×

Recensie

Pop

13 februari 2018

The Me In You – Stuart Conroy:

Stuart Conroy: 1974-1978

Geschreven door: Philippe De Cleen

Uitgebracht door: Final 500 Records

Stuart Conroy: 1974-1978 The Me In You Pop 5 The Me In You – Stuart Conroy: 1974-1978 Written in Music https://writteninmusic.com

Bijzondere verhalen. Sommigen zijn er heel hun leven naar op zoek, anderen vinden ze dan weer in een kleine, achtergelaten doos. Op een goede dag stuitte The Me In You drummer Frederik Saenen op een oude, in een huis in Diest achtergelaten doos die een handvol foto’s, een notaboekje met poëzie, schetsen van songs en een ouderwetse cassette (een oranjekleurige BASF tape) bevatte. Meer was niet nodig om de vijfkoppige groep te intrigeren.

Blijkt dat de doos om een of andere reden achtergelaten werd door de Schotse Stuart Conroy die in de periode 1974-‘78 tijdelijk in België verbleef om er te werken. Na het harde en veeleisende werkmansleven bleef er wat vrije tijd over die vooral opging aan poëzie en muziek. Conroy trok nadien naar Nederland, vervolgens naar Schotland, maar liet in België een heel klein spoor na van zichzelf. In een achteloos nagelaten doos die zovele jaren later het startschot bleek te zijn voor de derde The Me In You plaat (na debuut Forgotten Cloths met single Girl In Armour en het in 2015 verschenen The Me In You).

De basis was er al: wat rudimentair opgenomen muziek en de ideetjes die Conroy in zijn notaboekje optekende. Daar ging de groep geruime tijd mee aan de slag. Natuurlijk wilden ze ook weten wie die Stuart Conroy nu eigenlijk echt was, of hij bijvoorbeeld misschien nog leefde. Zo trachtte de groep om het via de doos gevonden spoor te volgen. Dat bleek gek genoeg veel moeilijker dan verwacht. Maar de aanhouder wint en zo vond de groep alsnog een spoor richting Conroys’ familie in Schotland. Het maakt van het nieuwe Me In You een mix van wat er al aanwezig was, maar dan herwerkt, opgevuld en opgefrist naar de hedendaagse wereld. Een mix van oud en nieuw waarin het contrast tussen de analoge en digitale wereld als verhaal prominent naar voren komt.

De set opent met een melancholie en nostalgie opwekkende instrumental Side A die beïnvloed lijkt door dromerige, atmosferische en ijle postrock uit het frisse, koude noorden. Toch zorgt net die van meet af aan voor een heel aangename warmte. Die song gaat vrijwel naadloos over in East Killbride, een weerbarstige popsong die initieel gestut lijkt door een hiphopperige beat en solide baslijnen, naast een industrieel aandoend werkmansritme. Die zorgen ervoor dat de vocals en het ondersteunende gitaarwerk goed uitkomen. Naar het einde toe transformeert de compositie en is er een stevig rockende uitbarsting.

19:56 is dan weer eerder ander terrein. Donker en ingetogen, met prominent het geluid van een spaarzaam aangeslagen melodie op flamencogitaar. Op die manier weet de groep het mysterie en het intrigerende van de vondst ook knap in klank te vertalen en tezelfdertijd te verwijzen naar de muziek die Conroy na zijn uren bijeen schreef. En zo maakt het kwintet met behulp van producer/multi-instrumentalist Gaëtan Vandewoude (Isbells, Marble Sounds, Chantal Acda, Pilod,..) van elke song een deel van een groter geheel. Het is hij die er mee voor zorgde dat dit album de rijk geschakeerde sound krijgt die dit al te bijzondere verhaal echt nodig heeft.

Neem bijvoorbeeld de manier waarop The Me In You halfweg het verslavende A Glimps Of Beauty zich met micromelodietjes die onder de huid kruipen héél even klein en ingetogen maakt of de manier waarop A Well Cast Heroin – slechts een van de vele hoogtepunten in deze set – gebruik maakt van akoestische gitaren en oude audiosamples (afkomstig uit de film ‘Reuben, Reuben’ (1983) met o.a. het verbeten gedeclameerde “I could never finish it. goddammit.”). Het verleent dit Stuart Conroy verhaal een oprecht vintage aspect. Dat doet ook het prikkelende BASF 60, dat onder meer verwijst naar de magie van de audiotape (inclusief klankmatige manipulaties, zoals de buiging in de intro) en de luisteraar meeneemt naar een tijdperk waarin een cassette/tape de belangrijkste drager van audio was.

Naar het einde van het album toe hoor je de groep meer gebruik maken van lossere fragmenten en schetsen, zoals onder meer Main Theme, het kille Koudijs en het impressionistische Clear Sky die dit Stuart Conroy verhaal mee helpen structureren en tezelfdertijd vooral ook een uitweg biedt voor creatieve impulsen. Elders hoor je minimalisme en melancholie, zoals met Shirley’s Dream waarin wat vocodersamples te vinden zijn. Als tegengewicht is er het dynamische, op een pittige popdrive gebaseerde Mixing The Beats Of Love. En dan rest er nog de afsluiter/tearjerker The Morning Light die een krop in de keel bezorgt, met een eenzame gitaartokkel : “Can I hold you?”.

The Me In You zet met dit knappe en bijzonder toegankelijke album volop in op het bijzondere verhaal van Stuart Conroy). De vijfkoppige groep zette, met hulp van melancholische vormgever Gaëtan en onder meer Chantal Acda op backing vocals, alles op alles om van dit nieuwe werkstuk echt iets héél bijzonder te maken. Een al te fraai eerbetoon aan de nalatenschap van Conroy (1956-2017. Of zoals de groep het formuleert: ‘nostalgie voor later’. Missie méér dan geslaagd, vinden we.

Stuart Conroy: 1974 – 1978, het derde Me In You album is beschikbaar als gelimiteerd uitgegeven 180 gr. LP (met downloadcode) via Final 500 Records. Die vormt ineens ook de soundtrack bij A Dream Within A Dream, de documentaire over de Schotse Stuart Conroy.



  1. Side A
  2. East Kilbride
  3. 19:56
  4. A Glimps of Beauty
  5. A Well Cast Heroin
  6. Main Theme
  7. Shirley's Dream
  8. BASF 60
  9. Mixing the Beats of Love
  10. A Man in Doubt
  11. Koudijs
  12. Clear Sky
  13. The Morning Light