×

Artikel

07 november 2012

En route 8: Impressies Jazzfest Berlin 2012

Geschreven door: Henning Bolte

IMG_5984De legendarische Berliner Jazztage, in 1964 door Joachim E. Behrendt in het leven geroepen, hebben een stormachtige en bochtenrijke geschiedenis achter de rug. Inmiddels zijn we bijna 50 jaar verder met een diversiteit aan artistieke leiders van het festival. Het evenement heet inmiddels ‘Jazzfest Berlin’ en 2012 is opnieuw een wisseling van de wacht: nieuw artistiek leider is nu Bert Noglik. Hij heeft voor zijn eerste editie meteen markante accenten aangebracht. (zie ook voorbeschouwingen op Written in Music hier en hier)

Ten eerste door op twee Duitse muzikale sleutelfiguren van de twintigste eeuw, componist Hanns Eisler en jazz-pianiste Jutta Hipp, beiden afkomstig uit Leipzig, te focussen. Ten tweede door slagwerker Günther Baby Sommer uit Dresden, een veteraan van de Duitse jazz, een speciale plek in het programma te geven. Ten derde door de oude locatie van de Akademie der Künste in het Hansaviertel van Berlijn een rol in het festival terug te geven. GESCHIEDENIS met grote letters en weerbarstige identiteiten als focus van deze editie (zie ook voorbeschouwingen op Written in Music hier en hier).

Klanken van en in de geschiedenis

In het geval van Hanns Eisler (1898-1962) en Jutta Hipp (1925-2003), beiden afkomstig uit Leipzig, zijn persoonlijke en politieke geschiedenis in alle heftigheid nauw met elkaar vervlochten. Eisler vluchtte – even als zijn oude leraar Arnold Schönberg en zijn artistieke maat Bertold Brecht – voor de Nazis in de jaren 30 naar de VS en werd 1947 het centrum van de vrije wereld uitgezet. Hipp was op dat moment 22 en qua speelniveau het meest gevorderde jazztalent in het verwoeste en bezette Duitsland. Terwijl Eisler vanuit Hollywood naar het door de Soviets bezette deel van Duitsland vertrok, vertrok de jonge Hipp in omgekeerde richting. Vanuit de Soviet-zone naar de Amerikaanse zone, naar München, later Frankfurt en uiteindelijk 1955 naar New York (van waar ze nooit meer terugkeerde). 1954 nam zij als eerste vrouw én Europeaan een Blue Note album op, speelde in New York aangekomen met haar nieuwe New Yorkse groep en nam 1956 met Zoot Sims haar derde Blue Note album op. Twee jaar later, 1958, nam zij een radicale beslissing en speelde nooit meer een noot. Hanns Eisler laveerde aan de oostelijke kant door de weerbarstigheden van de Koude Oorlog, componeerde zelfs de hymne van de jonge DDR maar verloor zijn scherpte nooit. Of beter gezegd: de voor hem zo typerende wisselwerking van scherpte en lyriek. Dat is één van de redenen dat zijn muziek overeind blijft. Bijvoorbeeld bij de jonge Willem Breuker en nu bij wederom een jong Frans-Duits-Deens trio met de naam Das Kapital.

Slagwerker Günther Baby Sommer (1943), één van de pijlers van de Free Jazz in de voormalige DDR én o.a. duo-partner van Cecil Taylor, werd vier jaar geleden in Griekenland ter gelegenheid van een klein slagwerk-festival in het Griekse plaatsje Kommeno (Epirus) met een andere kant van de Duitse geschiedenis geconfronteerd, met gruwelen uit de tijd van de Duitse bezetting van Griekenland in de Tweede Wereldoorlog. Sommer kreeg op het festival de ruimte samen met Griekse jazzmusici (Floros Floridis, Spilios Kastanis, Evgenius Voulgaris, Savina Yanatou) een Kommeno-memorial uit te voeren.

IMG_6076

Met het betrekken van de Akademie der Künste als podium komt de geschiedenis van de ‘vrije’ muziek als Europese lijn van de jazztraditie in beeld. In Berlijn vond in de Akademie 1968 het eerste Total Music Meeting (met jonge bestormers als Brötzmann, Bennink, Schlippenbach, Parker, Kowald en consorten) plaats, een tegen- en later off-festival dat parallel aan de Jazztage plaatsvond. In 1969 werd dan de organisatie Free Music Production (FMP) met een platenlabel opgericht. Allebei, de Meeting en het label zijn inmiddels ter ziele. Noglik pakt deze draad – in- middels zelf geschiedenis – nu als onderdeel van het Jazzfest weer op.

Het festival speelt zich enerzijds af in het grote Festspielhaus met zijn grote zaal plus een kleinere Neben- bühne. Daarnaast vinden gedeeltelijk overlappende concerten in de twee clubs A-Trane en Quasimodo (op 20 minuten loopafstand) en de Akademie der Künste (op 3 metrostations afstand) plaats. Dat vereist duidelijke keuzes ook omdat de concerten apart verkocht worden en na begin (ook voor journalisten) vaak niet meer toegankelijk zijn. De meeste concerten van het festival waren (vaak lang van te voren) complet uitverkocht. Het verslag dekt de door verslaggever getroffen keuze.

Donderdag: (vroege) vrouwen op de toetsen

De eerste avond stonden vrouwelijke pianistes centraal.

Hipp 2012

De muzikale nalatenschap van het korte wonder Jutta Hipp werd voor het festival in handen van twee musici IMG_5961gelegd, pianiste Julia Hülsmann (1968) en klarinettist Rolf Kühn (1929). Kühn, leeftijdsgenoot van Hipp en eveneens afkomstig uit Leipzig, werd door Hipp zelf vlak na de oorlog op het goede spoor gezet. 1956 ging Kühn zelf ook naar New York en werkte daar voor een aantal jaren o.a. in de groep van Benny Goodman, met Urbie Green en met Oscar Pettiford, veroverde een plaats in de Down Beat Poll en nam een plaat voor Impulse met Jimmy Garrison op (zie Written In Music). 1961 keerde hij na Europa terug.

IMG_5976Er werden stukken van Hipp zoals Horatio (opgedra- gen aan Horace Silver) of stukken die op de een of andere manier aan Hipp refereerden zoals een ballad van Hülsmann die uit elementen van Hipps repertoire opgebouwd was. Kühn en Hülsmann tekenden voor de keuze van gespeelde stukken en de arrangementen. Kühn en Lovano openen fulminant, fraai in synch en steeds weer gaaf unisono. Geen overdoen van IMG_5981jaren 50 muziek maar ook geen geforceerde update-pogingen. Het is goed toeven in deze muziek met to-the-point-spel. Voortreffelijke solo’s van alle spelers en Julia Hülsmann leidt met gedecideerd pianospel. Tussen bassist Greg Cohen en drummer Christian Lillinger ontstaan een paar spannende interacties maar de enige die zich gaandeweg werkelijk een stuk vrij speelt, is Lillinger. Mooi gedaan als geheel maar ook iets te obligaat. Er was wel het persoonlijke verhaal van Kühn (over de imponerende rode haren van Hipp) maar verder weinig dramaturgie.

Geri Allen & Timeline

IMG_6026IMG_6037 De clou van het programma zou tapdancer Maurice Chestnut zijn maar juist hij ontbrak bij het optreden van Geri Allen’s Timeline. Allens pianospel is rijk aan kleur en ritme maar op de een of andere manier slaat de vlam niet in de pan, ook niet bij Parker’s Ah-Leu-Cha. Zij lijkt in een pantser te zitten. Pas op het moment dat ze Monks Rhythm-A-Ning inzet, verandert dat, op slag opent alles. Het plezier is als eerste van het gezicht van bassist Kenny Davis (een oude M-base maat) af te lezen. Als dan ook nog Lovano met zijn soepel en fraai spel instapt, is het helemaal feest. Daar hoort dan ook zijn speciale shuffle bij. En als het vervolgens een diepe, slepende blues van Charlie Parker wordt, Parker’s Mood, gaan alle sluizen wijd open en klinkt het nog lang na.

Vrijdag: drummers’ work

De tweede avond in de grote zaal in het Haus der Berliner Festspiele bracht het werk van drie zeer verschil- lende slagwerkers in zeer verschillend gezelschap. Een hele bandbreedte (zie Written In Music). Als eerste de Zwitser Pierre Favre met zes blazers, één gitarist en twee bassisten. Dan Günter Baby Sommer met zijn Grieks ensemble en tenslotte Manu Katché met zijn nieuwste band met de Noorse saxofonist Tore Brunborg, de Italiaanse trompettist Luca Aquino (met een Noorse en Macedonische connectie) en de jonge Engelse toetsenist Jim Watson. Het tentet van Favre klonk gezien de grote mogelijkheden van de bezetting behoorlijk gelijkvormig. Sommer daarentegen werkte veel percussionistischer met zijn Grieks ensemble, kleurde en bracht dramatische accenten, gong- en klokkenslagen in de miroloi-klaagzang aan. Daarna was het bij Manu Katché lichte, dansende groove met de schitteringen van de twee soepele horns, meer dan in de vorige bezettingen deze typische vloeiende sound met typerende soulful bounces. Met deze bezetting klinkt het meer dan bij vorige bezettingen naar Manu, manuistisch, manuistischer …!

IMG_6053Drummers’ work was het ook bij het programma in de Akademie der Künste, een paar metrostations noordelijker. Deze avond de Engelse drummer Paul Lytton (1947) en de Amerikaanse pianiste Marilyn Crispell (1949). Geen van beide musici is met een vast image behept. Klank staat voor allebei letterlijk voor- op, allebei gaan ze ieder op zijn manier volledig in klank op. Heftige uitbarstingen gaan direct over in stille lyrische passages. Lytton brengt met simpele middelen consequent en volhoudend ingezet magische klanken voort. Daarbij horen ook de speelgoed- machientjes die over het vel schuiven en fraaie zachte trillingen veroorzaken. De muziek heeft een eigen processuele logica, het is echte Echtzeitmusik. Muziek waar het idee, de aanzet en de wijze van voortbrengen samenvallen met de klank die daarbij ontstaat. Wonderschone nachtmuziek.

Zaterdag: tussen Franse en Hollandse slag

IMG_6077De klarinettisten Michel Portal met Louis Sclavis en daarbij drummer Daniel Humair en en bassist Bruno Chevillon, het trio van Michel Portal aangevuld Louis Sclavis, vier Franse muzikale grootheden voor deze avond als muzikale eenheid bijeengebracht (het Michel Portal trio + Sclavis op dezelfde instrumenten als Portal). Deze heren beheersen hun handwerk en kunnen met alles hun spel spelen. Twee basklarinetten daar kun je iets mee en als de twee grootste Franse spelers op het instrument gezamenlijk aan de slag gaan, kun je in je handen knijpen. Het is wel klinkend, gedegen, majestueus, knipogend, hilarisch, wat zij te berde brengen. Aus dem Vollen schöpfen, de voorraden raken zo snel niet op. Het is bekend bekend wat zij spelen (eigenlijk ook hoe ze het doen) en heer- lijk te luisteren en te kijken. In de toegift komt er nog een tango met mooie stops langs en sierlijk dansend met zijn mooi zwart instrument verdwijnt Sclavis achter de coulissen.

Waar vervolgens saxofonist Archie Shepp te voorschijn zal komen, zijn eigen legende. Helaas helaas om het programma om 22:00 in de Akademie der Künste te halen, is het rennen naar de metro geblazen. Shepp, zo is later te vernemen, vervulde alle verwachtingen en wensen en was nog ‘bluesiger’ dan ooit met Chicago-coryfee Amina Claudine-Myers op toetsen. Het Berlijnse kwaliteitsdagblad Der Tagesspiegel was lyrisch in zijn bespreking (Ch. Broeking)!

IMG_6088IMG_6089In de Akademie is het andere koek (alhoewel …). Met spanning verwacht: eindelijk een jonge combinatie die ook nog vrij nieuw is (en onbeschreven): saxofoniste Silke Eberhard uit Berlijn met de jonge Zwitserse drummer Alex Huber (nog studerend in Luzern). Zijn het vrije improvisaties wat zijn doen? Ja, het is Echt- zeitmusik, maar het is te horen dat zij in lange uren samen spelen apart nieuw terrein hebben ontgonnen. De mooie open opening laat je overeind veren. Ruimte voor vloeiende vreemde klanken … . Hier gebeurt inderdaad echt iets anders dan bekend. Hubers spel is opmerkelijk vloeiend met meerdere lagen en zeer eigen frasering, zeer bijzonder voor een drummer. En zeer eigen. Je hoort er niet direct bekende voorbeelden in. Hij lijkt (direct) de orkestratie te spelen die hij in zijn hoofd hoort. Het gebeurt licht en moeiteloos terwijl het toch complexe scheppingen lijken. Af en toe vallen beiden nog terug in bekende interactie-wijzen van de vrije impro maar ze kunnen zich in het verdere verloop steeds meer vrij ervan maken. Hun nieuwe vreemde klanken ontvouwen zich, krijgen een eigen coherentie in een steeds overtuigendere (vloeiendere en meeslependere) interactie. Huber ontsluit op zijn drumstel veel klankkleuren en –combinaties in het zachtere domein inclusief gestreken cymbalen en gebruik van de mondharmonica (het laatste wel een direct herkenbare invloed van één van zijn leraren). Eberhard heeft op altsax maar ook op klarinet enorm rijk en mooi gearticuleerd klankreservoir ter beschikking dat in deze context toepassing vindt. Zij speelt niet alleen een ander instrument maar ook met een zichtbaar ander energie dan Huber. Zij is diegene die steeds over een nog grotere hoogte lijkt te willen springen. Een spannend én gaaf concert in een daarvoor passende context waarbij de rand van het festival tot centrum werd.

IMG_6125IMG_6106Niet anders maar anders en nog meer was dat het geval bij het tweede concert van de avond: de Berlijnse pianiste Aki Takase (1948) met haar Lieblingshase (haar bewoording!), de Beemster drummer Han Bennink (1942). Het was één van de concerten waarbij je denkt te weten wat je te wachten staat en dat dan héél anders uitpakt. Het was een gedenkwaardig concert, het was één van de beste concerten die ik dit jaar gezien heb. Het is zoals al te horen op hun wonderschone Intakt-album 2 for 2 één van de mooiste duos van dit moment (zie ook Written in Music). Twee musici die volledig aan elkaar gewaagd zijn. In gezelschap van Takase kan Bennink zo hard spelen als die wil, het valt niet uit de toon. Aki Takase heeft er greep op net zoals op de hele zet. En wel zodanig dat Benninks kwaliteiten enorm gebundeld eruit komen. Meteen bij het begin: dat is een fantastisch getimede stilte die door een enorme (energie)knal gevolgd wordt (de beste variatie ooit die ik op de beroemde rituele vier-seconden-stilte gehoord heb waarmee de albums van een beroemd Duits platenlabel beginnen). Nadat Bennink ook nog even terloops als theatraal zijn floor-tom omgegooid heeft, gaan zij op een ereignisreiche reis door het wonderland van de jazzgeschiedenis met als hoofdhaltes Fats Waller en Th. Sphere Monk. Explosief, zacht, teder, rauzend, sweet, delicaat. Het tweetal is enorm in vorm. Tussendoor maken ze gewoon heerlijke Tanzmusik voordat het een brug verder gaat. Keiner stehtaufundtanzt (HaBe), aber die Gesicher lachen (HeBo). Rond middernacht zetten ze het beroemde Sphere-stuk in en dat klinkt niet alleen mooi maar gewoon volstrekt op zijn plaats in alles wat daarvoor te horen (en vooral ook te zien) was. Alsof het net op dat moment verzonnen was. Net als eerder bij hét bekende stuk van wijlen Fats Waller en Andy Razaf. Het duo trekt nog verder en is bijvoorbeeld op het Unerhört-Festival in Zürich te zien. In december is Aki Takase o.a. in Tilburg te zien (zie Takase).

Zondag: scherptes

Zondag, de afsluitende avond met het speciale programma Wanted! Hanss Eisler en de pubkliekstrekker Wayne Shorter. Op het eerste gezicht een odd combination maar wel apart.

IMG_6205De voorstelling van het Frans-Duits-Deense trio Das Kapital met de filmbeelden van het bekende filmduo Nicolas Humbert/Martin Otter is een multidisciplinaire aangelegenheid. Bij de associatieve zwart-wit filmbeelden van Humbert/Otter ontvouwt zich een tour de force van het drietal door Eislers muzikale universum met zijn het steeds terugkomende, aan- grijpende Eisler-basismotief, met strijdliederen, mementos, lyrische IMG_6210stukken, waarbij alle drie spelers een enorme doos aan technieken en klanken open- trekken en in de muzikale strijd gooien – visueel het mooist gebracht door slagwerker Perraud. Indruk- wekkend hoe zij met zijn drieën Eislers muziek ophalen, toespitsen, aanscherpen, transformeren – tot en met de reggae-versie van An den deutschen Mond (zie ook nadere bespreking van Eisler en Das Kapital in Written In Music). (Hoe) is Eisler en Eislers muziek in onze (doorcocacolaïseerde) tijd terug te halen? De muziek en de filmbeelden geven open aanknopingspunten, vervallen niet in revolutie-romantiek. Eisler werkt verstörend/ontregelend, legt ruwe materaliteit bloot en losse historische einden, uitgewiste of verbleekte sporen, vitale muzikale motieven, die uit een veel diepere Oosteuropese laag afkomstig zijn. Een sterk memoratief motief (visueel, narratief en muzikaal) zijn de ijzeren sporen van het centraal-station van Leipzig (ooit het grootste kop- station van Europa) in de buurt waarvan Eisler voor het eerst het licht van de wereld zag. De filmfragmen- ten van Eislers verhoor door het Commitee For Unamerican Activities zal voor de jonge generatie van nu een niet makkelijk te begrijpen raadsel zijn maar de voorstelling laat alles zo op elkaar botsen of tegen elkaar aan schuren dat de waarneming luisteraar/kijker constant een zetje krijgt. Het is voorstelling waarvan tunes en beeldfragmenten nog langer nagalmen en langstrekken.

IMG_6227Pauze. Wayne Shorter. De zaal afgeladen vol, net zoals bij het voorafgaande Das Kapital trouwens. Shorter heeft in een vroeger muzikaal leven urbaniteit op een ingrijpende wijze bij Weather Report mede vorm gegeven maar tegenwoordig schijnt hij voornamelijk boven de discrete zingevings-horizon van onze gedigitaliseerde wereld te vertoeven. Een transportprobleem leek voor tegenspoed gezorgd te hebben. Shorters drie bandleden leek dat juist aan te sporen en te inspireren want zij speelden met zichtbaar plezier. Shorter speelde vooral scherp en luid met veel lange noten. Het zijn vooral yells die hij speelt en die hij dan van cryptische commentaren en vooruit stuwende versnellingen voorziet. Ook drummer Brian Blade speelt vrij hard en explosief binnen de textuur die Perez en Patitucci weven. Niets klinkt hier voorspelbaar of bekend bekend maar wel een beetje in zichzelf opgesloten. Misschien vandaar de agressievere aanpak. In ieder geval een mooie open Ausklang die om een krachtig vervolg volgend jaar vraagt.

Postscript

IMG_5984De 2012-editie had een programmering met markante en geambitioneerde onderdelen en eigen producties waarvan de lijnen consequenter doorgetrokken kunnen worden. Nieuwe aan- zetten op deze lijn, jonge musici en groepen en vooral ook multi- disciplinaire aanzetten verdienen meer aandacht. Publiekstrekkers heeft ieder festival nodig maar dan liefst artiesten die zo dicht mo- gelijk bij uitgezette hoofdlijnen en essenties staan. De spreiding over verschillende locaties heeft naast voordelen en aantal nadelen. Vooral zijn de locaties te onevenwichtig geprogrammeerd zodat hoofd- en bijlocaties ontstaan. Dat is geen noodzakelijke keuze. Belangrijk bij een festival als geheel is niet alleen de geest die het uitstraalt (de nieuwe artistieke leider Noglik heeft op dat vlak een markante boodschap uitgedragen, zie Written In Music. Nog belangrijker is de sfeer die een festival heeft. Op dat vlak is voor Berlijn nog enige winst te behalen en verrijking wenselijk.

Foto credits: alle fotos © FOBO – Henning Bolte ©

Meer En Route: