Werkstatt
Monika Werkstatt
De Duitse muzikante en kunstenares Gudrun Gut was vroeger belangrijk in de Berlijnse muziekscene. Zo was ze onder andere beginnend lid van Einstürzende Neubauten, was frontvrouw van electropunkband Malaria en richtte het Moabit label op. Even doorspoelen naar 2017, want nu bestaat haar label Monika Enterprise 20 jaar. Dat dit samenvalt met haar nieuw gecreëerde project “Monika Werkstatt” is geen toeval natuurlijk. De inhoud van het albumboekje bestaat uit een kort manifest dat de doelstelling van het project uitlegt, gevolgd door een uitgebreid essay dat het ontstaan van dit album uit de doeken doet. Dat klinkt allemaal erg pretentieus, maar in de praktijk is daar gelukkig niets van waar. Gut besloot namelijk met een groep vrouwelijke muzikanten van haar platenlabels een huisje in Uckermark te betrekken waar ze samen improviseerden, materiaal opnamen, aten, filosofeerden en boswandelingen maakten. Deze groep bestond naast Gudrun Gut uit: Barbara Morgenstern, Islaja, Natalie Beridze, Lucrecia Dalt, Beate Bartel, Sonea, Danielle de Piciotto, Pilocka Krach en AGF. Toen ze eenmaal klaar waren met die gezamenlijke sessies kreeg iedereen eigen taken en tracks toegewezen, waarop ze zelf mochten kiezen wat ze met het al opgenomen materiaal deden en welke leden ze op hun tracks wilden gebruiken.
Natuurlijk sijpelen de individuele invloeden van elke vrouw door in hun tracks. Dat is bijvoorbeeld goed te horen bij de Finse Islaja, die ook stukjes van haar psychedelische folk en electro-pop gerichte liedjes in haar eigen taal zingt. Ook Danielle Piciotto legt zich toe op poëtische en meer bezwerende folk en ambient sferen. De twee slaan de handen ineen op het desolaat klinkende Desert Fruit, dat een duidelijk gemeenschappelijk geluid en -sfeer laat horen. Daartegenover zoeken Sonea, Natalie Beridze en AGF met hun tracks juist meer de afstandelijkheid en het mechanische geluid op, zoals goed te horen op de statisch krakende afsluiter bijvoorbeeld. Hoewel die individuele stempel altijd aanwezig is vervagen dikwijls de grenzen om samen te komen tot één collectief geluid. Dit is goed te horen op opener Glow, waar electro-pop, psychedelische folk, ambient, techno, kille afstandelijkheid en warme vocalen allemaal bij elkaar komen. Deze momenten klinken op het eerste gehoor chaotisch, maar meerdere luistersessies zullen prijsgeven dat alles precies in elkaar valt. In het middenstuk van het album worden opeens 1-zins mantra’s op ons afgevuurd in een trilogie van liedjes: beginnend met de vraag “why does it always sound the same?’, doorgaand met “The first decision is made by taste” en afsluitend met “Who’s afraid of Justin Bieber?”. Hoewel de dames het niet opdringen, ontstaat toch sterk de indruk dat het kritiek betreft over commerciële eenheidsworst en het gebrek aan vernieuwing en vrijheid in muziek.
Misschien is het daarom juist goed als de luisteraar niets van de individuele artiesten afweet. Zo kun je met een “schoon” oor luisteren en je laten verrassen door een mix van onder andere electro-pop, techno, ambient, industrial en psychedelische folk. Zo klinkt het een beetje als een obscure internet playlist, maar wel één waarbij alle puzzelstukjes op den duur goed in elkaar vallen. Spannend, verrassend en vooral vrij van voorspelbaarheid of te doordachte structuur.