Nathan Bell – (Working and hanging on in
I Don't Do This For Love, I Do This For Love
Een dik jaar geleden kwam Nathan Bell aanzetten met Blood Like A River, een werkstuk gevuld met verhalend songwerk dat evenals het enkele jaren voordien gelanceerde Black Crow Blue dat een beklijvende indruk nalaat. De man uit Signal Point Tenessee die al sinds zijn jeugdjaren musiceert haakte ooit gedesillusioneerd af. In 2007 stoft hij zijn akoestische gitaar terug af en brengt songs die zijn eigen situatie maar ook de bikkelharde struggle in de Amerikaanse samenleving, met verhalen die de niet zelden uitzichtloze situatie in de arbeidersklasse beschrijven. Bell is een ervaringsdeskundige en observeert onderwerpen die ook in het repertoire van grootmeesters als Springsteen en nog meer uitgesproken bij John Prine en Guy Clarke aan bod komen en verwerkt die observaties in songwerk met een vergelijkbare authenticiteit.
Stilistisch leunt Bell aan bij de muziek van bluespioniers als Lightnin Hopkins en Brownie Mc Ghee die hem inspireerden bij zijn eerste gitaarakkoorden. Het rauwe wat rafelige stemtimbre maakt de verhalen nog geloofwaardiger. “I was born at the end of a black and white world, in a panhandle town, where the wind ripped the color right out of the sky and the dirt off of the ground “ zingt Bell in Dust, de mooie zang van Annie Mosher met harmonische inbreng van Claire Lynch bieden nauwelijks troost. Die vindt je evenmin in het gejaagde At The Bottom of Kentucky of Stamping Metal, over het lot van het uitgeperste werkvolk in de autosector, tevergeefs een uitweg zoekend in staking.
In Good Morning in Detroit wordt de teloorgang van het ooit zo bruisende Motor City beschreven. Het overigens prachtig echoënd elektrisch snarenwerk van Ethan Johns en de backing band van bassiste Missy Raines zijn in dit nummer niet van de partij. Enkel de troubadour met gitaar en harmonica en sombere cellotonen creëren een desolate sfeer en uiterst doeltreffende soundtrack bij de verpauperde restanten. “God I love this town where love rust”. Het overige songwerk kerft eveneens diep in de ziel.
De songs van de voorganger kwamen in nauwelijks een maand tot stand en van een writersblok is alsnog niets te merken. Met uitzondering van King Of The North luisteren we weerom met ingehouden adem naar een lading nieuwe songs met uitzondering van het uit ’93 daterende King Of The North. De mistroostige verhalen verpakt in poëtisch getinte folkblues laten je niet meer los . Deze voortreffelijke singersongwriter is in december te bewonderen tijdens een uitgebreide clubtour.