Jelle en Anne spelen gelijk op de nieuwe plaat van Daryll-Ann, maar de luisteraar wint
Die eerste sprankelende gitaartonen van Anne Soldaat en na de invallende bas en drums van respectievelijk Jeroen Vos en de ook hier weer aanwezige drummer Jeroen Kleijn die karakteristieke stem van Jelle Paulusma, wat klinkt dat meteen vertrouwd. En in het nummer daarna de onmiskenbare hoge zang van Anne Soldaat. Dit patroon herhaalt zich zo ongeveer en na ruim 50 minuten mogen we dan eindelijk klappen. Of mogen, onzin natuurlijk, het had best eerder gekund. Maar we zitten met zo’n dertig bezoekers in een donkere bioscoopzaal en zien voor ons alleen wat gekleurde lampjes en de contouren van vooral grijze, kalende achterhoofden. En verder een wit scherm, met daarvoor aan weerszijden twee boxen, waaruit deze avond de nieuwe plaat van Daryll-Ann klinkt, een Nederlandse gitaarband met een lange geschiedenis, zo lang dat ze samen met Caesar in 1996 aan de basis stonden van de oprichting van Het label Excelsior, dat in de loop der tijd een steeds grotere plek binnen het Nederlandse muzieklandschap heeft ingenomen. Zo groot dat ik het adjectief alternatieve in de vorige zin heb moeten deleten.
Namens Excelsior waren Isabelle Booman, organisator en gastvrouw, en Ferry Roseboom (hoedje), die na afloop de plaat verkocht, aanwezig bij deze luistersessie. Locatie was de sfeervolle bioscoop FC Hyena, verscholen op een bedrijventerrein, maar mooi gelegen aan het IJ in Amsterdam. Wat valt er meer over te zeggen? Ik haalde een koffie bij de bar en liep daarmee de zaal in. Daar stond vooraan een platenspeler met de nieuwe plaat, waar rond negen uur de naald werd opgezet. En nadat ook kant B z’n rondjes zonder één keer overslaan had gemaakt was er een interview door Volkskrant-journalist Gijsbert Kamer, die de plaat ook had opgezet. En daarna liepen we de zaal weer uit en kon je de plaat dus kopen, waarna de bandleden een soort van klaar stonden om ‘m te signeren.
Deze tweede of derde reünie, maar nu mét nieuwe plaat, volgt trouwens op de hartverwarmende reacties na hun optreden op het wegens corona uitgestelde jubileumfeest van Excelsior in Paradiso in 2022. De plaat bevat veertien (!) nummers, zeven van de hand van Jelle, zeven van Anne, voornamelijk in de tweede helft van 2022 geschreven. En uiteindelijk grotendeels in vijf dagen opgenomen, samen met producer Jasper Geluk, die ook op de plaat meespeelt (piano, “de strijkers komen uit een kastje, daar doen we niet moeilijk over”). En gelukkig had Anne z’n gitaarpartijen al ingespeeld voordat hij op oudjaarsavond 2023 onfortuinlijk viel en zijn duim ernstig blesseerde. Maar hij speelt gelukkig nog/weer gitaar en hoopt dat de duim het houdt bij de live-optredens.
Nadat de laatste tonen hadden geklonken wist ik ook gelijk wat mijn favoriete nummer was, het laatste van kant A, dat tevens het titelnummer bleek te zijn: Spring. Heerlijk melancholisch, en het gaat geloof ik over tweede kansen in het leven (a second chance, another take on our miserable lives). Dus toen had in ieder geval ik de neiging om te klappen, we wisten ook de bandleden in de zaal. Maar die stilte had ook wel wat en werd slechts ongeveer halverwege heel even onderbroken, omdat de plaat omgedraaid moest worden, wat met vereende krachten gebeurde (Kamer liet dit keer de eer aan anderen, ik geloof aan de twee Jeroenen). De avond had overigens de titel De Donkere Kamer van Daryll-Ann meegekregen, waarbij de dubbele betekenis van Kamer pas bij dit schrijven tot me doordrong. Hij deed dus het interview na afloop. De eerste vraag was wat ze ervan vonden. Anne meende te horen dat de plaat versneld werd afgedraaid en Jelle vond het geluid golven, te hard, de plaat thuis op z’n eigen speakers beter klinken en deze luistersessie sowieso ongemakkelijk. Maar dat was nog niks bij wat zich daarna afspeelde. Geen plaat meer, laat staan grijsgedraaid, maar wel een typerend gesprek, want Gijsbert Kamer kent z’n eigenheimers (‘Heb je hem weer met z’n Daryll-Ann’). Jelle en Anne zetten hun bijzondere dynamiek dus ook mondeling voort, maar nu middels moeizame een-tweetjes. Ik moest zelfs heel even denken aan de gebroeders Gallagher van Oasis, maar dan nog wel on speaking terms. Anne zat er zichtbaar met tegenzin of wat onwillig, in ieder geval onrustig bij. Hij had tijdens de luistersessie ergens achter in de zaal gelegen en was daar waarschijnlijk liever gebleven. Voor Jelle leek het eveneens een verplicht nummer. Zijn broer Coen, die natuurlijk ook weer op de plaat en live meespeelt (op de extra instrumenten) en meezingt (onmisbaar voor de mooie samenzang), was misschien een betere interviewpartner geweest. Hij had misschien ook met wat meer afstand over het maakproces kunnen vertellen. Nu leek het soms alsof Gijsbert Kamer meer aan het woord was dan de twee samen. Maar goed, we kwamen dus uiteindelijk nog wel wat te weten (zie hierboven), als we het tenminste konden verstaan. De microfoon ging van hand tot hand tot schoot, en landde slechts af en toe voor de mond.
Uiteindelijk gaat het om de muziek en die was ouderwets goed!! Uptempo nummers (Kamer: ‘Het rockt’), die noopten tot bewegen in de veel te lekkere stoelen, afgewisseld met rustiger liedjes, alles zeer muzikaal natuurlijk (en niet ambachtelijk!), met oor voor detail. En er staat gewoon een aantal erg goede songs op. Zoals het nummer 1984, dat gaat over de vormende jaren op de middelbare school, waar Jelle extra lang van heeft genoten. En de plaat begint met een ode aan Tom Verlaine (Television) en Wilko Johnson (Dr. Feelgood). Waar de andere nummers precies over gaan zou ik (nog) niet weten, maar luister zelf maar ook een paar keer naar Spring, in het donker.
Een nieuwe lente dus voor Daryll-Ann – hoe lang of kort ie ook mag duren – met een nieuw, maar vertrouwd geluid, in de herfst van hun bestaan. Dan begint ook de tour. Daarin gaan ze trouwens niet elk nieuw nummer spelen, ze hebben al en een selectie gemaakt. En die wordt natuurlijk aangevuld met veel oude, maar tijdloze succesnummers. Ze zijn al druk aan het repeteren, en muzikaal alweer verder dan wat er op de plaat staat, dus dat belooft veel goeds. Of zoals Jelle het interview besloot: ‘Ja, het heeft venijn. Je merkt dat de band er zin in heeft.’ Mooi, de fans ook! Met hopelijk wat nieuwe/jonge aanwas. En dat klappen na elk afzonderlijk nummer bewaren we wel voor dan.