Warmduscher
Too Cold to Hold
De Schotse cultschrijver Irvine Welsh (van onder andere Trainspotting en Filth) laten openen met een poëtisch gedetailleerde omschrijving van een DMT trip, dat durven de muzikale mafkezen van Warmduscher. Zo ligt de lat gelijk heel hoog om met een onguur album te komen, vol drugs, vieze straatjes, wazige nachten en onverwachts geweld. Maar enig nihilisme en schizofrene stijlwisselingen is deze Londense act niet vreemd. Kom maar op dus!
Thematisch tapt nieuw album Too Cold to Hold beginnend vooral uit een vaatje gevuld met desinteresse, oppervlakkigheid en lamlendigheid. Luister maar naar het materialistische Fashion Week, waar men zich te plekke werkt om maar te kunnen voldoende aan hun leeg luxueuze leventje. Of de claustrofobische ‘bankhang-anthem gone wrong’ van Top Shelf. Grimmiger wordt het op Staying Alive, waar karakters echt verdrinken: “Working three jobs just to say goodnight. And a single mom with a big smile wonders why. She’s gotta get high just to stay alive.” De verhalende spoken-word tracks brengen die sfeer goed over, dat gedesinteresseerde, lamlendige. Alleen wordt het ongure, vieze en schizofrene helaas vergeten op een groot aantal van deze tracks. Zo wordt er flink gehint naar funk, dancepunk en vleugjes freejazz, maar blijft het nogal saai hangen in te strak gespeelde postpunk.
Gelukkig is daar alsnog Bodyshock om het tij te keren met Afrobeat ritmes, zwoele R&B-zang van Lianne La Hayas, monotone krautrock uitspattingen en een spookachtige sfeer. De zweterigheid wordt doorgezet op het retro-futuristische Cleopatras, vol ratelende drum’n’bass en bedompen trap-hiphop en beats met echo door de bijdrage van producer COUCOU CHLOE. In het funky Immaculate Deception waart vervolgens geest van James Chance & the Contortions, totdat Jeshi er een Grime / Hiphop draai aangeeft, die wordt bijgestaan door freejazz freakouts van blazers. Het is deze gekte die je naar adem doet happen, maar lucht krijg je dus niet. Heerlijk!
Dat hoge niveau wordt niet vastgehouden, maar een zekere spanningsboog blijft gelukkig aanwezig met vleugjes nachtclubjazz, blues, garagerock en natuurlijk meer spoken-word en hiphop. Toch is het resultaat halfslachtig en de verwachtingen waarschijnlijk iets te hoog. Dit komt vooral omdat de beste tracks op dit album zo ongelofelijk goed zijn, dat je afvraagt waarom de rest zo saai en mat klinkt?