Meer
Wheels Within Wheels
Amper iets meer dan een jaar geleden verrasten ze zeer aangenaam op Midsummer Prog, kwamen ze daarna ook spelen op Midwinter Prog en werden ze ook geprogrammeerd voor Night Of The Prog: het Noorse Meer. Meer is een maar liefst achthoofdige band die een briljante mix van orkestrale pop, folk en progressieve rock brengt, met daaraan toegevoegd een aangename portie indie én klassieke invloeden.
Dat klinkt al lekker eclectisch, maar dan zijn we er nog niet voor wat betreft wat er bijzonder is aan de band. Om te beginnen wordt de zang gedeeld door een broer en zus, Johanne-Margrete Kippersund Nesdal en Knut Kippersund Nesdal. Hun stemmen klinken individueel al als een klok en als de twee samen zingen en jazeker, dat doen ze, dan kun je zomaar overdonderd worden door wat je hoort. De zang delen ze overigens ook met de andere bandleden die zich dan vooral op de achtergrondzang richten.
Het is een mooie bezetting met naast de twee, gitarist Eivind Strømstad die zich ook nog richt op toetsen en programmeren, Mats Lillehaug speelt drums en percussie, Morten Strypet is de bassist, Ole Gjøstøl speelt de piano en andere toetsen en zorg ook voor programmering. En, de andere bijzonderheid is dat de band beschikt over een violiste in de persoon van Åsa Ree én een altvioliste, Ingvild Nordstoga Sandvik.
Daarnaast zijn er gasten, Lars Gärtner Fremmerlid, is een multi-instrumentalist die vibrafoon speelt in World Of Wonder en naast Lars horen we in 3 nummers op fluit Andrea Brennodden Rosenlund. Liv Elvira Kippersund Larsson, Signe Josefin Kippersund Larsson en Simon Johannes Nyqvist voegen nog extra stemmen toe in Come To Light.
Wanneer je de band op het podium ziet én hoort, komt er een energie op je af die heerlijk overdonderend is. Het moet gezegd worden, in die overrompeling is het het muzikale spectrum waarmee Meer zich presenteert, dat je zo weet te pakken. Ja, ze treden op op progressieve rock-festivals, maar ook als dat mijlenver van je smaak verwijderd is, Meer heeft zoveel te bieden dat je hen als ruimdenkend muziekliefhebber in ieder geval een kans moet geven.
Daarbij geldt dat het album zich bij meerdere draaibeurten alleen maar steeds verder openbaart én dat je aandacht wordt getrokken door steeds weer nieuwe accenten, texturen, aspecten in de opbouw, arrangementen, de precieze klanken van de instrumenten, dan weer de verrassing van de viool en altviool én steeds weer ook die overdonderende productie. Die had niet beter kunnen zijn. Die werd ingevuld door de al eerder genoemde Lars Gärtner Fremmerlid, samen met de band.
De stemmen van broer en zus én de vocale prestaties die zij leveren op dit album maken het album al tot een genot om te luisteren. Natuurlijk hangt dat ook samen met de afwisseling in de nummers én, als je je bedenkt dat dit pas het derde album van de Noren is, dan ligt er nog veel moois in het verschiet. Zoals het album in zijn variëteit klinkt, kun je dus ook op meerdere manieren er naar luisteren, de gelaagdheid ervan, die maakt dat je dus blijft ontdekken én blijft genieten.
Luister naar hoe geweldig Chains Of Changes het album opent, bijna fluistermooi, om dan in een heerlijk melodieuze cadans de hele band te laten horen, luister naar hoe de piano het nummer voortstuwt, hoe de violen accenten zetten en hoe het nummer zich in eerste instantie misschien nog ontvouwt als een folky en poppy samenzang dat ook zo naar een einde zou kunnen gaan én dan gaan de stemmen voluit met “We’re building walls around us’ en wisselen we van tempo en van sfeer. Ja, dit is wat de band redelijk achteloos laat klinken, maar wat is het een fraaie opener al. Zo’n moment dat je nog denkt: “Dat hebben ze best aardig gedaan.”
Als het tweede nummer zich meldt met de stem van Knut in de lead, denk je onwillekeurig aan Noorse pop uit de jaren Achtig. Een zekere ontspanning zit in de muziek, maar als je de tekst beluistert én je hoort en voelt het als het refrein door Johanne en Knut gezongen wordt. Alle ontspanning is daarmee snel weg en dan snap je ook hoe de muziek juist de onderhuidse spanning ook etaleert. Weer een prachtig arrangement waarmee het nummer naar een keerpunt gaat en Knut nog even heel ingetogen mag zingen. Die variatie in zijn stem, tussen zijn kwetsbare klank én als hij voluit gaat: wat een zanger!
De twee eerste nummers die waren al afwisselend en als je dan Take Me To The River hoort, Meer maakt met Wheels Within Wheels duidelijk dat ze als songschrijvers ook heel sterk staan. Gewoon heerlijke muziek om te ontdekken en, of je het nou wil doorgronden of niet, verdorie wat is er veel te genieten.
Come To Light pakt je werkelijk in met zijn fantastische zangpartijen, begint rustig als een kabbelend beekje maar het ritme van de bas, de drumkit die al energie uitstraalt, de gitaar die niet slechts speels klinkt, je voelt wel al dat er iets gaat volgen, neem maar aan dat de band het zo fraai heeft opgebouwd dat je het niet eens zo ziet aankomen. Johanne steelt de show in het eerste deel van het nummer, maar hoe groots brengt de band het? En het prog noemen? Daar gaat het hier echt niet om. Wat doet het met je? Het is een erg mooi nummer dat zijn climax steeds verder doorduwt en dat ook wel heel groots durft te klinken. Erg, erg mooi!
Golden Circle heeft een punch en crunch én koppelt dat aan een heel catchy geluid. Dit bracht de band uit als single. Oh ja, dat mag zeker wel. Knut en Johanne gaan er helemaal voor. Weer zo’n ijzersterk nummer. En dan zitten we nog steeds maar vóór de helft van het album. Het is bij dit album moeilijk te zeggen wat nou de mooiste nummers zijn. Er staat hier gewoonweg geen slecht nummer op. En dat zesde nummer? To What End laat Johanne horen die flink van leer trekt. Ook al zo mooi. En ja, dat geldt ook voor het zevende, voor Today Tonight Tomorrow. Knut zingt de sterren van de hemel!
Elf nummers lang, afwisselend in opbouw, afwisselend in hoe de stemmen klinken, afwisselend in het gebruik van de instrumenten, afwisselend in de accenten die de instrumenten zetten, het is een album geworden dat je iedere keer opzet vanwege die veelheid aan klanken, omdat je toch nog even wilt weten hoe de twee violisten nou klonken in Mother, hoe de zanglijnen nou ook alweer waren én waar je nou even moest slikken omdat het zó mooi was. Best aardig, dacht je eerst nog?
Als je je dan bedenkt dat de twee afsluitende nummers ook nog eens stevig uitpakken, dan kun je niet anders dan concluderen dat Wheels Within Wheels een onbetwiste dijk van een album is geworden. Draaibeurt na draaibeurt is het gewoonweg genieten. Van begin tot einde. Het is pas het derde album van Meer, maar deze langspeler is wel heel, heel mooi. Of het een aanrader is? Zeer zeker wel! Topalbum!