×

Recensie

Alternative

05 april 2023

Spinvis

Be-Bop-A-Lula

Geschreven door: Edwin Hofman

Uitgebracht door: Excelsior Recordings

Spinvis - Be-Bop-A-Lula
Be-Bop-A-Lula Spinvis Alternative 4 Spinvis – Be-Bop-A-Lula Written in Music https://writteninmusic.com

Tijdens het maken van zijn zevende album maakte Spinvis (Erik de Jong) een schilderij. Hij verdween iedere dag voor een uurtje in de garage om eraan te werken. Het plezier was belangrijker dan het resultaat. Dat laatste betekent niets, het is Be-Bop-A-Lula, naar die oerkreet van de rock-‘n-roll uit 1956.

Alhoewel, ‘niets’ is wel erg relativerend; het geschilderde artwork van dit nieuwe album, inclusief de uitgeschreven teksten, komt dus van de hand van Spinvis. Het zal dus door velen gezien worden en door velen het beeld zijn bij het denken aan dit album. Een album waarvan de nummers in het opnameproces door een stapel analoge compressors en tape delays werden getrokken richting de legendarische SSL 4000 mengtafel. Daarnaast gingen veel gitaren en vocalen door een Philips speakertje uit 1950. ‘Je maakt iets en je ziet later wel wat het eigenlijk is’, aldus Spinvis. ‘Of niet is. Helemaal Be-Bop-A-Lula’.

Hoe je het ook allemaal noemt, feit is wel dat de muziek van Spinvis een geheel eigen sfeer heeft. Een sfeer van verwondering, melancholie en kortstondige momenten van gelukzaligheid. Muzikaal onderscheidt de stijl van Spinvis zich niet alleen door een mix van zeer creatief doe-het-zelven en de inzet van een kleurrijk, ruim instrumentarium, maar dus ook door het gebruik van oude, analoge apparatuur waardoor je bij hem niet dat onberispelijke maar ook inwisselbare digitale geluid aan zult treffen. Een geluid dat eerlijk gezegd niet zo goed zou passen bij de impliciete, associatieve verhalen van Spinvis.

Het begin van Be-Bop-A-Lula is lekker onduidelijk maar tevens toch weer herkenbaar. Spinvis strooit met associaties en gedachten in een straffe, mechanische setting. Alles kan, in zijn tingeltangelherspenpan. ‘Be-Bop-A-Lula ik heb haar gezien / Be-Bop-A-Lula maar ze zegt altijd misschien’.

Een devote vrouw in haar eigen wereld lijkt Wie zag het licht te bevolken, een slepende song met strijkers en een gewijd koor dat uitgeleide doet. Portugal heeft dat dromerige, melancholieke dat vaak in Spinvis’ beste songs huist. Een fragiele en mooie observatie met minimale gitaar. Schetsen. Met iedereen is wel wat. Een ronduit schone song met, naar het lijkt, twee perspectieven.

Lente 22 is een van de bekendere songs van het album. We horen parlando met vertrouwde, opbeurende ritmiek, deels vanaf de akoestische gitaar. Een song die je kunt linken aan de laatste coronamaanden. Een nieuwe tijd dient zich aan door middel van een dartele piano en een stevige stroom aan associaties.

Weg zijn doet geen pijn is een schilderachtig miniatuurtje met Nits-achtige allure, dat naar een vergeten, verlaten dorp lijkt te voeren waar alleen nog verre echo’s klinken van andere tijden. Een wereldje dat is afgesneden van de rest. Zelfde tafel ander jaar laat zich luisteren als een wandeling door een fotoalbum, de terugkeer naar het ouderlijk huis. Herinneringen, beelden, sferen en geuren, het is Spinvis ten voeten uit. Het gaat hier om kleine dingen in en om het huis. Dingen die plots weer opvallen, dingen die lange tijd voor lief zijn genomen of zijn meegesleurd in de gang van alledag: ‘de glazen gondel / het kruisje op de muur / briefje op de koelkast / dat er iemand belt om zeven uur’.

Het wordt na enkele luisterbeurten duidelijk dat deze zevende van Spinvis er wederom toe doet. Meer van hetzelfde? Op het eerste gehoor wel. Maar voor een deel is dat is ook wat je wilt. Je wilt van Spinvis geen muzikale en tekstuele ABC’tjes voor prime time radio of snelle, licht verteerbare playlists. Eenmaal ondergedompeld in de muziek en de verhalen blijkt dit album toch een bijzonder welkome nieuwe luisterervaring en beleving te geven. Paradijs kent funky gitaartjes en is een logische single. De machine draait maar door. The beat goes on and on and on.

Landelijke sferen zijn goed getroffen in Icarus, met ukelele, akoestische gitaar en een gedempte beat. Het is (wederom) een mooie meerstemmige song. Een nummer over de gedaantes en de facetten van de zon, de bron van energie. ‘Toen ik nog vliegen kon, naar de magistrale zon’.

Met Lang zal hij leven, is Spinvis terug op tempo en meer uitgelaten. Een pakkende baspartij en dito ritme jagen de track voort. Een dot strijkers en extra vocalen die alles nog even onderstrepen geven de finishing touch. Deze oprisping is van korte duur want Speel dat ik leef is een kalme, eerlijke bespiegeling van een loner: ‘Ik rij door de stemmen van de zomerstad / Ik kijk naar de katten op de lege boulevard…’. Nadat we een glimp van deze hoofdpersoon hebben mogen opvangen stemt de conclusie weemoedig: ‘Ik zwaai tot ik verdwijn / Alles achterblijft / Geen mens me meer begrijpt’. De hieropvolgende titeltrack, een van de instrumentals op de plaat blijft, respectvol ingetogen.

Oogstlied is een mooi staaltje psychedelische bluesy rootsmuziek met handclaps en een rammelbeat. Spinvis wordt omgeven door stemmen, kreten en geluidseffecten. Het is richting het einde van het album een heerlijke dwarse zijsprong. Een kruidig ingrediënt dat Be-Bop-A-Lula net even completer maakt. Per saldo is dit dan ook een van Spinvis’ allerbeste albums. Het is consistent zonder zwakkere plekken. Wellicht kent Be-Bop-A-Lula geen klassieke tracks of hits in de dop (al weet je dat nooit) maar als veelkleurig liedboek – dromerig, bedwelmend, prikkelend, opbeurend, aanstekelijk, helder, wazig – is deze zevende van Spinvis ronduit sterk. En met beduidend meer substantie dan de albumtitel suggereert.



  1. Tingeltangelhersenpan
  2. Wie zag het licht
  3. Portugal
  4. Lente '22
  5. Weg zijn doet geen pijn
  6. Zelfde tafel, ander jaar
  7. Paradijs
  8. Icarus
  9. Icarus ii
  10. Lang zal hij leven
  11. Speel dat ik leef
  12. Be-bop-a-lula
  13. Oogstlied
  14. Kalix Berna