Schandalig Openingsconcert Jubileumjaar KCO
Het Koninklijk Concertgebouworkest bestaat 125 jaar. Op 17 en 18 januari gaat het jubileumjaar op spectaculaire wijze van start: op de openingsconcerten speelt het orkest onder leiding van David Robertson werken die precies 100 jaar geleden klonken tijdens twee beroemde schandaalconcerten. Naast Igor Strawinsky’s Le Sacre Du Printemps zijn dat Alban Bergs Altenberg-Lieder en Alexander Zemlinsky’s Maeterlinck-Lieder met als soliste mezzosopraan Anne Sofie von Otter.
Ook voert het Koninklijk Concertgebouworkest een nieuw werk uit van Magnus Lindberg, getiteld Era: het resultaat van een compositieopdracht die Het Concertgebouw cadeau deed aan het Koninklijk Concertgebouworkest ter gelegenheid van het 125-jarig bestaan van beide instellingen. Lindberg, ooit een ‘bad boy’ wiens muziek veel stof deed opwaaien, heeft hiermee vooral een feestelijk stuk willen schrijven ‘om orkest en zaal plezier te brengen’.
De eerste uitvoering van Alban Bergs Altenberg-Lieder leidde op 31 maart 1913 in Wenen tot luide verontwaardiging – mensen gingen op de vuist, de politie kwam eraan te pas, het concert moest worden stopgezet. Ook Zemlinsky’s Maeterlinck-Lieder stonden tijdens dat concert op het programma. Twee maanden later bij de première van Stravinsky’s Le Sacre Du Printemps in Parijs: opnieuw een rel. Hoe horen we deze stukken nu, 100 jaar later? Of het openingsconcert van het Koninklijk Concertgebouworkest tot algemene verontwaardiging en handgemeen zullen leiden is te betwijfelen. Maar alle werken op het programma ademen de opwinding en vitaliteit van muziek die de kracht heeft een maatschappij in beroering te brengen.