Mummy's a Tree
Mummy Loves Strings
Zo rond zijn vijftigste levensjaar staat Stefan van den Berg door onvoorziene omstandigheden in een allesbepalende nieuwe fase in zijn leven. Een periode van afronding. Hij scheidt van zijn vrouw, worstelt met depressies en ook zijn vaste begeleidingsband krijgt een flinke deuk te verduren als drummer Imre Elzer net na de opname van Mummy Loves Strings opstapt. Gelukkig vindt hij in deze tijd van loslaten nog altijd troost in muzikale zekerheden. Loslaten is tevens het verleden afsluiten en nieuwe vervolgstappen zetten. Hoe pijnlijk het ook is, daar past zijn Mummy’s a Tree eerbetoon aan zijn vroeg overleden moeder niet meer tussen. Na zeven persoonlijke intieme albumverslagen richt Stefan van den Berg zich nu vooral op de studie muziektherapie en reist hij wekelijks naar Friesland af.
Het hoesontwerp van Mummy Loves Strings is eenvoudig doeltreffend, zoals we van Stefan van den Berg gewend zijn. De met tekstballonnen versierde foto van zijn moeder herplaatst je naar halverwege de jaren tachtig, het moment dat zij voor altijd haar jonge zoon achterlaat. Het is een remake van het ontwerp van de gelijknamige Mummy’s a Tree debuutplaat, het maakt de cirkel niet alleen rond, maar ook passend. Ondanks dat componist Gijs van der Heijden in de afrondingsfase van zijn studie aan het Conservatorium te Den Haag verkeert, gaat deze de uitdaging aan en vertrekt hij in de winter van 2022 naar de Castle Studio nabij het Duitse Dresden om samen met Stefan van den Berg aan dit laatste avontuur te beginnen. Zelfs voormalig Mummy’s a Tree gitarist Martin Luiten sluit aan, en Petra Randewijk perfectioneert het geluid van de plaat. Vertrouwd in een vreemde omgeving, met de juiste mensen op de juiste plekken.
Mummy Loves Strings trapt met twee tracks af waar regisseur/schrijver Koos Terpstra de teksten voor aanlevert. De traditionele jazzfolk van Sparkling in the Rain valt vooral door het sprankelende gitaarspel van Van den Berg op, die alle ellende van zich afzingt. Zoals zijn moeder waarschijnlijk graag gewild had, sluit hier een krachtig strijkkwartet aan. Sparkling in the Rain handelt over verloren relaties, eenzaamheid en toekomstige kansen. De pijn van het onvermijdelijke verdriet en de opluchting van wat hiervoor in de plek komt. De zanger klinkt opgefokt en boos, maar als de dromen uit elkaar gespat zijn ontstaat er ruimte die opnieuw gevuld kan worden. Het lichtgewichtige sfeervolle Two Trains sluit hier mooi op aan. Twee gelijkgestemde zielen vervolgen dezelfde weg, totdat de een plotseling linksaf slaat. De piano staat hierbij voor het dromerige zachte personage, de gitaar is het zelfverzekerde harde evenbeeld.
De country-wandeltocht van Chanson is het besef dat breuken niet te lijmen zijn. In deze doldwaze Into the Wild escapisme ontvlucht Stefan de misstappen in alle eenzaamheid. Het drumbeest Imre Elzer haalt hem in en brengt de singer-songwriter weer naar de werkelijkheid terug. Een werkelijkheid met toekomstperspectieven. Het is echter het spannende samenspel van het strijkkwartet dat hier uiteindelijk de show steelt en er een onverwachte wending aangeeft. Het is niet duidelijk of d’Amour voor hervonden liefde staat. Wel hint Stefan van den Berg hierbij naar een bijzondere ontmoeting tijdens de Duitse tournee, en het zal heus niet toevallig zijn dat het opnameproces daarop aansluit. Een klein beetje mysterie hoort erbij, een schrijver moet niet alles blootgeven, maar de luisteraar ook wat gunnen. Iedereen interpreteert muziek weer anders, en dat maakt die beleving ook zo aantrekkelijk.
The Morning is lekker stoffig experimenteel, een tikkeltje lo-fi gedurfd. Als je op de toppen van je creativiteit functioneert, vliegt de tijd voorbij. The Morning staat voor het nachtelijk jammen en de tevreden volwording tijdens het ochtendglorie. De trance als je het punt van vermoeidheid negeert en in volle overgave doorgaat. Het instrumentale Shinrin Yoku is spiritualiteit verpakt in eind sixties psychedelica. Eventjes het hoofd leeg maken en de ziel reinigen. In Been to Spain by Drinking Wine sluit een andere metgezel zich aan. De fles is in eerste instantie nog een goede vriend waar je mooie momenten mee deelt, vervolgens verandert deze in een blok aan het been, die niet meer los wil laten. Bijzonder dat bassist Gordon Asdown hier die verraderlijke rol van compagnon op zich neemt, de verbale duivelse verlokkingen vertolkt, en er net wat meer hardheid aan koppelt. De roekeloze periode aan het begin van Mummy’s A Tree, waar alles mogelijk is. Je kan het verdriet wegdrinken, de kater komt de volgende dag twee keer zo hard aan.
Belly Full is een waardig vaarwel, waar Stefan van den Berg ons voor de laatste keer op aan Mummy’s A Tree gebonden gitaaruitspattingen trakteert. Een ontroerend afscheid waarbij je overduidelijk beseft dat het verhaal van Mummy’s A Tree definitief voorbij is. Een muzikant in topvorm, het kippenvelmoment tot die prachtige finishing solo’s uitgesteld. Het was een fraaie liefdevolle vertelling, die ruim 28 jaar geduurd heeft.