×

Recensie

22 april 2023

Folkpioniers Van roots en folk naar folkrock en singer-songwriters

Geschreven door: Cis van Looy

Als je het over het begrip folk hebt wordt er wel eens meewarig gegrinnikt, is dat niet dat uitgestorven archaïsche muzikale ambacht dat enkel door langharig stevig bebaard mansvolk en in patchouli dampen en lange gewaden gehulde hippie ladies wordt geapprecieerd. De hardnekkige associatie met de gietenwollen sokken commune is nooit ver weg. Midden jaren zestig was de term folk  ongemeen hip, dat had ongetwijfeld met de door Dylan ingeleide elektrificatie van het genre te maken als de naadloze versmelting met de country en popcultuur bij  formaties zoals de Byrds  en Mama’s and Papasdie die de fakkel overnamen van de broegere meer puristisch ingestelde geheel akoestische muzikale generatie. Met dit boek schetst Tom Steenbergen de hoogdagen van de fokrevival, een golf die via Amerikaanse en Engelse muzikanten en singer-songwriters ook op het Europese vasteland aanspoelde en in ook Nederland hun sporen nalieten.

Tom Steenbergen beleefde die muzikale (r)evolutie tijdens zijn  tienerjaren, als organisator van concerten en festivals in de jaren zeventig en als manager van Fungus en Deidre  is hij een bevoorrechte getuige. De latere platenbaas bij Polygram haalt herinneringen op en verzamelt die nu een knap boekwerk. Het woord pioniers slaat hier eerder op de onpeilbare invloed die Dylan, Joan Baez en Joni Mitchell genereerden in navolging van Woody Guthrie en Lead Belly. Aan de overkant van de oceaan is er de experimentele folkrock van Fairport Convention met Richard Thompson, Sandy Denny en de periode met Linda Thompson. Steelye Span die ik zelf, evenals Fungus, ooit mocht aanschouwen op het festivalpodium van Pinkpop gooide destijds ook buiten het folkcircuit hoge ogen met Maddy Prior en Marty Carthy. In uitgebreide hoofstukken komen de groepsverrichtingen en de evolutie naar solowerk van al die muzikanten aan bod. Bovendien is er terecht aandacht voor Cat Stevens, Gerry Rafferty en projecten van Iain Matthews naast destijds relatief obscure figuren zoals Nick Drake en Anne Briggs.

Na de voorgeschiedenis en ontstaan van het folkgenre in de VS wordt toegelicht aan de hand van publicaties zoals Anthology of American Folk Music van Harry Smiths, The New Grove van Max Harrison & Paul Olivers en andere historische naslagwerken. Er is aandacht voor de Folkrevivals in de VS en UK, de authentieke Keltische beweging in Nederland en de internationale uitstraling van een fenomeen als Flairck.

De grote verdienste van dit fraaie boek zijn de uitvoerige en verhelderende schetsen van de ontwikkelingen van folkmuziek in Nederlandse contreien van de Rijnmond over Utrecht tot Friesland, getuigenissen uit de eerste hand van Steenbergen, niet zelden gestaafd met correspondentie en affiches van de betrokken artiesten. Ruim 370 foto’s en illustraties verluchten dit geïnspireerde boek behandelt een vergeten muzikaal tijdperk, de invloeden van die ‘folkpioniers’ zijn nauwelijks te overschatten voor de huidige generatie van singer-songwriters in de Lage Landen.