×

Recensie

01 december 2021

Will Sergeant

Bunnyman - A Memoir

Geschreven door: Dick Hovenga

Echo And The Bunnymen gitarist Will Sergeant schreef met Bunnyman een erg mooie herinnering aan zijn jeugdjaren, waarbij, verrassend genoeg, het boek eindigt met de echte start van de band die hem zo vermaard maakte. Maar wat een verrukkelijk verhaal schrijft op uit de jaren van zijn jeugd en over het Liverpool van de jaren zestig en zeventig.

Ene gemakkelijke jeugd had Sergeant niet echt. Zijn moeder verdween reeds op jonge leeftijd uit zijn leven en hijzelf koos op al jonge leeftijd ook volledig zijn eigen pad. Sergeant is een aanstekelijk verteller met een gigantisch geheugen. Over zijn jongste jaren weet hij nog exact waar en hoe alles in zijn omgeving gebeurde en de personen die daarbij aanwezig waren.

Vriendschappen spelen daarin een zeer grote rol en de personen uit zijn vroege jeugd groeien schijnbaar moeiteloos met hem mee. Het is trouwens pas op latere leeftijd, Segeant is al 18 jaar, dat hij met gitaren begint te stoeien en zijn eigen stijl ontwikkelt. Ondertussen werkt hij al jaren in een Liverpools restaurant, één in de zeer middelmatige regionen en dat eigenlijk alleen maar rampzaliger wordt.

Muziek is zijn leven. Hij besteedt zijn meeste tijd met het luisteren naar muziek met zijn vrienden. En zijn eerste liefdes lopen kriskras door de muziek heen, van Status Quo via Pink Floyd naar prog en via obscure Amerikaanse garagerock naar The Beatles en natuurlijk Roxy Music en David Bowie. Vooral zijn liefde voor Bowie is gigantisch.

Hij schrijft over de plekken waar hij en zijn vrienden heengaan en het wonder dat Eric’s werd, de club in de oude stad waar niet alleen elke relevante Britse band van dat moment (einde jaren zeventig) speelde maar waar vanuit ook een nieuwe Liverpoolse muziekscene zich ontwikkelde. Altijd wel geweten dat die club belangrijk was maar Sergeant schrijft het met zoveel passie op dat de legende van de club nog groter wordt.

Mooiste voorbeeld is de avond waarop Joy Division optreedt, het publiek eigenlijk wat in de achtergrond in groepjes zit en niet oplet en Sergeant de zaal binnenlopend volledig wordt gegrepen door, eerst, wat er op het podium voor apparatuur (drummachine!!) te zien is en dan overrompeld wordt door de muziek en de zanger. Gelijk zijn vrienden erbij haalt en ook die overtuigt de groep als de belangrijkste nieuwe band van het land binnen te halen.

Waar hij, voordat hij deze passage schrijft, punk eigenlijk al dood heeft verklaard, beleeft hij met Joy Division de opstanding van de nieuwe muziek. De band uit Manchester blijkt zijn grote drijfveer om zelf muziek te gaan maken.

Hij start een band met Ian McCulloch, een zanger die even daarvoor door Julian Cope uit diens veelbelovende band A Shallow Madness was gezet. (waarna Cope zijn nieuwe band The Teardrop Explodes doopt). De start van de band die Sergeant met McCulloch wil beginnen is een vreemde omdat McCulloch de eerste paar keren dat ze samen spelen niet zingt. Ze schrijven songs met twee gitaren en een drummachine om de ritmes strak te houden. Iets waar ze allebei slecht in zijn.

Pas bij hun eerste optreden, opvallend genoeg als voorprogramma van The Teardrop Explodes in Eric’s (natuurlijk…), hoort Sergeant McCulloch voor het eerst over de door hen geschreven songs zingen. En is zich gelijk bewust hoe goed zijn band kan gaan worden. Mooi verhaal ook dat bij aankondiging van de nieuwe band van zijn oude bandmaatje deze dan ook gelijk maar de naam Echo And The Bunnymen geeft.

Natuurlijk was er al het door Julian Cope geschreven Head On, het boek dat de muziekscene uit Liverpool in die jaren al meesterlijk beschreef. Bunnyman is daar een fantastische aanvulling op. Sergeant heeft een al net zo vlotte pen als Cope en beschrijft het Liverpool van die jaren al net zo fascinerend. Net als de vriendengroep van muzikanten die vanuit Eric’s de wereld van de muziek ontdekken.

Bunnyman geeft ook veel duidelijkheid over mythes die rond de Liverpool scene hebben gehangen maar net zo goed hoe vrienden bands vormden. En natuurlijk hoe de bescheiden Sergeant zijn rol in die scene vindt. Daarnaast zijn er tal van geweldige verhalen die nieuwe mythes creëren, zoals het verhaal over het toetreden tot de band van Les Pattinson.

Wat Echo And The Bunnymen vanaf hun eerste album zullen gaan betekenen voor de muziekgeschiedenis wordt nog niet belicht. Daar mag Sergeant in een tweede boek raak in uit gaan pakken. Op basis van Bunnyman, wat met recht een pageturner genoemd mag worden, kan ik niet wachten om dat ook te gaan lezen.

Hoewel de grote mond van McCulloch in de geschiedenis van Echo And The Bunnymen altijd alle aandacht kreeg, Sergeant vanuit zijn schaduw wat leek mee te kijken, wordt met Bunnyman duidelijk dat Sergeant de man met het grote geheugen en de straffe pen is. Bunnyman is een absolute aanrader.