten gehore brengen is pure improvisatie, behalve één compositie van Fraanje met de titel Gran Cassa Paradso. Met het eerste stuk beginnen ze voorzichtig, ingetogen met eenvoudige motieven en een klassieke ondertoon. Het is een prachtig, romantisch en idyllisch samenspel van klanken, voort deinend op een kalm ritme. Een geestrijke binnenkomer, waar de begaafde en zeer getalenteerde Henriksen en Fraanje het publiek meteen meeslepen in een filmische sfeer. In de tweede improvisatie zet Henriksen een donkere sfeer neer, met een bas sound op z’n synthesizer. Sprookjesachtige, Oosterse tinten kleuren de klanken, waarbij effecten zoals echo en genuanceerde dissonanten het licht onheilspellend maken. Behoedzaam brengen ze meer energie en volume in het werk. Fraanje begeleidt Henriksen z’n sobere blaaswerk met herhalende frases en scherpe akkoorden. Het spel van Henriksen transformeert, met Chinees aandoende toonladders, naar expressieve en anarchistisch aanvoelende patronen. Aan het einde keren we weer terug naar Europa als een thema, dat doet denken aan Scandinavische volksliederen, het outtro inleidt.

Henriksen vervolgt in het derde nummer met laag vibrerend stemgeluid. Het associeert met de mantra’s van Tibetaanse Boeddhistische monniken, waarmee een spirituele sfeer wordt neer gezet in het Brabantse jazzpodium. Henriksen staat bij de vleugel en tijdens zijn gezang plukt hij met z’n vingers aan de snaren, terwijl Fraanje, van achter het klavier, bewogen toekijkt. Na het indringende zanggeluid vervolgt Henriksen met zijn trompet, die nu met de hulp van electronica dubbel-tonig klinkt, doorregen met zacht repeterende klanken van zijn synthesizer. Bij het volgende stuk zet Fraanje in met een harmonisch akkoordenspel, als begeleiding voor, opnieuw, de zangstem van Henriksen. Bekoorlijke thema’s wiegen het publiek heen en weer in een warm muzikaal bad in deze kille coronatijd. Henriksen met zijn zeer veelzijdige technieken gebruikt zijn trompet ook als percussie instrument. De improvisatie wordt vrijer en krachtiger, naar mate het nummer verder vordert. Uiteindelijk wordt het weer gedempter en glijdt de melodielijn weg met Oosterse klanktinten.

Fraanje vroegen we over hoe hij zijn samenwerking met Henriksen typeert. Zijn antwoord: “Het is enorm leuk om samen met Arve te spelen vanuit het niets. Op de een of andere manier komen de beslissingen die hij neemt tijdens het improviseren bijna ‘logisch’ over , zonder dat het voorspelbaar of iets dergelijks wordt. Het is voor mij zeer helder, en duidelijk waar de muziek ons naar toe leidt”. Op de zelfde vraag aan Henriksen over zijn samenwerking met Fraanje zegt Henriksen: “Harmen is a very curious and humble musician, and he is very eager to explore new musical landscape.” Over de wijze waarop improvisatie tussen beiden functioneert vertelt Henriksen ons: “I love to explore improvisation. I felt we had a nice flow, and the ideas got time to develop to the point where it felt natural to release and to move in another direction. It is always a challenge to find the balance and to choose when to change direction. We had a few elements prepared as a backup, and I felt we managed to bring in spontaneous elements in a fine mix with the prepared elements by Harmen”.

Bij het laatste nummer gebruikt Henriksen een pockettrompet. Schelle tonen met veel gevoelsuitdrukking worden gecombineerd met een prachtige kalme electronische sound en het spannende toetsenspel van Fraanje. Het publiek reageert opgetogen op het meesterlijke spel van Henriksen en Fraanje. Terecht applaus voor deze twee giganten, die op een betoverende wijze de aanwezige toehoorders in Paradox meenamen op een sprookjesachtige muzikale reis.

Na het concert vertrouwen de heren ons toe dat ze denken aan het opnemen van een album. Er lopen al gesprekken met een label, we zijn heel benieuwd, want dit duo verdient veel meer dan 30 mensen publiek!